ABONNEES ZIJN AMBACHTSSCHOOL
NOG NIET HELEMAAL VERGETEN
UIT OORLOGS- EN
BEVRIJDINGSTIJD
ONZE FOTOPRIJSVRAAG
5
De Leeuwarders zijn de oude Ambachtsschool aan de Menno van
Coehoornstraat nog niet helemaal vergetenDat is ons gebleken door
onze fotoprijsvraag, waarvoor wij vier weken geleden een foto van
deze school kozen voor het beantwoorden van de traditionele vraag
,,Leewadders waar is dit?" Heel veel abonnees bleken de plaat te
herkennen en maar heel weinig deelnemers gokten ditmaal verkeerd:
zij meenden in de afgebeelde trapgevel een fragment te zien van het
Kanselarij gebouw aan de Turfmarkt of van het Nieuwe Stadswees
huis aan het Schoenmakersperk.
Dat laatste deed bijvoorbeeld een
van de trouwste deelnemers aan on
ze prijsvraag, de heer ing. G. van
der Kooi uit Heerenveen, die ons
letterlijk schreef: „Het moet toch
wel een zeer toevallige samenloop
van omstandigheden zijn, dat er
brand uitbreekt in het Nieuwe
Weeshuis met een grote foto in de
Leeuwarder Courant, terwijl op de
zelfde dag ,,'t Kleine Krantsje" in
de bus valt met een foto van hetzelf
de gebouw als fotopuzzel. Want dat
is volgens mij de oplossing, het
weeshuis aan het Schoenmakers-
perk of perkplein."
Wel, de heer Van der Kooi ver
giste zich dus jammerlijk, maar wij
laten hem nog even aan het woord:
„Wat ik mij van dit weeshuis nog
herinner is het groen geverfde hek er
voor. Dat zal er nu niet meer zijnEr
zat namelijk een „hekje" in dat
groene hek en dit hekje gaf toegang
tot het gebouw. Een van onze
vriendjes van vroeger bezorgde de
Leeuwarder Courant (ook alweer
die samenloop van, etc.!) en zater
dags gingen wij altijd mee, want
dan kreeg hij daar een stuiver, maar
dan moesten wij wel ons zelf over
winnen om daar door dat hek te dur
ven!"
TE GEMAKKELIJK
En dan de slotregels van de brief van
de heer Van der Kooi. Hij zal het
ons niet kwalijk nemen, dat we ons
er glimlachend mee hebben ver
maakt: Daar ik de laatste twee keer
het goede antwoord meen te hebben
gevonden, vraag ik me af of het
gemakkelijkwordt of dat ik het te
licht opvat".
Nou, ja, dat laatste zal dan het geval
wel zijn, maar het blijft natuurlijk
altijd moeilijk de situatie te moeten
beoordelen voor abonnees buiten de
stad. Hoewelkennelijk gold
dit niet voorde heer Jac. M. Quée te
Hoogeveen, die ons schreef: „Bijna
vijftig jaar geleden woonden mijn
ouders in de Pieter de Swartstraat en
de Van der Kooystraat en bij het
bekijken van uw foto meende ik dan
ook op bekend terrein te zijn. Hoe
vaak ben ik langs dit gebouw gelo
pen!"
Ook voor de heer R. van Wijngaar
den te Leeuwarden was het beant
woorden van onze vraag ditmaal
niet moeilijk. „Ik heb namelijk" zo
schreef hij, „van 1924 tot 1927 met
geel genoegen deze school bezocht.
MOPJE
Directeur van deze oude MTS was
toen, evenals van de naastgelegen,
nu afgebrande Ambachtsschool de
heer G. C. Michell en als onderdi
recteur fungeerde ir. Boer, leraar
waterbouwkunde. Deze had een
mopje, dat hij in iedere klas vertelde
en dat ik nu aan mijn kleinkinderen
vertel. Hij vroeg dan: „Weetje wat
een brug'is?" En dan kwam het
antwoord: „Een brug is een weg,
waar de weg weg is".
Ook de heer C. Wallast te Drachten
bezocht eertijds deze school. Hij
schreef ons: „De afbeelding is van
de voormalige Ambachtsschool, ei
genlijk van de oude MTS. Nadat de
nieuwe MTS aan de Molenstraat
was gebouwd werd de voormalige
MTS bij de Ambachtsschool ge
voegd. Het afgebeelde lokaal was
dat van de bankwerkerij van de heer
S. Jellema. Het was daar altijd een
groot lawaai van metaalbewerkers,
draaien, frezen, boren, hakken,
vijlen. Als de heer Jellema iets wou
uitleggen, ging de pet omhoog en
riep hij met zeer luide stem: „Hal-
looooooo jongens!!!". Eens is er
een electricien, die op een lange la
der stond en boven aan het werk
was, gevallen. Hij heette Berend.
