DE VOETBALSPORT DEED VEEL
KINDERSPELEN VERDWIJNEN
Q
't 3<Cleine 3^-rcmtóje leeet iedereen
Geen spel ter wereld heeft het
mensdom zo in beroering ge
bracht als het uit Engeland
afkomstige voetbalspel. Waren
in het oude Griekenland de
Olympische sportfeesten, met
schenen de heren in het strijd
perk. Ook voor kouvatten was
men bang. Dikke truien en
warme mutsen werden noodza
kelijk geacht.
Lodewijkstraat aangelegd. Van
daar verhuisde men naar de
Emmakade Zuidzijde, toen naar
de Noordzijde en tot slot naar de
Wilhelminabaan.
De L.A.C. Frisia (Leeuwarder Werd eerst het voetbalspel be-
Voetbal in de grijze oudheid; dat wil
kwam de Wilhelminabaan tot stand
zijn Romeinse wagenrennen efl
de befaamde Marathonloop, erg
in zwang en sloegen die, vooral
na 1900, ook over naar andere
landen, vergeleken bij het nu
gespeelde voetbal, is die uitbrei
ding slechts gering Sport kan
men echter the football" van
vandaag niet best meer noemen.
Het amateurisme, alhoewel nog
wel beoefend, is verdwenen en
heeft het glansrijk moeten afleg
gen tegen het betaalde voetbal.
In dit opzicht is deze sport een
grote geldklopperij geworden.
Voor hoge prijzen worden spelers
gekocht en verkocht. Bij overwin
ningen worden grote sommen,
geld in het vooruitzicht gesteld.
De tribunes moeten opgepropt
met mensen zitten, hoge entree's
worden dan gevraagd. Geld moet
er op het matje komen!
NIET LEUK BEGROET
In mijn jeugd, ruim zeventig jaar
geleden, werd het voetbalspel
hier in Leeeuwarden niet erg
sympathiek begroet. Men oor
deelde het ruw en gevaarlijk. De
oudjes van toen vonden die
"balleschopperij" ook maar een
gekke vertoning. Elkaar "de
pöten stuk skoppe" en daarna
loopt het „op bargebieten üt".
Dat er wel eens tegen de benen
getrapt kon worden of een enkel
geblesseerd toonde toen wel de
voetbaluitrusting, waarmee de
voetballers het sportveld be
traden. Met scheenbeschermers
en de voetbalschoenen van
enkelbeschermers voorzien, ver-
WETE JIMME HET NOG?
MANUS OP MAANDAG
MORREN BH T STASJON
MET HET BLAD SPORT
WERELD: „SPORRELD!
SPORRELD!"
zeggen omstreeks en in ieder geval na 1904, want in het volgende jaar
en daar is dit plaatje gemaakt.
Athletische Club Frisia) was wel
de eerste club, van enige bete
kenis, die hier in Leeuwarden van
zich deed horen. Enkele namen
van spelers die in de beginjaren
van het al oude Frisia uitkwamen
schieten mij te binnen. Het waren
de drie Woortman's, Willem,
Andries en Ferdinand, de beide
Weidema's, Peeting, Van Sminia
en Rengers. De leden van de club
waren nogal aristocratisch. De
„upper ten" van Leeuwarden was
vertegenwoordigd. Ze speelden
eerst op het Schuttersveld.
Ingang tegenover de spoorbaan
overweg van Achter de Hoven,
later werd hier de Willem
oefend door jonge mannen, die
men al met de naam heren
betitelde, al spoedig kreeg ook de
Leeuwarder jeugd de lust tot
voetballen te pakken. Men kocht
voor een dubbeltje een elastieken
bal bij de galanteriezaken Her
mans in de St. Jacobstraat of bij
Braun op de Brol. Ook kreeg de
heer J. Huisenga, hoek St.
Jacobstraat of Nieuwestad wel
eens de gunst. Wij jongens
noemden deze koopman vaak
„Dove Jelle".
