R.H. DIJKSTRA
FA. ALEX COPINI
In barre winter van '29:
BAKJE TROOST TEGEN DE KOU
J U/W E L I E R
8
ZOOLANG DE FELLE KOUDE DUURT
STADSNIEUWS
VAN VROEGER
schenken wij
op werkdagen aan ons Kantoor GRACHTSWAL *29
van 10 uur v.m. tot 12.30 n.m. en van 5.30 tot 7 uur rum.
N.V. THEEHANDEL EN KOFFIEBRANDERIJ
Brillont Gero Cassettes
Goud Uurwerken
e Zilver e Omega dealer
't kleine 3<Crantóje leeót iedereen
Bittere kou in de barre winter van *29
De N.V. Theehandel en Kof
fiebranderij v.h. R.H. Dijkstra
had aangekondigd, dat, zoolang
de barre koude duurde, ieder die
daaraan behoefte had, aan haar
kantoren aan de Grachtswal een
warme kop koffie mocht komen
halen. Tien uur was ze bruin!
De klok was nog niet koud, of 'n
paar baanvegers die op 't Kanaal
bezig waren, legden hun bezems
neer en klauterden bij den wal
op. Sedert liept 't geregeld af en
aan. 'n Paar jongemeisjes, van
buiten blijkbaar, vroegen be
deesd of ,,'t wel voor hun was?"
Wel ja! Waarom niet? Dus zij
naar binnen. Juist stond een
groote sjouwerman in de deur
van de localiteit, die voor
gratis-restaurant is ingericht en
betuigde uitbundig zijn dank.
Of 't goed was, dat hij straks
zijn kameraden stuurde! Zeker
was dat goed. Hoe meer hoe
liever, hoor. De koffie staat er
voor!
Om een uur of elf, de officieele
koffietijd in de meeste gezinnen,
begint de groote toeloop. De
kamer zit nu haast vol. 'n Paar
jeugdige kwitantieloopers. jon
gens van 'n jaar of vijftien, vinden
't „reuze".
„De gemeente betaalt alles," zegt
de een. „De gemeente zal gek
wezen", repliceert de ander.
„Dijkstra betaalt 't".
Klompen klepperen op 't mar
mer van de gang. Vier tegelijk
komen er binnen. Beleefd gaan
de mutsen af en ze zetten zich bij
de tafel of ze thuis waren.
„Smaakt 't?" vraagt de bedien-
ster aan een andere gast, 'n wat
schuchter mannetje.
„Nou, best".
De vier nieuw aangekomenen
blijken baanvegers, 'n Gemoede
lijk praatje over 't weer en de kou
gaat rond.
„Zoolang als 't druk op de banen
is, of wanneer 't sneeuwt, kun je
de warmte wel houden", zegt er
een, „maar nou zijn de banen
schoon en geen rijders en dan sta
je daar maar te koudkleumen".
„Hier man, een warm bakje".
„Dank je wel, juffrouw".
De jeugdige kwitantieloopers
hebben hun koppen leeg. Hun
gezichten onder de diep over 't
hoofd getrokken petten glunde
ren.
„Vriendelijk bedankt!"
Dan zwaaien ze de deur uit.
Een groote vrachtauto houdt stil
voor de deur en de voerman komt
vlug even een „bakje troost"
halen. Staande drinkt hij 't op en
verdwijnt weer. 't Is druk op
Zaterdag.
Vlug zamelen de bediensters de
leege koppen en brengen ze naar
de keuken, waar de groote
koffiekannen van den heer
'Schaaf dienst doen. „Zwit je al?"
vraagt een der gasten gemoede
lijk.
„Nou!"
KOM BIJ DE KACHEL
Twee transportfietsen met groote
korven voor aan 't stuur worden
tegen den gevel gezet. Nieuwe
liefhebbers.
„Ik bin van acht uur af op straat
en kwam hier in de buurt. Doe
docht ik, ik zal maar zoo vrij
weze", verklaart er een zijn
komst.
