VDE LEEUWARDEN MYSTERIE WAARVAN GEEN MENS VERKLARING VOND 't 3^.leine ïï^rantóje leeót iedereen fEKEN GEVONDEN De lange eenzame weg naar Hardergarijp afgedwaald» dagen ijverig aan het zoeken. Gisteren werd nog tusschen de palen bij de tweede-kanaalsbrug gevischt. Twee Zondagen vóór haar ver dwijnen is het meisje in de Ned. Herv. kerk bevestigd als lidmaat. Toen zijn hare bejaarde moeder en eene zuster nog expres naar haar overgekomen om de plech tigheid bij te wonen. Tetje was toen zeer opgewekt en wel te moede. RAADSELACHTIG Evenals de mevrouw bij wie ze diende, vindt hare familie de ontknooping raadselachtig en duister, want het meisje had een goed ouderhuis, waar ze te allen tijde welkom was; ze werd niet door geldzorgen gekweld, want ze was spaarzaam en had ook verder over geen bijzondere zwarigheden te tobben. Toch kan een zielsziekte de naaste oorzaak zijn, dat zij dien noodlottigen avond van 3 April den langen, eenzamen weg naar Hardegarijp, waaraan slechts een paar huizen staan, is afge dwaald en den dood heeft gevonden. Of wel, is het lijk daar heen gedreven, meevoerd door wind en stroom Heden Vrijdag wordt het stoffe lijk overschot per lijkwagen naar Harich vervoerd, waar meer fa milieleden begraven liggen. Omdat er geen tijd is brieven te zenden, worden we verzocht het volgende te willen mededeelen: De begrafenis is bepaald op morgen Zaterdag, 's middags te twee ure, waartoe de naaste familie bij deze beleefd wordt uitgenoodigd." In een ander bericht in de krant werd gemeld, dat het lijk van het slachtoffer reeds op de dag vóór de schipper het meisje vond, door arbeiders was gezien. Hedenmorgen te negen uur werd bij de marechaussee alhier bericht ontvangen, dat bij de Schanserbrug (tweede brug aan den Groninger straatweg) door arbeiders een lijk was gevonden in het vaarwater. De marechaus see heeft zich naar de aangewe zen plaats begeven, waar het lijk voorloopig reeds door eenige Leeuwarders is herkend als dat van Tetje de Jong, die van hier sedert 3 April j.l. vermiste dienstbode. Toen wij ons omstreeks elf uur om informaties naar de Schan serbrug begeven hadden, lag het lijk met een laken overdekt op den walkant in de weide aan de overzijde van de brug, waar een voetpaadje door een klein hek werk van den grooten weg af in het land loopt. Even verder bij een bocht in het vaarwater was het lijk omstreeks acht uur door een paar arbeiders gevonden. AL EERDER GEZIEN Wij vernamen, dat reeds gisteren arbeiders iets hadden zien drij ven in het water op deze plaats, maar zij hadden daarin geen menschelijk lijk gezien. Heden morgen dreef het echter geheel aan de oppervlakte en toen konden zij zien, dat het een vrouwenlijk was, dat zij op het droge brachten om daarna de marechaussee te gaan waarschu wen. Nader vernemen wij nog het volgende: De politie alhier kreeg door telegraphisch bericht van den burgemeester van Tietjerk- steradeel, onder welke gemeente de Schanserbrug ligt, kennis van de vondst van een lijk, met verzoek om voor de herkenning te zorgen. Een politie beambta uit Leeuwarden is daarop met twee personen, die Tetje de Jong kenden, derwaarts gegaan en dezen hebben toen in de gevon dene Tetje herkend, zoodat de identiteit thans officieel vast staat. Aangezien het lijk in de gemeen te Tietjerksteradeel werd gevon den, is dit nu onder berusting van den burgemeester dier ge meente en zal deze dus verder de noodig blijkende maatregelen moeten nemen. Naar wij vernemen is het lijk gebracht naar het lijkenhuis te Bergumerheide. De geneeskun dige, belast met de lijkschou wing aldaar, zal zich hebben te verklaren over hetgeen er mee gebeuren moet. De Officier van Justitie uit Leeuwarden heeft zich hedenna- middag daarheen begeven. Tenslotte een laatste bericht over deze zo geruchtmakende zaak. "Aangaande het vinden van het vermiste dienstmeisje Tetje de Jong vernemen wij nader, dat het lijk uit het water bij de Schanserbrug werd gehaald door den rijksveldwachter J. Kleefstra te Hardegarijp, daarin bijge staan door J.G. Semler. Op het lijk bevonden zich o.a. twee ringen, een onbetaalde rekening van een gering bedrag en voorts een beurs met klein geld. Er waren geene uiterlijke sporen van geweld op het lijk aanwezig, zoodat aangenomen moet wor den, dat het meisje zich uit wanhoop het leven heeft beno men. VERDRINKING De heer Thoden van Velzen, geneesheer te Rijperkerk, heeft de doodschouw verricht en ge constateerd, dat het overlijden tengevolge van verdrinken was ontstaan. Op last van den burgemeester van Tietjerksteradeel is het lijk gekist en gebracht naar het lijkenhuis te Bergumerheide. Een broeder van de overledene, Johannes de Jong, kwam heden morgen aldaar aan en heeft het lijk in een lijkwagen uit Leeuw arden hedennamiddag laten ver voeren naar Harich bij Balk, alwaar het morgen ter aarde zal worden besteld." Overlijden door verdrinking - zelfmoord dus; dat moest de conclusie van de geneeskundige onderzoeken zijn en daarmee werd deze tragedie afgerond. Maar of de nabestaanden er vrede mee hadden Met ver schillende onbeantwoorde vra gen bleven zij worstelen, tot lang na dit voor hen zo dramatische jaar 1902.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1976 | | pagina 7