De gevelstenen spreken
Hoeden en PeUen
opto w afwetv,
11
Bij A. ma
in de KloK
te LEEUWARDER,
Wapens, Equipe-
mentstukkenCha-
cots.
HOEDEN en PETTEN
O' JvtEfT o VOöH
't Z^Cleine ^LCrcintAje leest iedere
Leeuwarden had ook een witte
Brug en een Blauwe Brug, beide
over het Vliet. Toen de Tuinster
Land- en Waterpoorten werden
opgeruimd, is - in 1818 - ook deze
Roode Brug van z'n plaats
gehaald.
RHALAPUP
was een andere naam voor de
Blokhuispijp bij het Blokhuis
over de Oudegracht. Johannes
Rhala was Raadsheer in het Hof
van Friesland; hij woonde in
zestienhonderd zoveel in het
nabijgelegen Andringahuis.
DE DOELEBUURT
was een andere naam voor het
Sint Jobsleen, zoals wij vandaag
het verlengde van de Boterhoek
nog noemen.
HET GELUKSKANTOOR
was - voor de laatste wereldoorlog
- een verkoopkantoor van loten
van Max Cohen aan het Raad
huisplein. Max Cohen's Geluks-
kantoor heeft inderdaad ver
scheidene stadgenoten gelukkig
gemaakt: de loten, waarmee
lompenhandelaar Procee van het
Hoeksterachterom en de beken
de Sipke Castelein van hotel
Spoorzicht omstreeks 1934 de
honderdduizend wonnen, waren
verkocht door dit Gelukskantoor.
woonde er aan het Hoek
sterachterom een meneer
die noemden ze Hobbel in-
ne Geit. Hobbel inne Geit
had een paar bonkige koei
en in z'n bedstee staan. In
de oorlog kocht hij een oud
en mager paard; hij kon
toen gaan zandrijden op
het vliegveld. Een poosje
later zeiden zijn kamera
den: „Wat hest nou een
mooi peerd!" ,Ja" zei Hob
bel inne Geit, „er liepen
sukke mooie peerden op
het vliegveld, ik hew dat
ouwe kring mar voor een
goeie ruild...."
Dc heer Feikers, alias „Lollige
Jehannes" met z'n fruitkar op de
Nieuwestad. Wie weet het nog?
is het Magazijn ruim voorzien van
alle soorten
naar de nieuwste modellen.
Leverancier van
voor alle mogelijke Uniformen.
Advertentie van 1871. Adam Zelle, de vader van de veelbesproken Mata Hari, heeft alle soorten hoeden en
petten.
Deze prachtige gevelsteen De Jonge Sint Jacob (D. Ionge's Iacob) is al
eens eerder in ons Kleine Krantsje ter sprake gebracht, toen wij schre
ven, dat bij een toekomstige stadssanering de Muggesteeg zou verdwij
nen. Met deze Muggesteeg verdwijnt dan ook deze gevelsteen, die im
mers zit in de zijmuur van het pand dat op de hoek van de Kleine Hoog
straat en de Muggesteeg staat. De steen is omstreeks 1910 door notaris
Ottema van de antiquair Gerbenzon gekocht; pas later ontdekte de
heer Ottema, dat de steen uit het Maria Annastraatje afkomstig moest
zijn: in het Wijkboek van 1878 van Leeuwarden kunnen we bij het pand
nummer 9 in dit Maria Annastraatje als notitie De Jonge St. Jacob zien
staan. Toen de heer Ottema het hoekhuis van de Kleine Hoogstraat liet
restaureren kwam hij op het idee de al veel eerder aangekochte gevel
steen in de zijmuur te laten inmetselen. De steen bleef dus in ieder geval
in dé buurt van de Sint Jacobsstraat en niet onmogelijk is het, dat ze
eens bij het Sint Jacobs Gasthuis heeft gehoord - dat heeft in vroeger
tijden bij deze Sint Jacobsstraat heeft gestaan.
AKKE KAART
KAARTLEGSTER VAN HET
VLIET
In een lang vervlogen tijd, toen
het volk nog vol was van alle
mogelijke duivelskunsten, woon
de er op het Vliet in Leeuwarden
een zeer befaamde kaartlegster,
die de Leeuwarders en vele niet-
Leeuwarders kenden als Akke
van 't Vliet of als Akke Kaart.
Zij werd druk geraadpleegd, niet
alleen door haar stadgenoten,
maar ook door veel buitenlui.
Men zei, dat Akke in het geheim
vaak ontboden werd bij de aan
zienlijken in de stad, die haar in
de avonduren ook zelf wel be
zochten. De meeste klanten had
Akke Kaart evenwel onder de
dienstmeisjes, die vaak na de
kerk en ook wel tijdens de kerk
dienst met verzuim van de dienst
naar het Vliet trokken en Akke
vroegen voor hun de kaart te
lezen.
Toen Akke Kaart ouder werd en
deze wereld elk moment kon
gaan verlaten, gebeurden er in
haar bedstede zulke vreemde
dingen, dat ieder de vlucht nam
die het waagde bij de stervende
een kijkje te nemen. Tenslotte
vonden ze Akke dood, met het
hoofd achterste voor op de romp:
de duivel had haar de nek omge
draaid, zoals dat vaker gebeurde
met zijn dienaren.
Tientallen jaren na haar dood
waren er in Leeuwarden nog
vrouwen, die huiverden, wanneer
in een gezelschap de naam Akke
Kaart werd genoemd
•HETGOUDEN WAGENTJE
ook wel De Gouden Wagen en
(even na 1700) de Vergulden
Wagen genoemd, was een ver
maarde herberg aan de drukke
kant van de Nieuwestad, vlak bij
de Lange Pijp. Boven het bord
Gouden Wagentje aan de voor
gevel prijkte een gevelsteentje
met een vergulde wagen: de voer
lieden van de reiswagens, die
eens op de Langepijp hun stand
plaats hadden, dronken hier een
glaasje bier. Het Gouden Wagen
tje is omstreeks 1920 afgebroken,
tegelijk met het naastliggende
pand, vroeger de Manufacturen
zaak van Van der Linden. De
grote zaak van Gerzon kwam er
toen voor in de plaats en nu
vinden we de Hema op dit punt.
Het gevelsteentje van het Gouden
Wagentje kunnen we nog be
wonderen in de collectie gevel
stenen aan de Pijlsteeg.
DE RIJZENDE ZON
was in het laatst van de vorige
eeuw de naam van een van de
vele slaapsteden in de Boterhoek.
Het logement had een uithang
bord met op een blauw veld een
stralende vergulde zon en het
onderschrift De Rijzende Zon.
DE ROODE BRUG
lag eens over het water van de
Het Gouden Wagentje
Tuinen en we mogen wel aan
nemen, dat onze voorouders deze
brug rood geschilderd hadden -