„Kom bij de kachel", noodigt de
bedrijvige vrouw van den con
cierge.
Aan de groote tafel met de
dampende koppen koffie wordt
op 't oogenblik druk gepraat, 't
Gaat over de markt, waar gister
zulk „goedkoop spul" te krijgen
moet zijn geweest. Kennissen
vinden hier elkaar en groeten
joviaal: Zoo, Melle! Zoo,
Bauke!
Nieuwe ruige pelsmutsen ver
schijnen in de deur.
„Goeiemorgen. Ik had net
meel opgeladen en docht: nou
even naar Dijkstra",
'n Geldophaler doet de bedien-
ster z'n verhaal: „Ik heb de heele
morgen loopen en las 't
gisteravond in de courant. Ik
dacht dadelijk: net wat voor mij!"
„Jou komme Maandag maar
weer", noodigt de vrouw gul.
GEEN SCHOTELTJES
'n Nette arbeidersvrouw, bood
schappen doende in de stad, wipt
ook even aan. Zij heeft toch een
enkele aanmerking: de koffie
wordt geserveerd in koppen
zonder schoteltjès en dat vindt ze
geen nette bediening. Maar als ze
de koffie proeft, draait ze
heelemaal bij. „De koffie is fijn",
zegt ze voldaan, en dat is 't
voornaamste.
Zoo hebben er velen vanmorgen
geprofiteerd van 'n kopje warme
troost in de barre winter en
wanneer 't Maandag en volgende
dagen nog zoo bitter koud is,
zullen ernóg wel meer komen.
EEN GRATIS KOP KOFFIE
QUICK I
Gaarne wil ik reageren op het
artikeltje van Jan van der'Zwaag
uit Groningen. Ik kan wel zeggen
dat ik zeer verwonderd, maar
tevens verheugd was, via het
Kleine Krantsje iets van hem te
vernemen. Met het 50-jarig jubi
leum van Quick in 1970, heb ik
veel, zeer veel moeite gedaan om
adressen van oud leden, waaron
der natuurlijk ook Jan van der
Zwaag, op te sporen. Eindelijk,
ter elfder ure, kwam ik achter
zijn adres en heb hem ook alles
Toegestuurd wat nodig was voor
de reünie van oudleden. Ik heb
echter niets van Van der Zwaag
vernomen en ik dacht misschien
toch een verkeerd adres gehad te
hebben. Het doet me dan ook
deugd dat Jan van der Zwaag nu
een oude foto met begeleidend
schrijven heeft opgestuurd. De
namen, die hij noemt, zijn niet
allemaal juist en daarom geef ik
hierbij de volledige opstelling
door:
Voor de bovenste foto van links
naar rechts:
eerste rij: Trijn Sijtsma, Atje
Tuinhof (overleden), Annie de
Swart;
tweede rij: Trijn Topma, Hester
Boonstra, Tine Buursema, Jo
Huizinga;
derde rij: Rinze Warrink (overle
den), Minze Pool (overleden), Jan
v.d. Kaa, Jan v.d. Zwaag, Piet v.d.
Haak, Hans van Dijk (overleden),
Tinus Ömbelet (overleden).
Aan de zijkanten staan links Jan
Bruining en rechts Sietze Pie-
tersma.
Van der Zwaag doet in zijn arti
keltje ook een beroep op de oud
leden om de vereniging „Quick"
financieel te steunen. Ik geef
daarom graag het adres van de
penningmeester door t.w. H.
Rijpstra, Ferd. Bolstraat 74, tel.
05100 - 25800, gironummer
841641.
Ik kan met Van der Zwaag hele
maal meevoelen als hij zegt dat
het vroeger zo'n gezellige vereni
ging was. Inderdaad, dat kon
toen, omdat de club niet die om
vang had, die ze nu heeft. Ik ken
de ook alle leden bij naam en
toch, nu ik de foto van mevr.