EVEN STOPPEN
Waar de straat maar wat breder
was of waar zich een pleintje
bevond werd gevoetbald. Van
druk straatverkeeer was geen
sprake; hoogstens moest men
even stoppen voor het laten
passeren van een hondekar of
paardenwagen.
VERDWENEN SPELEN
Met het voetballen door de jeugd
in de stad zijn de kinderspelen,
die misschien wel honderden
jaren in zwang waren, verdwe
nen. Het hoepelen, met veel
lawaaimakende ijzeren hoepels,
waarmee hele troepen jongens
door de binnenstad togen, kent
men niet meer. Het toppen met
een tol, die met aanslag van een
zweepje werd voortgedreven,
behoort tot het verleden. Zo ook
het bokje springen. Een jongen
boog zich gebukt voorover en een
andere jongen sprong, de handen
geplaatst op de rug van de
gebogen knaap, er handig
overheen. „Bok - op" was een
spel, waar enige jongens vooro
vergebogen, achter elkaar aan
zich zo plaatsten dat hun
hoofden tegen de achtersten
aansloten van de gebogen jon
gens voor hen. Je nam dan een
aanloop en sprong zo ver moge
lijk op de rug van de rij jongens,
die gebukt klaar stonden om het
gewicht te torsen. Kwam je
terecht op één en dezelfde knaap,
die dan de last te zwaar vond en
daar door in elkaar zakte dan
was het spel verloren en werden
de springers verwisseld voor de
bokken.
Dit spel doet mij aan iets
ondeugends denken. We speel
den "bok - op" op ons speelter
rein het Jacobijner Kerkhof.
Zowel Joodse jongens als Chris
tenen namen aan het spel deel.
We stonden ordelijk opgesteld,
de hoofden tegen de achtersten.
Nu liet Moos, die zeker bruine
bonen had gegeten, een windje
wat Bram deed besluiten met: ik
wil niet meer, want Moos laat een
gijzertje en daarmée was het spel
door deze milieuverontreiniging
uit.
Men speelde in die jaren ook
"verlos". Een jongen stond aan
een boom op enige afstand en
moest verlost worden door jon
gens die dit ten doel hadden.
Door andere speelmakkers werd
dit zoveel mogelijk verijdeld.
Verder speelde men „kat en
kater". Twee jongens "hand aan
hand verbonden" moesten wor
den doorbroken wat dan met veel
tegenstribbelen gepaard ging.
Het knikkeren werd ook veel
beoefend; vooral in de goten voor
afvoer tussen stoep en straat. De
ene knikker moesten de andere
raken.
DOOR
J.C.VAN DAM
Het spelen om centen "kop of
liüw", hoewel door de politie
verboden, was bij grotere jongens
in de smaak. Men plaatste een
cent onder een voet en de
tegenspeler moest raden "of deze
kop of liüw" was. Ook "streepke
gooien" was wel in trek. Men trok
een krijtlijn op de grond en met
het gooien van een cent moest
men deze lijn zo dicht mogelijk
bereiken.
De meisjes zaten veel te bikkelen
Zittend op een stoep, liet men een
balletje stuiten en pikte één voor
één de vier bikkels op.
KOUVATTEN
Tegen dit spel werd nog al eens
gewaarschuwd. Het soms uren op
een koude, kille stoep zitten kon
licht kouvatten meebrengen,
alhoewel de kleding in die jaren
warmer was.
Ik heb getracht in dit schrijven
oude kinder- en jeugdspelen in
herinnering terug te roepen,
zoals wij die speelden rond de
eeuwwisseling.
Waarschijnlijk zullen er wel
lezers van 't Kleine Krantsje zijn,
die ook iets over dit onderwerp
kunnen vertellen.
Op deze tekening: allemaal kinderspelen uit de goeie ouwe tijd. Er is heel wat op te zien - herkent u ze?