DE POELIER: EEN NIEUWE ZAAK MET TRADITIE VAN TACHTIG JAAR L7 9 IN DE SINT JACOBSSTRAAT BEDRIJVIG LEEUWARDEN 6 <%/ru fJUDOLF# BIJ ONS IN DIENST 5 "De Poelier in de Sint Jacobsstraat" - dat is sinds jaar en dag een gangbare uitdrukking in het spraakgebruik van de Leeuwarders, die van jongs af vertrouwd zijn geraakt met het bekende poeliersbedrijf op deze plaats in de binnenstad. En toch bestaat de zaak met de naam De Poelier in feite nog geen half jaar - of anders, en misschien juister gezegd, het bedrijf bestaat al langer dan tachtig jaar, maar het verschafte zich onlangs een nieuwe naam: Poelier De Jong werd ingekort tot De Poelier. GERARD SCHREUR Poelier De Jong-inderdaad, zo was het tot oktober van het vorig jaar en om precies te zijn, van 1899 af. In dat jaar verhuisde het poeliersbe drijf, dat de Hardegarijpster café houder Jan de Jong vier jaar eerder in de Baljeestraat was gestart, van daar naar de Sint Jacobsstraat. Daar begon deze energieke kippe- slachter te bouwen aan de uitste kende naam. die hij al spoedig zou verwerven: binnen de kortste keren werd Poelier De Jong een begrip in Friesland en zo zou het altijd blijven ook. POPULAIR Vooral door de handel in kievitseie ren werd het bedrijf populair, niet alleen in ons gewest, maar tot ver HERMAN SCHREUR daarbuiten toe - ieder voorjaar wer den de kievitseieren van De Jong naar alle windstreken in Europa ver stuurd. De heer De Jong kon daarbij al heel gauw rekenen op de steun van zijn zoon Piet, die als jochie van twaalf al voor de eerste maal het handels pad werd opgestuurd. Toen vader De Jong in 1929 over leed en Piet de zaak overnam, kon die al bogen op een bedrijfservaring van meer dan-een kwarteeuw. Hoewel het bedrijf zich ieder jaar slechts gedurende een korte tijd met het in- en verkopen van kievitseie- ren bezighield, voelde ook Piet de Jong zich bijzonder aangetrokken tot dit facet van het poeliersbedrijf en over het wisselvallige karakter JAN SCHREUR van die handel kon hij smakelijk vertellen. "Op een bepaalde dag krijg je nog geen tweehonderd eieren aangebo den, maar een week later zijn het er acht en twintig duizend op eén •dag", vertrouwde hij ons eens toe. Na het verdwijnen van de poeliers zaak van de broers Van der Werf in de Weerd bleef de V.P.N. aan het Zuiderplein, met de heer Gerard Schreur als chef, over als de enige concurrent van De Jong. TWEEMANSCHAP In 1957 besloot de heer Piet de Jong er mee op te houden en zijn zaak over te doen aan een tweemanschap: de heer Schreur van de V.P.N. en de heer Van der Kamp. een van de vroegere werknemers van De Jong. Voor de heer Van der Kamp duurde de nieuwe situatie slechts kort. Hij kwam te overlijden, waarna de heer Schreur alleen stond voor de taak de goede naam van de zaak hoog te houden. Hij slaagde daarin voor treffelijk en droeg op zijn beurt na vijftien jaar de zaak weer over aan een volgend tweemanschap, zijn ei gen zoons Herman en Jan. Herman Schreur (35 nu) is de vak technische kracht. Jan Schreur (27) is de handelsman. Zij ervoeren de laatste jaren een verandering in de smaak van het publiek, dat meer begon te vragen dan alleen maar wild en gevogelte en eieren. Zo groeide het idee het assortiment uit te breiden met o.a. wijnen en alle binnen- en buitenlandse soorten kaas en het realiseren van dit plan ging gepaard met een algehele ver nieuwing van het winkelpand, dat zich nu aan het kooplustig publiek presenteert als een hypermoderne zaak. Aldus werd poelier De Jong na drie en tachtig jaar De Poelier-een oude zaak met een nieuw gezicht en nog altijd op het adres Sint Jacobs straat 8, zoals generaties Leeuwar ders de poelier hier hebben gekend. MEENSEN, DIE'T EEN SOAD DINGEN BELACHELIJK VIENE, WETE MAR EEN HEEL KLEIN BITSJE. AT JE NIET SWIEGE KANNE, KANNE JE HET BESTE DE WAARHEID SEGGE. DE GEVAARLIJKSTE KLIP VOOR EEN JONGE SKRIEVER IS NIET 'T EERSTE BOEK. DAT IE UUTGEEFT, MAR HET TWEEDE. KREKT AS MEDICIENEN MUTTE JE EEN SOAD MEEN SEN EERST GOED DEURME KAAR SKUDDE, VOOR 'T SE WAT PRESTERE. EEN ÖNBEDUDEND BETOOG BLIEFT ÖNBEDUDEND, OEK AL GEBRUKE JE EEN ZEE VAN WOORDEN. TE VEUL VESEKERINGEN VAN LIEFDE/EN TROUW B1NNE AS L AARDBEVINGEN, DIE'T DIZZE M LIEFDE EN TROUW IN GE VAAR BRENGE. Nieuwe» tod 129 LEEUWARDEN M t»l 05100 - 26444 DE SLAAP IS EEN SOORT OPIUM. DAT DE NATUUR ONS GEVEN HET OM ONS VEDR1ET TEVEGETEN. DER B1NNE MEENSEN, DIE DOENE HUN HELE LEVEN NIKS ANDERS AS BETREURL. WAT SE NIET DEEN HEWWE. WIE MET SICH SFL.S ONTF VREDEN IS KAN MET DE WE RELD NOOIT TEVREDEN WE ZE. WIESHH1D IS EEN GAVE, DIE'T ALLEEN WIEZEN NAAR WAARDE WETE TE SKATTEN. GESELSKAPSMEENSEN HANGE HUN KAMERADEN MET DE WINTERJAS INNE KAST EN HALE SE EERST INNE HERFST TE VOORSKIEN. HET EERLIJKE STREVEN WUDT VROEG OF LAAT BE- LOOND. MAR MEESTAL LAAT. "We hadden bij ons in't regiment een rij-instructeur, die was zo dom als olie. daar hebben we ons bulten om gelachen. Dat was een sergeant eerste klas en die kerel wist het ver schil niet tussen tempo en temperen. Kreeg een jongen rijles van hem en reed hij wat te hard. dan schreeuwde die sergeant: "tempo rijden! tempo rijden!", inplaats van "temperen". De meeste jongens wisten het wel en reden dan wel wat langzamer, maar één keer hebben we het Be leefd. dat zo n leerling op dat com mando "tempo rijden! tempo rij den!" het gaspedaal op de plank drukte, waarna die lesauto als een snoek naar voren sprong. En toen had jé die sergeant moeten horen: "Wel g.v.d. stuk stomme ling, weet jij niet wat tempo rijden is'.'" Piet de Jong en z'n kievitseieren: hij voelde zich bijzonder aangetrokken tot dit facet van het poeliersbedrijf. (Lichting 1955)

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1978 | | pagina 5