SENSATIE VOOR DE LEEUWARDERS:
STAD KRIJGT STRAATVERLICHTING
jij van die Reverbères raison van vijf
LEEWADDERS, WAAR IS DIT
DE OUWE WEERKLANK
DRIE EEUWEN GELEDEN
5
Het is dit jaar precies drie eeuwen geleden, dat de Leeuwarders met een grote sensatie kennismaakten: de
stad, tot dat moment in de avondlijke en nachtelijke uren in volstrekte duisternis gehuld, werd toen
voorzien van straatverlichting. Vergeleken met de zee van electrisch kunstlicht, waarmee wij in onze tijd
worden verwend, stelde die eerste openbare verlichting nog niet zo heel veel voor, maar voor de mensen
van toen betekende het toch een geweldige verbetering. Beter dan daarvoor konden ze nu bijvoorbeeld in
donkere nachten zien, waar het voetpad ophield en de stadsgracht begon - alleen dat al moeten ze als een
spectaculaire vooruitgang hebben ervaren.
het béter kon, zich uitstekend ver-
Hfe licht gevoeld en pas in 't eerste
'IHMHESl kwart van de negentiende eeuw be-
te_ begrijpen, dat de ge-
jjgjj ook nog een derde minder olie ver-
lijk lichter voor de Leeuwarders
werd, dan het daarvoor was ge-
'^SIH ^aar 00'c ^eze olielampen bleken
voor verbetering vatbaar, toen an
dere steden gunstige resultaten
de boekten met hun nieuwe gaslan
taarns, lantaarns dus, die gevoed
Met de komst van de straatverlich
ting kwam Leeuwarden in de rij van
Nederlandse steden bepaald niet
vooraan te staanDe meeste steden
buiten Friesland werden toen im
mers al enige tijd verlicht en voor
eindelijk het besluit viel ook hier
verlichting aan te brengen - de ge
meenteraad deed dat op de 27e ok
tober 1679 - waren' er maar liefst
vier jaren van wikken en wegen
voorbij gegaan.
LANTEERNEN
In september 1675 waren er al ge-
commiteerden benoemd "om haer
gedachten te laten gaen, ofte oock
Mensen wat een sensatie
straten worden verlicht!
"Hoe haalst het inne hasses, ju - dat is gien Romeinse faas"
"O, nee? En er staat Romeinse siefers op!"
"Nou, wat su dat: op mien horloge oek!"
werden met gas, of beter gezegd
met gaz, zoals onze verre voorou
ders het noemden.
Op 24 oktober 1844 nam de raad het
besluit dat de bestaande straatver
lichting met olie plaats zou maken
voor een verlichting met pijp-gas,
uit steenkolen bereid.
Daartoe werd een overeenkomst ge
sloten met de Engelse ingenieur
John Bryan, die ook Utrecht en
Arnhem al in 't gaslicht had gezet.
Voor een bedrag van honderdne
gentigduizend gulden zou hij, twin
tigjaar lang, in de stad 140 grote en
110 kleine lampen laten branden -
voor 't zelfde geld zou hij ook alle
apparatuur leveren en de.benodigde
gebouwen oprichten.
ALLES OVERHOOP
Die gebouwen, de Gazfabrijk en de
Gazometer, verrezen op een stuk
grond bij de vroegere Hoekster-
poort; tegelijkertijd werden vrijwel
alle straten in de stad overhoop ge
haald om er de gaspijpen te leggen
en de (116) kandelabres van gego
ten ijzer op te stellen. Bovendien
werden er aan verschillende huizen
134 armen aangebracht.
Vlak voor Sinterklaas 1845 - 3 de
cember - was het zover: de Leeu
warders konden toen het wonder
aanschouwen van het gaslicht in
hun stad.
"Algemeen sprong in het oog", al
dus concludeerde stadsarchivaris
Wopke Eekhoff twee jaar later,
"hoeveel meer en hoeveel verder
deze nieuwe brandstof licht ver
spreidde. Eene betere plaatsing van
de lantarens, op meer geschikte
punten, droeg mede veel bij om de
gunstige uitwerking van het geheel
te bevorderen, zodat de Regeering
de meeste voldoening van deze on
derneming mogt smaken".
Op dat moment produceerde de
nieuwe gasfabriek niet alleen voor
de tweehonderdvijftig lichtpunten
van de openbare straatverlichting,
maar ook voor een zelfde aantal
lampen van particulieren in de stad.
Want heel snel begonnen de Leeu
warders de grote voordelen van de
ze gasverlichting in te zien - einde
lijk, nadat het licht langer dan an
derhalve eeuw op een laag (olie)
pitje had gestaan, werd Leeuwarden
een behoorlijk verlichte stad.
binnen-dese stadt practicabel is, dat
Lanteemen op de straten werden
gemaeckt".
Maar goed, na jaren de kat uit de
boom kijken, kwam het er dan toch
van en liepen de Leeuwarders te
hoop, om naar het spektakel van het
straatlicht te zien: primitieve door
olie gevoede lampen, hier en daar
op de hoek van een straat.
Erg veel licht gaven ze niet, maar 't
was zichtbaar beter dan niks; in de
directe omgeving van 't lichtpunt
kon je tenminste zien waar je liep.
vervolg van pag. 3
In de zomer, als het te heet wordt in
de eenkamerwoninkjes, zetten de
mensen hun biezen stoelen buiten
op straat. Dat heeft Jager ook eens
gedaan: op een gegeven moment
nam hij z'n stoel op de nek, wandel
de ermee naar de Amelandspijp en
ging er prinsheerlijk tegen de kant
van de pijp aanzitten.
Maar we wandelen verder door de
Weerklank. Op de nummers 28 en
30 wonen twee schoenmakers,
Hollander en Ypema. De eerste is
meestal in loondienst, bijvoorbeeld
bij Jac. Bijlstra op de Nieuwestad of
bij Greben in de Grote Hoogstraat;
Ypema werkt voor eigen rekening,
maar ook wel voor Nieuwenhout op
de Nieuweburen.
Nu gaan we weer een brede steeg in,
een straat in het midden, huizen met
een bleek er voor. Aan de rechter
kant vinden we eerst Auke Hooien-
ga, die gaat er vaak met de hondekar
op uit - hij verkoopt wortels en
boontjes. Ik ben wel eens gelijk met
z'n zoon Wijbe met een kar vol
sperciebonen mee geweest.
Dan krijgen we Van der Baan met
twee dochters en twee zoons. Is hij
niet opperman? Hiernaast komen
we bij de familie Maurits terecht.
De man is strater en z'n nazaten
zullen ook dat vak ingaan. Tenslotte
de familie Geukels, daar waren ook
twee dochters.
We gaan nu naar de overkant, want
rechtdoor kan niet meer - alles is
hier door Koopmans Meelfabrieken
volgebouwd. Eerst vinden we hier
de familie Dijkstra, deze gaat met
een groentekar de stad in. Het is
soms een hele toer om tussen de
hekjes door te komen.
Naast hem woont Prins de loodgie
ter. 's Avonds komt die thuis met de
opgehaalde reparaties: emmers,
pannen, kolenbakken. Dan krijgen
we nog de Hondema's, die zitten in
het stucadoorsvak en de familie
Scholten, dat zijn metselaars.
wordt vervolgd
Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag Leewadders waar is dit?'We gaan weer drie antieke afbeel
dingen" verloten onder de abonnees, die ons het juiste antwoord geven. Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, bin
nen veertien dagen naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vriesstraat 18921 BP Leeuwarden.