Zijn ladder gleed uit en met een ge
weldige klap sloeg hij tegen de
grond. Wonder boven wonder had
hij alleen een gebroken pols; dit was
in '37 of '38".
Net als heel veel inzenders memo
reerde de heer Wallast in zijn brief
ook het opschrift boven het toe
gangspoortje tot de MTS: „Wie
slagen wil, die slagen kan".
Aardig was, dat de heer P. Visser te
Leeuwarden ons attendeerde op de
struiken die op de afgedrukte foto
waren te zien. „Ik geloof dat die
struiken nu nog op de daar gemaakte
speelweide staan", schreef hij ons
en inderdaad dat kon best eens zo
zijn.
De familie Kuipers te Sneek herin
nerde ons aan de oorlog, toen op dit
deel van het Ambachtsschoolge
bouw een bom gevallen is. „Ik
woonde vroeger in de Saskiastraat
en wij liepen hier altijd langs
schreef ze ons.
En tenslotte lichten we ook nog
even de briefkaart van mevrouw Ge
Leemburg-Fluitman te Utrecht uit
de dikke stapel oplossingenOok zij
schreef ons de foto te herkennen
dank zij een persoonlijke herinne
ring: „In die straat heb ik vroeger
gediend bij een zekere Dijkstra,
maar dat is dan al zo'n vijftig jaar
geleden, want ik woon nu alweer
een dertig jaar in Utrecht".
Nu de prijswinnaar. Het werd de
heer F. J. Albers, de Duif 224 te
Leeuwarden.
(vervolg van pag. 3)
Nog zie ik het vertwijfelde hoofd
van die school op de stoep staan ons
smekende zijn school netjes te be
wonen. Mede wapenbroeders, die
zich mij herinneren, weten waar
schijnlijk nog dat ik samen met de
uit Friesland afkomstige Rotter
damse aardappelhandelaar De Jong
een handeltje begon in koeken, cho-
cola en dergelijke artikelen.
In die tijd brak er nekkramp uit in
onze compagnie hetgeen tot gevolg
had dat één onzer kwam te overlij-
Dezefoto van de "Nieuwe Ambachtsschool" is gemaakt, toen de M.T.S. er - links - nog niet aan was vastgebouwd. Het hele complex is na een
door de lieve jeugd gestichte brand enkele jaren geleden gesloopt. Op de foto boven de M.T.S.die wij kozen voor onze fotoprijsvraag
den. Om uitbreiding te voorkomen
werden wij verplaatst naar een
prachtig vakantiecomplex van de
Nederlandse Spoorwegen, ge
naamd "Zomers Buiten" en gele
gen in Zandvoort. Alhoewel er alle
reden is om over de dan komende
periode uitvoerig te schrijven zal ik
dat niet doen omdat het zich ver van
Leeuwarden afspeelt.
Op 5 mei 1940, het zal ongeveer
vier uur in de morgen zijn geweest,
werd ik ruw uit mijn slaap gewekt
en kreeg ik opdracht te helpen bij
hét in luchtdoelstelling brengen van
"onze" mitrailleur achter het ge
bouw. Aankleden was er niet bij. In
pyama gekleed werd op de in grote
getale overvliegende Duitse vlieg
tuigen geschoten. Deze vliegtuigen
zaten vol parachutisten zoals wij
later merkten. Na een kwartier wer
den we afgelost door geheel geklede
militairen en konden wij ons in mi
litair tenue steken.
Na enkele uren moesten we opbre
ken en Zandvoort verlaten.
Onze bestemming was Katwijk aan
Zee. Hier begon voor ons de oorlog
in alle hevigheid los te barsten.
Ook hier ga ik niet verder over
schrijven want dat zou mij veel te
ver van het gevraagde onderwerp
afvoeren.
Na de capitulatie, het was begin ju
ni, gaat een wens van mij in vervul
ling. Ik mag naar de, dan nog "Ko
ninklijke" Marechaussee. In het
najaar van 1937 had ik in de Mare
chausseekazerne aan de Arendstuin
te Leeuwarden met goed gevolg ex
amen afgelegd maar er was toen
geen plaats voor mij. Ik werd op een
lijst geplaatst in afwachting van een
eventuele latere benoeming.
Mijn marechausseeloopbaan begon
in het grensdorp Dinxperlo in de
Gelderse Achterhoek.
Na enige tijd in Amhem en Wehl
dienst te hebben gedaan werd mijn
standplaats in maart 1943 Zelhem.
(vervolg op pag.