4 Uw eigen bank Friesland Bank Z'ZJ (dóJou fvèt f 3^/eme ÏHCrantóje leeót iedereen Lezers klommen in de pen Men kent er de Friese verhoudingen en is bereid plaatselijke en provinciale belangen te dienen. WILLEM LORESTRAAT Een vorige maal heb ik iets verteld van de bewoners van vroeger van de ene kant van de Willem Loréstraat, nu nog iets over de mensen, die woonden aan de andere kant. In de eerste plaats de fam. Mensink, gevangenbewaarder, dan Goedemoed met Bouke, Ap- pie en Zus. Appie zong altijd zo mooi onder de lantaarnpaal bij Algra met Bertus Leers het Schooierslied. Zus heb ik onlangs nog gesproken. De fam. Wobma met Piet, Mina en Neeltje. De beide meisjes zie ik nog wel; Piet is er niet meer. De Stienstra's zijn ook vertrok ken; er is nu een buurthuis, waar ze woonden. Dan had je nog een fam. Kleefstra, een veldwachter, fam. Van der Duim met wat In Rotterdam ontstond tussen een bootwerker en zijn vrouw twist over het verdelen van het weekloon van achttien gulden. De man en de vrouw besloten daarop de wo- ning te verlaten om er niet in terug te keren, hun zeven kinderen, van wie de jongste acht maanden, aan hun lot overlatend. Een tienjarig dochtertje riep de hulp van de huren in en ook de politie kwam er aan te pas. In de behoefte aan kleren werd terstond voorzien en dit zal blijven voortduren tot de ouders zijn opge spoord, met name Piet Kantenhout en Treesje Tijs. jongens en een meisje Nellie en er woonde ook nog een schoenma ker, een Kooi, als ik me goed herinner. Dan fam. Zalmstra, fam. Dijkstra, de timmerwinkel en een bakker Mulder op de hoek. In de straat van Welgelegen woonden de fam. Postma en nog twee families, die Vos heetten. Fokko en Sientje en nog een meisje. En de andere Vos had een meisje en drie jongens. Het meis je Vos-is getrouwd met Meindert Boersnta uit de Sybrandus Leo- straat. Verder de Willem Loréstraat in had je nog de fam. Elzinga met Watze en Kobus, later chauffeur bij de LAB, een Maaike en een zusje. Ook woonde er de fam. Nimwegen met meisjes. De vader van deze meisjes was ook altijd bij het buurtfeest, dat werd ge houden aan de overkant op het stuk land, waar het joodje De Vries woonde met Ben, Sam, Alex en Roosje. Zal wel niemand meer van zijn. En daar voetbalde indertijd ook nog Aristides, waar mijn broer Fré in speelde met de jongens Charles en Eduard Franconi. Dominicus Verdonk was toen keeper; ik heb er nog een foto van. Dan woonde er nog een Cuperus met twee kinderen; de man was voerman op de aswagen. De fam. Miedema, molenaar bij Koop- mans. met Piet, Fokke, Trijn en Gretha. Fokke is nu mijn zwager en woont in Haarlem. De fam. Nijholt met Karei, Jaap, Anna, Trijn, Janny en Groet, fam. Plantinga met Gepke, Jap- pie, Tjits; meer ken ik er niet van. Verder kan ik me ook nog wel heel goed voor de-geest halen het stuk land bij de Ambachtsschool, waar ook heel wat gevoetbald is. Ik weet nog in de tijd van de Spaanse griep, dat mijn ouders beiden in het ziekenhuis lagen en ik en mijn broer bij een oom en tante waren aan de Hollander- dijk. Op een avond zijn we daar stil uit bed gegaan en samen zijn we naar huis gelopen, omdat onze ouders uit het ziekenhuis waren ontslagen en wij ze graag weer wilden zien. Mijn oom heeft ons toen vlak bij dat stuk land bij de Ambachtsschool gevonden en we zijn toen met hem nog even Ihnis geweest; ik was toen zes jaar. Daarna zijn we weer met hem nog even thuis geweest; ik was toen zes jaar. Daarna zijn we weer met oom terug gegaan. Enkele van die dingen blijven je zo bij. Maar laat ik het hierbij laten; misschien komen er nog meer reacties op. Leeuwarden MevrA(nnie) Hoekstra - Oppenhuis THEATER MODERN Naar aanleiding van het artikel in 't Kleine Krantsje nummer 290 van Ritsko van Vliet over Douwe Bijlsma, kan ik mede delen, dat het Theater Modern, waarover