HARD WERKEN BIJ PLET DE MEUBELMAKER
OP DE NIEUWESTAD
ACHT OM DE LANGE
10
Een paar weken geleden
heeft 'Acht om de Lange',
gerenommeerde kegel
club in Leeuwarden, het
vijftigjarig bestaan ge
vierd. Bij deze feestvie
ring zullen weinigen be
trokken zijn geweest, die
een kwarteeuw geleden
deel uitmaakten van
deze vereniging en die
we op deze groepsfoto
kunnen zien. De foto is
in 1950 gemaakt, toen
Acht om de Lange deel
nam aan een concours in
Sittard. Van de gefoto
grafeerde heren zijn er
intussen enkelen overle
den. terwijl het anderen
langzamerhand onver
schillig geworden is of de
Lange al of niet overeind
blijft staan. Hier komen
de namen van de sterren
van toen: van links naar
rechts Wieger van Cleef,
Jan Postma, Molle de
Jong. Anke Donna, Tinus
Hoekstra. Henk van der
Meiden, Vic Boitelle,
Arie van Wanum en
Flits Woldendorp. Ten
slotte de man, die het
zich op de koffer met de
kegelballen gemakkelijk
heeft gemaakt - dat is
Van der Heide. Buiten
het beeld de man, die de
foto heeft gemaakt: Si
mon de Vries, eveneens
lid van de club. Op de
andere foto Auke Douna
als een van de absolute
uitblinkers van Acht om
de Lange van toen in
volle actie.
't 3Cleine 3Cranióje leert iedereen
De herinneringen van mevrouw
Van der Leest-Dijkstra uit Hee
renveen in nummer 209, trokken
mijn aandacht. Mijn vader werk
te n.!. ook bij de firma Plet en wel
van 1901 tot 1917, het jaar van
opheffing. In die tijd hadden
meubelmakers nog veel met
draaiwerk te doen. Dat draai-
werk werd vervaardigd door mijn
vader; hij was de enige houtdraai
er in deze meubelmakerij. „Ma
chines waren er niet", schrijft
mevrouw Van der Leest. Ook de
apparatuur, die mijn vader ten
dienste stond, was slechts met
voet-bediening en dat betekende
urenlang staan van het ene op
het andere been. Ik mocht wel
eens helpen „trappen". De perso
neelssterkte en de lange werktij
den in aanmerking genomen, was
er vrij zeker een behoorlijke pro
ductie. Dat het door de firma
Plet vervaardigde een regelmatige
afzet genoot, was behalve aan de
bekende kwaliteit, mede te
danken aan de activiteiten van de
patroon, die voor zijn zaak steeds
maar weer „de boer op" was.
Plets' meubelen waren in Fries
land niet onbekend.
Ik werd in 1904 in de Wester
straat geboren. De Westerstraat
was een zijstraat van de Bleekers-
straat, dicht bij het Rengerspark.
De huizen daar zijn nu allemaal
afgebroken.
De werktijden, waar mevrouw
HEILIGE DAGEN
Van der Leest over spreekt, weet
ik me nog wel te herinneren; niet
van dat ene extra uur op donder
dag. Van mijn vader w ist ik wel,
dat er toentertijd actie gevoerd
werd tot doorbetaling van de zgn.
„heilige dagen". Op Hemelvaarts
dag werd tot één uur gewerkt;
vaders' vrije middag was voor
moeder en kinderen een feest.
Die middag werd nogal eens
besteed voor een bezoek aan „De
Put", waar veel joodse winkeliers
woonden en waarvan de meisjes
wisten dat ze daar van die mooie
strooien zomerhoedjes verkoch
ten! Meerdere malen ben ik met
vader mee geweest naar zijn
werkplaats. Achter in het grote
pand via diverse meubelmakers-
zolders bereikten we dan de
bovenste verdieping, het domein
van „de draaierij". Menig keer
ook heb ik hem 's avonds opge
wacht na zijn werk en stond dan
vroegtijdig op mijn post vóór de
winkel op de Nieuwestad. Op
zekere avond duurde dat wachten
naar mijn zin w el w at lang. Vlak
voor ik de moed maar dacht op te
geven, kwant er een jonge vrouw
door de winkel naar buiten, met
de voor mij verbluffende mede
deling dat vader al lang thuis
wasToen wist ik het niet. w ie
die jongedame was. maar ik
egin nu te geloven dat het
juffrouw Dijkstra is geweest!
Denkt U ook niet. mevrouw Van
der Leest?
Mijn ouders trouwden in 1903 en
het lang niet slechte loon van
mijn vader bedroeg 10.- per
week. 2.50 ging heen aan huis
huur. suiker kostte 23 cent pet-
pond. vlees 35. Naar het inkomen
gerekend, dure tijden.
Met mijn oudste zus bezocht ik
de bewaarschool op de Oldega-
lileén. Je kon toen nog vanaf de
Spanjaardslaan. over de Noorder-
brug links het park door, vlak
langs Manege en Gemeente
school. Even kijken op de hoek
naar die hoge klok, en dan verder
via de „kiepeloop" naar het
schooltje waarvan het personeel
ons heel wat aangename uren
wist te bezorgen met de avontu
ren van een zekere Jan Klaassen
en zijn vrouw Catrijn, in de
poppenkast. Later gingen we
samen naar de grote school in de
Kruisstraat. Dat gebouw, toen al
oud. staat er nog en doet dienst
als garage. Met buurtgenootjes
gingen we in onze vrije tijd vaak
naar het weiland voorbij de Israë
litische begraafplaats. We noem
den dat „het Jodeland" en wij als
jongens hadden er alle ruimte
voor het „draakje vliegen".
MATIGE BUSTAND
Om op de firma Plet terug te
komen, ik weet echt niet hoe het
zat met een eventuele uitkering
bij ziekte. Er was een onderlinge
kas. die door mijn vader werd be
heerd. en waaraan ieder perso
neelslid een dubbeltje per week
bijdroeg. Maar dat zal wel nooit
meer dan een matige bijstand in
vooruitzicht hebben gesteld.
Twee namen onder het personeel
kan ik me nog herinneren: Twijn-
stra en Wiersnta. Met het gezin
Wiersma vertrokken we in april
1917 naar Alkmaar, waar de
beide vaders werk hadden ge
zocht en gevonden bij meubelfa
briek „Eik en Linden". Twijnstra
sprak ik nog. een paar jaar
geleden. Hij was weduwnaar en
woonde in Rotterdam.
Alkmaar A. Scheer