MOOIE VERKENNINGSTOCHTEN
IN DE JAREN VAN MDN JEUGD
Door
G.T
Kampen
t 3^(erne '3Crcwteje leeót iedereen
te schoenen met véters, altijd
wat op het hoofd, een pet, 's
zomers een breedgerande slappe
strohoed en 's winters op
klompen.
STRAATORGEL
Eens per week kwam het oude
Leeuwarder straatorgel, de naam
van de orgeldraaier was Koopal.
Hij was nog jaren later een
bekend persoon in het Leeuwar
der stadsbeeld.
Ook schieten je dan weer die
bekende melodietjes in gedach
ten n.l. "Ik heb een bloemetje
geplukt al op de hei" en "Janus
heb jij je hoedje óp", "Neerland,
o, Neerland, daar is het goed,
daar worden kinderen met melk
en eieren gevoed." "Sien, Sien,
Siene la me los" enz.
Onze abonnee, de heer G.T. van
Kampen uit Leeuwarden, ver
volgt zijn herinneringen aan
vroegerjaren.
naast de Galileër Kerk en daar
naast de sigarenzaak van de
heer P. Vinken.
Naast de Driekramerssteeg in
het grote herenhuis woonde
burgemeester Zimmerman. De
Heerestraat, was toen ook nog
druk bewoond, er was ook een
timmerwerkplaats van de heer
Loot.
Ook was er een pand waar het
Leger des Heils was gehuisvest.
We hebben daar als kinderen
veel op de straat gespeeld, een
enkele maal passeerde de auto
van Hotel de Doelen, die gasten
van het station haalde of bracht.
Die auto met brede treeplanken
en handle's met een toeter aan
der stond met kiosk' op terrein.
Uit de Leeuwarder Courant het
volgende:
Vliegweek Jan Olieslagers 1910
te Leeuwarden wordt gehouden
15 - 16 - 17 en 18 September.
Pachters op het vliegterrein zijn
geworden:
van de consumptietent de heer
P. Rodenhuis
van de programma's en ansicht
kaarten de heer T. van Kampen
voor de afdeeling banket- en
fruitzaak de heer Y. Wigersma
en van de verkoop der sigaren de
heer S. Bloemhof alhier.
Verder: 15 - 18 sept. 1910 op de
Wilhelminabaan, door den heer
Jan Olieslagers recordvlieger,
met zijn monoplan Blériot.
Voorts:
Donderdag 15 sept. Ringrijderij
op Krompaneelen Sjeezen, om
luxe voorwerpen, Vrijdag 16
sept. Wedloop van Hazewind
honden en Poneyraces. Zaterdag
17 sept. Voetbalwedstrijd. Zon
dag 18 sept. Wedstrijd van Fan
farecorpsen.
Prijzen en medailles geëtaleerd
bij de boekhandelaar R. van der
Velde te Leeuwarden. Dagentrée
0.60. Tribuneplaatsen op het
terrein.
In 1910 kwam de aviateur Jan Olieslagers naar Leeuwarden. Hier zien we de held met fraaie snor en de pet achterstevoren.
Bij de Boterhoek, waar mannen in de lijnbaan liepen
Aanvang der sportfeesten 2
uur. Terrein om 1 uur geopend.
Geen rijwielbergplaats op het
terrein. Doorlopende kaarten ad.
1,50 tot nadere aankondiging
bij verschillende wederverkoo-
pers verkrijgbaar.
Op straat hoorde je toen het
volgende liedje zingen:
"Als Olieslagers dood is, dan
krijgen wij misschien: de helleft
van zijn centen en ook z'n
vliegmachien."
Refrein: Olieslagers, Olieslagers
wat een reuze vent is dat Bis.
Wat werd er in die jaren veel
meer gezongen en gefloten op
straat, vooral door boodschap-
pen-jongens.
DE GROTE SCHOOL
In deze tijd n.l. in mei 1911, was
het zover, de bewaarschool-peri
ode was voorbij, het werd tijd
voor de "grote school". Ik kwam
op school in de Kruisstraat, toen
al geen nieuw gebouw meer,
lange stenen gang met kapstok
ken langs de kant, genummerd,
waar de kleren opgehangen
konden worden, klompen er
onder. Wat een benauwde lucht
als het een regenperiode was.
De klassen waren gescheiden
door glazen schuifdeuren.
Hoofd der school was de heer J.
Heslinga. Ik kwam in de klas bij
juf Merema. Platen aan de
wand, twee jongens aan het
hoepelen, een paling in S vorm
in een pan, en wij maar
opdreunen: twee hoepeltje OO,
een paling Sss. Twee meisjes in
gehurkte houding aan het bloe
menplukken stelden de letters
AA voor en zo ging dat verder
met het lezen leren.
Tweede klas en later ook de
derde; meester Nuijen.
Verder waren nog aan die
school: meester Vijver (met
houten been), meester de Vries,
meester Boelema en de juffen
van Krugten en Engga. O ja, en
meester Boonstra, later hoofd
van W.C. van Munsterschool.
Drie jaar ben ik op die school
Vervolg op pag 10
Wat was het voor ons een plezier
op een warme zomermiddag
achter de sproeiwagen aan te
lopen, om je dan even nat te
laten sproeien, wat kon het
lekker ruiken als zo'n wagen
voorbij was gegaan.
Onze verkenningstochten strek
ten zich in alle richtingen uit.
Wat mochten'we graag zien aan
het Zuid Vliet, naar de potten
bakkers van Dorama, die vlak
voor het raam hun vazen en
potten vormden op een draai
schijf die met de voeten werd
aangedreven. Eens zag ik op
zo'n tocht op de Grachtswal voor
één van die herenhuizen een
motor staan te draaien ('t kan
ook een stoommachine geweest
zijn Grote slang als van de
brandweer door een omhoog
geschoven raam en daar was
men onder het luidpuffend
geluid de kamer aan het
stofzuigen.
DE LIJNBAAN
Ook gingen we gauw eens een
kijkje nemen in de Boterhoek
waar mannen liepen in de
lijnbaan.
Achteruitlopend werd uit een
bundel vlas touw gedraaid door
dat in een huisje aan de
Oostkant iemand aan een groot
wiel stond te draaien.
In september 1910 beleefden we
de vliegdemonstraties van Jan
Olieslagers. Als jongen van vijf
en een half jaar was ik ook op de
Wilhelminabaan aanwezig; va
Bij de trapjes op: het deftige huis van dokter Uffelie.
Op de hoek was dan nog de
bakkerij van de heer Bakker.
Aan de Tweebaksmarkt tot aan
de Koningstraat was dan o.a. het
huis van dokter Uffelie (bij de
trapjes op) de drogisterij van de
heer Nobel, later de gezusters
Eekhof, dan de Schilderszaak
van Hilarius en de apotheek van
Sonnega. Tegenover de Korfma-
kersstraat was dan het in 1904
gebouwde Postkantoor, daar
de buitenzijde, was voor ons
even een attractie.
Eens gebeurde het dat een van
de jongens een ander zijn pet
van het hoofd rukte en die naar
de auto gooide, pet bleef op de
treeplank liggen en ging mee de
Tweebaksmarkt op. Ja, die
kleding van toen, jongens had
den op vijfjarige leeftijd vaak
een schort voor, kort broekje en
lange zwarte kousen, hoge zwar