REGLEMENT KANTOORKLERKEN de bekoring vm het oude friesland VISSER VANGT ZALM Uit de doos met sniepsnaren SCHOONHEID IN VROEGER EEUWEN MENALDUM. AL EERDER GEBEURD Tyrantoi*. ier$i cdc De Doos met Sniepsnaren heeft vandaag voor ops de verrassing van een "reglement voor kantoorklerken" uit de goeie ouwe tijd. Het is een onthutsend styk leptuur, dat je nauwelijks kunt lezpn zonder van woede de vuisten te ballen. Dit reglement, dat kennelijk voor een handelskantoor bestemd is geweest, is niet gedateerd, maar aan de hand van dp glorieuze weeklonen (tien geilden en een kwartje voor de oudste klerken, na vijftien jaar of langer trouwe dienst zullen kenners van de arbeidsomstandigheden van vroeger wel kunnen opmaken, uit welke tijd het stamt. Onze voorouders, die er zich aan moesten onderwerpen, hebben ^ich er misschien nauwelijks aan gestoord, omdat ze niet beter wisten - wij kunnen ons amper voorstellen, dat er werkomstandigheden zijn geweest als die, welke blijken uit de veertien voorschriften van dit reglement. Het eerste punt spreekt over "Godsvrucht, properheid en stiptheid", die karaktertrekken zijn, "dewelke onontbeerlijk zijn voor een goede handel". Uit het tweede punt blijkt, dat er wat de werktijden betreft zojuist een-aanzienlijke verbetering in getreden is: "Op aanwijzing van de Gouverneur heeft onze firma de werkuren verminderd en het personeel dient vanaf heden slechts (het staat er: slechts op werkdagen ten burele te zijn tusschen zeven ure des voormid dags en zes ure des namiddags. ZONDAGSRUST Zeer fraai is punt 3: "De Zondag dient voor kerkgang, maar mocht iemand goed van node hebben, dan zullen de klerken op Zondag ten burele werken." Verplicht gebed volgens punt 4: "Dagelijkse gebeden zullen iede re morgen gezegd worden in het Groote Kantoor. De klerken dienen aanwezig te zijn". De punten 5 en 6 zijn nog wat: "Kleding dient sober te zijn. De klerken zullen zich hoeden voor het dragen van kleding in opvallende kleuren en van kou sen, die niet goed gestopt zijn" en "Overjassen en overschoenen mogen niet ten burele aangehou den worden, halsdoeken en hoofdkleding kunnen in gevat van guur weer gedragen wor den." Uit punt 7 kunnen we opmaken, dat de firma de goedheid heeft gehad in het kantoor een kachel te plaatsen. Maar voor de brand stof moet het personeel, zelf maar zorgen: "Er is voor een kachel gezorgd ten gerieve van de klerken. Steenkool en hout moeten in een kast opgeborgen worden. Aanbevolen wordt, dat iedere kantoorklerk gedurende de tijd van het koude wepr vier ponden steenkool per dag mee brengt." Punt 8: "De klerken nlogen het vertrek niet verlaten zonder toestemming. Het is toegestaan de natuurlijke drang te volgen (hoera Red.) waarvoor de klerken de tuin achter de tweede poort kunnen gebruiken. Dit terrein dient in goede staat gehouden te worden". SPREKEN VERBODEN Dan punt 9, dat er ook niet om liegt: "Gedurende kantoortijd is spreken verboden". Ook heel fraai is punt 10: "Het hunkeren naar tabak, wijn of sterke (irank is menselijke zwakheid en der halve verboden voor alle kan toorklerken". Zojuist hebben we gezien, dat er nu niet meer zo lang gewerkt behoeft te worden als vroeger, maar er komt wel tegenover te staan, dat er tijdens het eten doorgeweekt moet worden "Nu de kantooruren drastisch ver minderd zijn (let op: drastisch. Red.) en wel tot elf uren per dag, is het tot zich nemen van voedsel toegestaan tusschen half twaalf en twqalf ure, maar het werk mag o'ndêr geen enkele voor waarde onderbroken worden." Punt 12: "De klerken moeten zelf hun schrijfpennen mede brengen. Een slijper is op aanvraag bij den boekhouder aanwezig en verkrijgbaar". Uit punt 13 kunnen we opma ken, dat de werktijden zich voor het personeel niet tot elf uren beperkten* er kwamen nog eens tweemaal veertig minuten bij: "Een oudste klerk wordt be noemd, die verantwoordelijk is voor de properheid van het kantoor ,en alle jongste en aankomende klerken zullen zich veertig minuten voor het ge meenschappelijk gebed bij hem meldep voor het schoonmaken der vertrekken en zij zullen na kantoortijd blijven voor dergelij ke werkzaamheden. Borstels, bezems, zeep en water worden door de firma beschikbaar gesteld" - dat nog wel. GRANDIOZE BELONING Nu de grandioze beloningen voor het werken onder deze schandalige omstandigheden; "De nieuwe, verhoogde weeklonen zijn voor: jongens tot 14 jaar fl. 0,52, jongste bediende fl. 2,40, aankomende klerken fl. 4,50, klerken fl. 5,50 en (hou je vast) voor oudste klerken, na 15 jaar diensttijd fl. 10,25. Magistraal is tenslotte de zinsne de, waarmee dit fraaie reglement uit het jaar zoveel besloten wordt: "Er wordt verwacht, dat iedereen hiermede een verhoog de hoeveelheid werk zal afleve- De vorige maand stond er een bericht in onze dagbladen over de vangst van een bijzondere vis, die helemaal niet thuis hoort in de binnenwateren van Friesland: een zalm van zes en zeventig centimeter lang en vier kilo zwaar. De vis werd gevangen in de Opsterlandse Compagnons vaart bij Gorredijk, moet via Kornwerderzand in het IJssel- meer zijn terecht gekomen en is vandaar waarschijnlijk via Sta veren stroomopwaarts getrok ken. "Een bijzondere vis, die hier in de binnenwateren van Friesland helemaal niet thuis hoort en die -aldus de Leeuwarder Courant - hier voor zover bekend ook nooit eerder is aangetroffen". Dit laatste is niet juist. In onze archieven vonden wij een kran tenknipsel uit 1901, dat ook gewag maakte van het vangen van een zalm in Friesland. We zullen dat berichtje even over schrijven: "Als eene groote zeldzaamheid deelen wij mede, dat onze stadgenoot S. Visser gisteren bij het visschen op de Langemeer onder Suawoude een zalm in zijne netten heeft gevangen van ruim 12 pond". Die zalm van Suawoude van bijna driekwart eeuw terug was dus nog zwaarder dan die van Gorredijk en dat moet dus wel een enorme kanjer zijn geweest. Wij weet zijn er nog nabestaan den van de heer Visser, die het zich kunnen herinneren.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1975 | | pagina 6