RECHERCHEURS VAN VROEGER HSSSZF" L. J. DE VOS BAGIJNE- KLOOSTER T KLEINE KRANTSJE LEEST IEDEREEN Het vorige jaar bestond de Friese Voetbal Bond driekwarteeuw. Een van de mannen, die de oprichting in het Oranje Hotel in Leeuwarden meemaakte en die daarna zelf se cretaris-penningmeester en compe titieleider werd, was de heer Leen- dert J. de Vos uit Leeuwarden. Nu, zoveel jaar later, hoort de heer De Vos, die al lang in Assen woont, tot de oudste en trouwste abonnees van 't Kleine Krantsje - toen onze krant in 1964 werd opgericht was de heer De Vos er merkwaardig genoeg wéér als een van de allereersten bij Bij een sportief samenzijn ter gele genheid van de tachtigste verjaar dag van zijn zwager, Lammert Steinvoorte, overhandigde de heer De Vos ons een exemplaar van de Revue derSporten van 10 november 1909, waarin aandacht wordt ge schonken aan het vijfjarig bestaan van de Friese Voetbal Bond en aan het verdienstelijke werk van de heer De Vos zelf. Het is nu, zeventig jaar later, inte ressant te lezen, hoe de Revue der Sporten de werkzaamheden van de toen amper twintigjarige De Vos prees. We schrijven het even over. VIJFJAAR Zondag vierde de Friesche Voetbal Bond zijn 5-jarig bestaan. Dit is voorzeker voor een groot deel te danken aan den werkzamen secre taris-penningmeester, den heerL. J. de Vos. Hij is de man, die weet wat hij wil, en dat hij daardoor grooten invloed op het bestuur van dien bond heeft, 't behoeft geen betoog. Hij heeft veel tot stand gebracht, niet alleen door zijn rechtschapen en moedig karakter, maar ook door zijn intellect. Niet alleen, dat hij de belangen van den F.V.B. met veel vuur voorstaat, ook als bestuurslid van de Federatie van Plaatselijke en Gewestelijke Bonden en als secre taris van den Frieschen Sportbond kan een woord van hulde hem niet worden onthouden. Wat zijn werk is, 't behoeft niet te worden beschreven. Slechts kan worden verklaard, dat hij zijn be trekking als secretaris met een prac- tischen blik en organiseerend talent waarneemt en een penningmeester is, die zuinig, stipt en oordeelkun dig te werk gaat. Moge hij nog tal van jaren de belangen blijven be hartigen tot groei en bloei van den Frieschen Voetbal Bond. Meermalen heb ik in ,,'t Kleine Krantsje" reeds geschreven over mijn jeugdherinneringen bij het zien van de foto's. In ieder nummer is er vast wel één, die de herinneringen oproept. In sterkere mate is dit het geval met de foto van het Bagij- neklooster in het nummer 357. Wanneer ik alles op zou schrijven wat wij, mijn kameraden van des tijds en ik, hier aan kattekwaad heb ben bedreven, zou ik heel wat ruimte nodig hebben. Vanaf mijn geboorte in 1903 tot 1916 of17 heb ik in die buurt gewoond. Ons speelterrein was hoofdzakelijk het Begienekloaster. Op genoemde foto zijn de huizen niet meer bewoond. GEZELLIGE BUURT Toen dit nog wel het geval was was dit een zeer gezellige en rustige buurt, bij uitstek geschikt om er rustig te spelen en kwajongensstre ken uit te halen. Dat dit door som mige bewoners niet op hoge prijs werd gesteld, is te begrijpen; gezien het feit dat ons spel soms nogal luid ruchtig verliep; en soms ook wel eens ontaardde in het plagen van sommige bewoners. Met Opzet zeg ik sommige bewoners, want het waren altijd dezelfde. Het was dan .ook aan henzelf te wijten, dat ze meer dan de anderen door ons wer den geplaagd, met o.a. ruitje tik ken, terwijl de voordeur door ons was vastgebonden, of de doorgang dermate was versperd, zodat we Er is een tijd geweest, dat de Leeuwarders alle rechercheurs van de Leeuwarder gemeentepolitie nog bij naam en toenaam kenden. "Tja, dat is ook zo!" zullen veel lezers dan ook verzuchten, wanneer we deze foto van vroegere Leeuwarder russenafdrukken en de namen noemenWe gaan van voor naar achter en zien dan achtereenvolgens de heren Spiekhout, Visser, Alberts, Veenstra, Winkel en Glastra. We menen ons niet te vergissen, wanneer we zeggen, dat geen van hen meer in leven is. De foto zal dan ook een kleine vijftig jaar geleden zijn gemaakt. ruimschoots de tijd hadden, het ha zenpad te kiezen. Voor één van deze streken moest ik eens op het politiebureau op het Hofplein komen. Nadat ik een tijdje achter 'n hek in de wachtkamer had gezeten werd ik „voorgeleid" bij pliesje Hoog. Ik zie hem nog achter de tafel zitten. Een grote rijzige man met een lange baard. Van hem kreeg ik een beste reprimande met aan het slot de waarschuwing, dat als ik weer bij hem kwam, hij mij een tijdlang vast zou houden. Dit heeft toen wel indruk op mij gemaakt. BESTE TIK Toen hij zijn waarschuwing beëin digd had, mocht ik vertrekken, maar voor ik de kamer had verlaten, kreeg ik van een daar aanwezige politieman een tik met de gummi stok tegen het onderste gedeelte van mijn rug, die mij nog een paar dagen op een pijnlijke manier aan dit on derhoud herinnerde. Nog een geval met tot besluit een pak rammel herinner ik me ook nog goed. 's Avonds speelden we meestal „verstopperke". Het mooi ste kon dit als we de straatlantaarns daarbij uit dedenDeze lantaarn was meestal kort te voren door een man van de gasfabriek opgedraaid. Op 'n avond dat we weer de lamp uitge draaid hadden, heeft de lantaarnop steker hier blijkbaar op gewacht, want plotseling schoot hij uit het duister op ons af en kreeg hij dege ne die het licht had uitgedraaid en niet zo vlug uit de paal kom komen, te pakken. Hij maakte korte metten en deelde een fiks pak slaag uit. Deze keer was ik niet het slachtof fer. FERME TIKKEN Deze en meer herinneringen komen uit de goede oude tijd naar voren bij het zien van de foto's. Vroeger wer den we, als we straf verdienden ook op school gestraft met soms een paar ferme tikken en dat hielp. Te genwoordig schijnt dat niet meer te mogen. Toch vraag ik mij vaak af, of het systeem van vroeger niet be ter was dan het tegenwoordige. Leeuwarden Joh. de Jong copini WEET ALLES VAN BRILLEN ÉN HEEFT DE MOOISTE Leeuwarden, Nieuwestad 55 en Schrans 21 Harlingen, Voorstraat 63

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1980 | | pagina 7