hij ook schrijft, niet uit Limburg kwam, maar uit Am sterdam. Het was de joodse fami lie Boesnach. De dames waren later allen soubrettes, die men heden ten dage cabarètieres noemt. Enigen van hen waren in de jaren twintig nog wel eens werkzaam in Leeuwarden, o.a. Fientje en Bets - zij werkten dan in de toen bestaande cabarets. Volgens goed ingelichte bron zijn ze allen in de oorlog omgebracht. Amsterdam Jules Sèron LEKSCHOOIEN Er werd onlangs in 't Kleine Krantsje gevraagd wat het woord "lekschooien" eigenlijk beteken de. Volgens mij is het op iets afgeven. Het Friese spreekwoord zegt: "Dy de waer lekket makket er gading oan". Dat betekent dus: wie op de waar afgeeft wil het graag hebben, maar dan goedkoper of uit afgunst mis schien. Roordahuizum W.Stienstra -v.dlei ONBEKENDE ■t "Kleine Krantsje" nr. 289 d.d. 30-4-77 stond onder "lezers klommen in de pen" een foto van "dames" leerlingen van de Kon. Emmaschool met tekst. Daarin werden de namen genoemd van alle geportretteerden behalve één die als "onbekende" werd aange duid. Het is mij een genoegen deze "onbekende" al bijna 27 jaar als mijn echtgenote te ken nen en daarvoor ook al vele jaren, o.a. als medeleerling van ge noemde school. Het geheim ont sluierend: haar naam is Annie Zietsma. Paterswoldc A.SIot WILLEM LORESTRAAT In de laatste nummers van 't Kleine Krantsje zijn door ver schillende mensen herinneringen opgehaald aan hun kinderjaren, doorgebracht in of bij de Willem Loréstraat. De personen, die zij daar in naar voren haalden zijn ook mij wel bekend, zoals de families Franconi, Steunenbrink, Goedemoed en Feikema. Daar naast nog Koers, die eerder op het Vliet bij de ophaalbrug een wasserij had. Zelf woonden wij in het eerste gedeelte, die oude huisjes, op nummer 7, en daar hebben we ongeveer vijf en zestig jaar ge woond. Onze grootouders woon den op de hoek. Bergman. Ik zie grootmoeder nog voor me met haar gouden oorijzer. Daarnaast woonde vrouw Berndes, die een snoepwinkeltje had en waar je voor een cent heel lekkere cara mels kon kopen. Ook Leemburg woonde er, die later de Elfstedentocht zou win nen. Als buren hebben wij veel met hem gezeild, want hij was een echte w aterrot en hij wist veel prijzen in de w acht te slepen met hardzeilen. Dan had je verderop in de straat de familie Oberink. Oberink was een gepensioneerde politieagent, maar hij deed in deze buurt nog dienst als lantaarnopsteker, 's Avonds tegen de schemering trok hij met een laddertje en een stok met een haak er op uit om de lantaarns aan te steken en 's morgens ging hij er weer langs om ze uit te trekken. Deze Oberink had een broer op het Vliet wonen, die een kappers zaak had en waar wij als jongens ons haar voor vijf centen konden laten knippen. Natuurlijk kaal, want pony was een halve stuiver duurder. Vader liet zich twee keer in de week scheren voor een dubbeltje. Dan waren er nog enkele fami lies. zoals Tichelaar, die in het Droevendal een kopersmederij had en Larooi en Hamstra. Beide heren waren voetballers en ze speelden voor de Ambachts school, toen daar nog geen hui zen waren. Aan deze club dankt de voetbalvereniging Leeuwar den z'n bestaan. Maar nu verder naar de buren aan de overkant. Daar had je op de hoek de kruidenierszaak van Vermeer. Daarnaast melkventer vervolg op pag 7 Ziehier de roemruchte voetbalploeg van Aristides van weleer. Op de eerste rij Hein van der Meulen, Dominicus Verdonk en Sjoerd Schaaf, daarachter Jaap Hoekstra, Geert Mulder en Piet Scheepstra, staande: Jan Pasveer, Charles Franconi, Dirk Schambach, Herman Jonkman, Fré Oppenhuis, Eduard Franconi en Joh. de Jong. Helaas zijn al die jongens er niet meer; Dominicus Verdonk, Dirk Schambach, Eduard Franconi en Johannes de Jong zijn overleden.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1977 | | pagina 4