SLANKE WILLEM: MOOIE FIGUUR
HARLINGEN
Uitde
10
't kleine 3<Crantóje leeM iedereen
(vervolg van pag.~5)
metnomen, must maar es kieke.
Mijn vader maakt het pakje open
en beziet ze. "Ik fien ze nogal wat
grof'. "Ja," seit Willem, "Se
binner uute hand maakt en er sit
een hoop werk in De koop
werd gesloten en Willem stapte
weer op.
Nou kwam mijn zuster een paar
maal in de week om de boel
schoon te houden en mijn vader
vond dat een mooie gelegenheid
om de gordijnen door mijn zuster
te laten ophangen. Toen ze aan
het werk was zei hij "Ik hew nije
gedienen kocht, wuustie aanses
oek even ophange?" "Waar
binne ze?" zegt ze, "ik mut eest
sien as se passé". Hij haalt de
gordijnen op en laat ze mijn
zuster zien. Die viel nog al een
beetje bot uut: "Man dat binne
gien gedienen, dizze dingen
komme niet voor de ramen te
hangen, waar komt dit weg?" Hij
zei, dat hij ze van Slanke Willem
gekocht had. "Nou zei mijn
zuster, "hij heeft je mooi
bedonderd".
Na verloop van tijd komt Willem
weer 's an. Hij vraagt "Hest de
gedienen niet hangen?" "Loop
naar de hel", seit mien vader, dou
hest mie visnetten verkocht
inplaats van gedienen. "Ja," seit
Willem en dou hest mie een bok
verkocht, die piste hem zelf in
sien bek. Daar viel niks tegen in
te brengen.
Zo verliep weer een tijdje, tot
Willem weer eens langs kwam.
Mijn moeder was al overleden en
zo ik al vertelde, mijn zuster
hield de boel schoon. Willem
ging even zitten en ze praten
weer wat over vroeger en dat ze
toch wel mooie dingen beleefd
hadden. Willem z'n ogen gingen
de kamer eens rond en toen seit
ie "wat hest daar een mooi
kopkerekje hangen." "Ja" seit
mien vader, "die kopkes binne
nog van mien moeke. "Ik geef dij
25 gulden voor die kopkes, wat
(vervolg van pag. 3)
Friese zeeheld in de kerk te
Almenum ter aarde besteld. Een
broer van Tjerk Hiddes bracht
het tot kapitein ter Zee en diens
zoon klom op tot de hoge post
van Schout bij Nacht.
Op de zeedijk ten zuiden van de
stad vinden we het gedenkteken
"De Stenen Man", ter nagedach
tenis van de Spaanse stadhouder
voor Friesland Caspar de Robles,
die in tegenstelling tot de meeste
Spaanse stadhouders een bewind
seist daarvan "Nou, dan must
se maar metnimme."
Mien suster komt de andere
daags weer om op te ruimen en
siet dat de kopkes wegbinne.
"Waar binne die kopkes?" vraagt
ze. "Ja, die hek verkocht, dou
must even naar Fennema op de
Voorstreek om weer zes andere te
halen. Diezelfde kopkes kosten
een paar gulden het stuk en die
vorige kwamen er ook weg."
Op een goeie morgen sit mien
vader voor de deur en daar komt
voerde, dat hem de achting van
de Friese bevolking deed verwer
ven.
Zo deed hij o.m. veel voor het
herstel en de instandhouding van
de zeedijken en andere zeewerin
gen. Hij stierfin 1585.
Het stadswapen van Harlingen
bestaat uit een gevierendeeld
schild, waarvan de kwartieren 1
en 4 drie gouden leliën op een
veld van rood bevatten, terwijl de
kwartieren 2 en 3 vier rode
kruisen op een veld van zilver
bevatten.
(Wordt vervolgd)
R. Visser.
Willem weer an. "Kom er maar
even in seit vader, "voor een
kop koffie". Ze zitten even te
praten en Willem siet us naar het
kopkerekje. "Hest daar weer van
die kopkes hangen?" vraagt hij.
"Ja, ik had er twaalf van, maar
ast er belang bij hest, kanst dizze
oek wel krije." Maar Willem zat
er al voor klaar om wat lucht uit
te laten en seit "as ik meer van
die kopkes hewwe wul kan ik ze
zelf wel bij Fennema hale
Nou nog even over de hond. Mijn
1807 22 December
Verkoop der heerenhuizinge, hof
en singels genaamd De Spijker in
de buren van Ternaard.
1807 31 December
Overleden te Heeg Magdalena
Catharina van Harinxma thoe
Heech, wed. J.C. Hanekamp, oud
71 jaar.
1808 2 Januari
Gerson Leon geëxamineerd kies-
en tandmeester op de hoek van
de Pijlsteeeg te Leeuwarden,
vader heeft hem nog jaren gehad,
hij was niet vals meer en liep
altijd met hem naast zijn karke.
Op een avond is hij aan het
venten op de Singel achter de
kazerne, dat de hond bij hem
komt, de kop tegen zijn benen
legt, hem aanziet en dood aan
zijn voeten neervalt. Vader kwam
helemaal overstuur thuis, haalde
de handel van zijn wagen en ging
weer weg met een kist op sien
karke om zijn hond op te halen.
S.S.
waar zijn bord uithangt, waar
schuwt tegen de omzwervende
kwakzalvers, die zeggen dat zij
stadstandmeester zijn. Twee le
den der Leeuwarden burger
wacht H.Haardorf en W.Morra
worden bij de groote parade door
de kapiteins voor 't frond geleid
en ontvangen van kolonel Beek-
kerk een sabel ten geschenke
wegens hun kloek gedrag als
schildwacht. De eerste door het
beletten van 5 woedende deser
teurs in hun vlucht 28 Maart
1807, de tweede door het
ontdekken van muurbraak aan
het blokhuis door eenige gevan
genen (3 December 1807).
Over vroegere winters gesproken: deze sfeervolle winterplaat maakte onze abonnee, de heer Leo Doodkorte te Leeuwarden, lang geleden het Sneekermeer.