KOEGELFLESKE EN DE KUSTEKOEK 5 Ach, die fijne tijd van 't 't kleine 3^-rantóje leeót iedereen Toen gingen we naar de Kelders Onze abonnee, de heer G.T. van Kampen uit Leeuwarden, ver volgt zijn herinneringen aan vroeger jaren. Eens kwamen we een oude baas tegen met garibaldihoed op. Het was de heer Wijga, hij was de molenaar geweest van de molen "De Arend" die stond achter het tegenwoordig restaurant "De Plantage" bij de Vrouwepoorts- brug. In zijn jeugd was vader daar wel geweest, vond het nooit prettig daar naar toe te gaan omdat daar beneden in de rnplen de honden waren van de hondekar- vrachtrijders. Ook ontmoetten we nog al eens een oude heer Lerk, wie dat was weet ik niet meer. In de winter liepen de dames vaak met een bontstel, boa en mof vanaf de hoed hadden ze dan een voile voor het gezicht. GROOTOUDERS Uiteraard gingen we ook nogal eens op bezoek bij onze grootou ders die allen in onze stad woonden. Grootouders Goede- moed aan moeders kant woon den toen in de Tramstraat, hij was kleermaker in het Old Burgerweeshuis, later woonden ze in de Zuiderstraat, ingang door het antieke poortje dat in 1945 door de Duitsers is verwoest. Toen ze dan in de Tramstraat woonden, het huis waar je recht op aanloopt, naast de remise van de toenmalige tram, hadden ze achter het huis een waranda van waaruit je een onbeperkt uizicht had over de weilanden naar Deinum en Marssum. Nu en dan zag je het Dokkumer Lokaaltje voorbij puffen, de locomotief soms achterstevoor, vaak bellend voor de vele landweggetjes die de spoorbaan kruisten. Nog iets over het Old Burger weeshuis: 's Zondagsmorgens gingen de wezen in de rij, de meisjes voorop in hun aparte kleding met oorijzers op en de jongens met pet met rode bies ook in "uniform" naar de Grote Kerk, waar ze een zitplaats hadden boven op de gallerij. "Vader" Tiemersma en mijn grootvader Goedemoed liepen dan in het zwart met hoge hoed op, mee in de rij als begeleiding. KUSTEKOEK Als ik dan eens in de Tramstraat was, de molen stond er ook nog, ging ik met een tante die toen nog in huis was naar de Broodfabriek aan de Westersin gel ik meen van Dalenoord kreeg ik daar altijd "kustekoek". Het stond daar ergens bij het Vosseparkje waar nu die heren huizen staan, met die dikke boom op het trottoir. De hierboven genoemde fam. Goe demoed en aanverwante families zijn afkomstig van de stamva ders Hendrik Johannes Goede moed die in 1764 in Fulda in Duitsland werd geboren onder de familienaam Guthsmuts. Hij trouwde 10 augustus 1788 te Bolsward met Marijke Hylkes uit de Bolswarder familie die zich later de Vries noemde. Degenen die hier meer van willen weten, wil ik graag inlich ten. (Tel. 62245.). In de zomer van deze jaren bezochten we dan ook nog wel eens de "Kleine Bontekoe" vermaakten ons in de speeltuin en dronken prik uit een "koegel- tleske" of "Fosco". Naar het "Tolhuis" was ook een Door G. T. v. Kampen attractie, de Groningerstraatweg was een pracht wandelweg met rijen forse bomen. De weg ging toen nog vlak langs het Café en was niet breed. Aan de overkant was de speeltuin, waar nu het verkeer dwars doorheen raast. Tegen de wand in het Café was een muziekdoos, als je daar een geldstuk in deed begon een grote schijf met gaatjes te draaien en hoorde je een of andere bekende melodie tokkelen. 12 mei 1913. Weer een grote verandering. We verlieten de Korfmakersstraat en kwamen op een nog betere stand n.l. op de Kelders nr. 167 bij de Brol. Voorheen was hier de zaak van van Keulen gevestigd in Pfaff naaimachines. Gezellige winkel, daarachter onze woonkamer en de prachtige kamer boven is een tijd verhuurd geweest o.a. aan de heren Loder, ingenieur bij de P.E.B. en aan Mr. H.A. Wassen- bergh, advocaat en procureur. Deze laatste is in januari van dit jaar op 86-jarige leeftijd in Hilversum overleden, hij was voormalig Algemeen Secretaris van de Avro. Ook is er nog een heer de Boer uit Sneek op die kamer geweest, deze zat in het bestuur van de pas opgerichte gymnastiekvere niging "Kracht en Vriendschap" waarvan de heer Dobbinga, directeur was. Op de 'hoek van de Grote Hoogstraat was toen al de paraplu zaak van de Gebr. Rentier toen reeds de fam. Eilers, dochtertje was Jeantje, dan kwam de sigarenwinkel van de heer P. Hendriks, zoontje Willem, later kwam in deze zaak de heer Bottema, afkomstig uit Warga met de kinderen Meina en Wiepkje. Dan kwam onze zaak en daarnaast de manufac- turenzaal van Ggbr. Suren. Vervolgens de Gez. Wybrandy, die een drogisterij hadden, verder waren er de zaken van Marcus en v.d. Linden en de galanteriezaak van Cohen, fa. Voss. de drukkerij van Bouman. waarboven tandtechnicus Van Kollem woonde, de ijzerhandel en gereedschappen van Borg rink, de sigarenzaak van S. Hielkema. Deze had drie zoons, waar we ook mee speelden n.l. Willem, Ulko en Meindert, de laatste was toen nog erg jong. Verder was er de boekwinkel van de heer van Belkum, de zaak van fa. Bekker en de Zuivelzaak van de heer R. Visser. Tenslotte Niermeijer en op de hoek van de Minnema- straat was de zaak in huishoude lijke artikelen van Koerse. Misschien is de volgorde niet helemaal juist, maar 't is een hele toer dit na 50 55 jaar nog te herinneren. DE DRIE KISTJES Na Hotel de Doelen, toen als eigenaar de heer Hoven was dan de sigarenzaak van de heer Scheepstra "de drie kistjes", daarboven fotograaf Strüpert, verder de apotheek van Tromp Visser de Verkadezaak van van der Mey, fa. Titus Postma, Schoenenzaak van de oude heer Dronrijp, Lucas v.d. Meer, de schoenenzaak van fa. Lub, ik meen dat daar de heer Rijpkema het beheer had, en dan meen ik dat de heer de Jong van "Het Nieuwste" er ook al was. Ook Nu en dan zag je hel Lokaaltje voorbij puffen Toen de molen De Arend er nog stond. (Vervolg op pagina 10).

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1975 | | pagina 5