Batstra-Werkhoven heb gezien in
het Kleine Krantsje no. 208,
staan daarop een paar leden, die
ik niet meer weet. (Ik heb in een
ander artikeltje op deze foto ge
reageerd). Wij zullen dus maar
aannemen dat dit de ouderdom
is en je geheugen je in de steek
laat. Maar Jan, die groep waar je
zelf opstaat, zou je toch eigenlijk
nog allemaal moeten weten, zoals
Jo Huizinga.de atlete uit de esta
fetteploeg, die in 1927 te Amster
dam het Nederlands Kampioen
schap wist te behalen met de
dames Annie Zondervan, Griet
Tolsma, Klaske Looienga en
Akke Ferwerda. En dan Jan v.d.
Kaa, die toen secretaris was.
Maar misschien heb ik nu je ge
heugen weer wat opgescherpt en
zou ik willen zeggen geef het
voorbeeld aan de oud-leden, door
je als donateur bij Quick aan te
melden. Het gironummer is nu
bekend. Van harte welkom!
Leeuwarden
Tine Pannekoek
Loois-Buursema
QUICK II
Na het Kleine Krantsje no. 209 te
hebben gelezen, moet ik al weer
in de pen klimmen en wel op
verzoek van de heer Van der
Zwaag.
Om maar te beginnen met de
namen van de twee foto's van
Quick. Je kent er nog veel van
Jan! Op de bovenste rij zijn de
eerste drie onderaan goed. Twee
de rij: Trijn Topma, Hester
Boonstra, Tine B. en Jo Huizinga.
Dan Jan Bruining, Rinse War
rink, Minse Pool, Jan v.d. Kaa,
Jan zelf, Piet Haak, Hantsje v.
Dijk, Tinus Ombelet en Pieter-
sma. De foto onderaan no. 1, 2, 3
en 4 goed. Dan Mina Leemeyer,
Tietje v.d. Witte en Trijn Topma.
De tweede rij no. 1 en 2 goed en
dan weer dezelfde Hantsje v. Dijk
Marie Heij, Jan v. Keimpema,
Mina Bazuin, Tine, Jan, Pool (die
we altijd Eddy Polo noemden) en
Jan Groenewoud. Mijn afwezig
heid was dunkt me, dat ik moest
spelen op een of andere dorps
danspartij.
Jan v. Keimpema en Mina Ba
zuin werden een echtpaar, zo ook
Tinus en ik. Mina is naar ik
meen in 1949 gestorven en Tinus
is in 1942 al overleden. Jan vraagt
of er verschillende niet meer in
leven zijn. Dat zijn dan ook nog
Warrink, Pool, v. Dijk, Atsje
Tuinhof en Mina Leemeyer.
Naar ik meen zijn de overige
nog in leven. Ze behoren nu alle
maal al bij de ouden van dagen.
Tine en ik komen nog geregeld bij
elkaar. Piet Haak tref ik nog wel
eens bij Greunshiem als ik op de
bus wacht vanuit de Jachthaven.
Bij het laatste jubileum van
Quick heb ik nog een paar
ontmoet. Meestal wonen ze in
alle windstreken en dan komt er
weinig van om elkaar eens weer
te zien. Misschien komen we
langs deze weg nog wel eens met
elkaar in kontakt (lijkt wel een
huwelijksadvertentie, klein ge
brek geen bezwaar).
Vorige week was ik nog in
Groningen, maar bespeurde Jan
v.d. Zwaag ook niet. Zo zie je
maar hè. Je was wel eens jaloers
op Jopie Bijl in z'n uniform hè,
maar je droeg er later toch zelf
ook één nietwaar. Bijl was ter zee,
maar jij te land en wij hadden
luchtkastelen. Zo is dan alles ver
tegenwoordigd in dit epistel.
Ik hoop dat er nog veel meer re
acties komen. Het zit er wel in
zou ik zeggen. Het is in ieder
geval reuze leuk.
Rotterdam
T. Boer-Sijtsma
PEPERSTRAAT 11 - TELi. JON 26880 - LEEUWARDEN