J
TÓEN WE NOG OP DE SCHOOLBANKEN ZATEN
Rabobank S
"Ik spaar bij de Rabobank,
dan heb ik altijd geld en
goede raad bij de hand"
11
't 3£/eiue 3Crantóje leeót iedereen
Hier is een foto van klasse V van School 13 aan de Van Sytzamastraat, gemaakt in
1926, dus nu ruim vijftig jaar oud, schrijft ons onze abonnee, mevrouw F. Mebius-Stiivel
te Leeuwarden.
"Onderwijzer was de hr-K.de Jong, gewoond hebbende in de Menno van Coehoorn-
straat 22.
Ik zou wel eens willen weten, waar ze allen zijn gebleven.
van links naar rechts, bovenste rij: Aaltje Verf; Esseline v.d. Woude; Aaltje Jacke; Rimy
Gereke; Sytske Vlietstra; Albertje v.d. Meer (overl.)
van links naar rechts 2e rij: Jelly Dijkstra; Okje Venema; Geertje Mannen; Ellen Kaak;
Jacoba v.d. Horst; Sjoerdje Landstra; (onderget.) Femmy Stüvel; Betty Joustra; Wieger
Visser (overl.); Rindert Martens; Henny Stemsdorf;
van links naar rechts 3e rij: Lodewijk Dijkstra; (deze ben ik vergeten, dan een Lieuwe,
waar ik de achternaam niet meer van weet); Riemer de Jong; Frits Jedema; op een na de
laatste was een Lammert, meen ik, en dan Hein Kaak, broertje van Ellen (kwamen toen
uit Hongarije);
vooraan zittend: Elzo Edens; Jacob de Ruiter; Gerben Giezen; Karei Oppenhuizen;
Johan Stemsdorf; (broertje van Henny) en Klaas v.d. Veen.
Waar zijn ze gebleven?
BURGER (vervolg van pag.8).
woord door onwelwillende meer
deren zo te worden opgevat, dat
hij nooit chef van het mijnwezen
zou kunnen worden en dat hij,
met jongeren diepende, in deze
drie ambtenaarsjaren ondervon
den, is hem zijn hele leven een
bittere herinnering geweest. In
1856, voor beklag naar Europa
gegaan, heeft hij bij koning
Willem III een welwillend oor
gevonden; zodat hij met een
pensioen van f. 500,- later f. 600,-
per maand uit 's lands dienst is
ontslagen.
Zijn latere leven heeft hij in Indië
met landontginning op kleine
schaal, teruggetrokken doorge
bracht. Niet zonder moeilijkhe
den; hij was een slecht financier
en veel te goedgeefs en daardoor
vaak in geldzorgen. Linse deelt
mee, dat het Boachi aan
waardering niet heeft ontbroken
en dat Europeanen, met wie hij
in aanraking kwam, zich door
zijn voorname, sobere levens
houding aangetrokken voelden.
Maar dit is toch niet algémeen
het geval geweest. Uit mijn
vaders papieren bezit ik een brief
van Boachi van 26 Juli 1893, uit
Soekasarie aan: "Mijn goede,
oude, trouwe vriend Burger",
waarin hij met droefheid gewaagt
van: "wat ik als kleurling te
midden eener Europeesche ge-
maatschappij, doch in een land
van kleurlingen, dat door het
blanke ras worst overheerscht,
van den rassenhaat heb moeten
lijden en nog lijd, in een tijdperk
van 43 jaren".
In 1893 werd hij tot erelid der
Vereeniging van Delftsche Inge
nieurs benoemd. Inlanders, die
hem kenden, groetten hem
onderdanig, met eerbewijzing; de
eer van zijn koninklijke afkomst
heeft gegeven en hem in haar
onderscheidingen met Indische
vorsten heeft gelijk gesteld. Bij
buitengewone gelegenheden kon
men hem op de recepties van de
gouverneurgeneraal ontmoeten.
Zijn begrafenis in 1904 heeft met
buitengewone eer en belangstel
ling, ook van de zijde van het
gezag, plaats gehad.
gek! en goede raad