MR. JAN TYSMA KANTONRECHTER Rabobank JME>» I "Ik spaar bij de Rabobank, dan heb ik altijd geld en goede raad bij de hand" 8 HE JOU DIE NOG KANNEN fHTfi o mem VOOR opto WM<EtV< 't Sileine Z^rantóje leeot iedereen Hè jou die nog kannen - wel, het zijn alleen de ouderen onder ons, die deze vraag bevestigend kunnen beantwoorden, want het is alweer Veertig jaar geleden, dat mr. Jan Wieger Tysma overleed. Maar die veteranen herinneren zich deze figuur dan ook nog als de dag van gisteren - wie kende in die vooroorlogse jaren in het nog kleine Leeuwarden advocaat en kantonrechter Tysma niet?. Mr. Jan Tysma was geen Leeu warder van geboorte. Hij zag het eerste levenslicht in 1881 in Gaastmeer, maar hij bezocht hier als jongen het Gymnasium en het was een haast vanzelfsprekende zaak. dat hij zich hier later ook als advocaat en procureur zou vestigen. Dat gebeurde in 1904 na het voltooien van zijn rechtenstudie aan de Universiteit van Gro ningen. Even leek mr. Jan Tysma de kant van de politiek te zullen opgaan: hij werd lid van de Leeuwarder gemeenteraad en wel voor "alle partijen, behalve de S.D.A.P.", maar dit raadslidmaatschap duurde maar kort. De advocatenpraktijk van Mr. Tysma eiste lange tijd alle aan dacht op en die praktijk groeide snel, want Jan Tysma verwierf zich door zijn boeiende plei dooien spoedig een grote popula riteit. Ook zijn geestige en welspreken de redevoeringen bij nationale festiviteiten maakten hem bui tengewoon geleefd en dikwijls wist Jan Tysma bij Oranjefeesten de stemming er best in te breng en. In 1918 hoorde mr. Tysma tot de oprichters van het Kristlik Frysk Selskip; ook de Bijzondere Vrij willige Landstorm, de Leeuwar der Hypotheekbank en de Noord Friese Middenstandsbank maak ten dankbaar van zijn grote werkkracht gebruik. In 1930 werd mr. Tysma tot kantonrechter benoemd, een functie, die hij met grote plichts betrachting* nog enkele jaren heeft kunnen vervullen. Door een ernstige ziekte werd deze werkzame man tenslotte uitgeschakeld en na een lang durig lijden kwam in 1937 het einde - Jan Wieger Tysma was toen nog maar zes en vijftig jaar oud. geld en goede raad De ROODE POORT moet een doodlopend steegje zijn geweest aan de oostzijde van de Wirdumerdijk tussen de panden 23 en 25. Wellicht dankte de steeg haar naam aan het feit, dat de toegangspoort rood geschil derd was. Langer bekend bleef de nog niet zo lang geleden verdwe nen BLAUWE POORT aan het Ruiterskwartier, dicht bij de hoek van de Wirdumerdijk en dus niet ver van de Roode Poort vandaan. In vroeger jaren was de oorsprong van de naam Blauwe Poort wel duidelijk: de open doorgang droeg toen een blauw grijze kleur. Het JUFFERSIHÏEDJE werd in de dertiger jaren geacht een te pikante naam te voeren; vandaar, dat dit landelijke weg getje in Huizum z. toen (1935) de officiële naam van Badweg kreeg naar het Huizumer zwem bad aan het eind ervan. De juffers, die wellicht eens aan dit reedsje woonden, zouden Anna Maria en Emilia van Schuurman kunnen zijn, wier namen we kunnen aantreffen in een stern- kohier van 1698. De PRINS HENDRIKSTRAAT is niet genoemd naar Prins Hen drik, de gemaal van Koningin Wilhelmina, zoals stellig velen veronderstellen, maar naar Prins Hendrik de Zeevaarder, Willem Frederik Hendrik, die leefde van Van wat eens de Blauwe Poort was aan het Ruiterskwartier is nu niets meer terug te vinden. 1820 tot 1879 en die een broer van Koning Willem de derde was. Er prijkt een borstbeeld van Prins Hendrik de Zeevaarder in het huis op de hoek van de Prins Hendrikstraat en de Willemska de. De GEKROONDE KAM hing omstreeks 1680 uit bij een maker van kammen in Leeuwar den. De kammenmaker had een uithangbord met op de ene kant het opschrift: „Men maakt kam men sonder form ofte leest - 't Komt alles uit de geest" en met op de andere kant het opschrift: "Het kammaken is raar - Het is een konst openbaar". Van het HOEKSTER ACHTEROM zoals dat eens heeft bestaan is nu niet veel meer over. Het liep oor spronkelijk om het Hoekster- kerkhof heen en het lag - uiter aard - achter het Hoeksterpad: "we gaan mar even achterom - langs het Hoekster Achterom". De SPELONKE was een huis in de vroegere Fox- steeg, die liep tussen Sint Jacobs- straat en Grote Hoogstraat, even wijdig aan de Eewal. In 1682 heeft de stad de Spelonke aange kocht, waarna het huis wegens bouwvalligheid is gesloopt. De WERELD was tot voor een honderd jaar een huis aan de zuidzijde van de Nieuwestad, waarvan we wel mo gen aannemen, dat het een we reldbol als uithangteken heeft gehad. De PEPERSTRAAT tot 1931 net zo smal als de beide Oosterstraten nu nog, kan haar naam te danken hebben aan de handel in peper op deze plaats in de oude tijd, maar kan ook genoemd zijn naar een fluitist, of pijper. In oude stukken komt de straat voor als Piperstreta en Piperstraet. -» De nog niet verbrede Peperstraat, gezien vanaf de pijp tussen Berlikumer- en Groentemarkt.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1977 | | pagina 8