MAAR VECHTER JAAP ROBIJN WOU ER NIETS VAN HOREN ,NOU GAAT HET MIS MET QUICK'DACHTEN ZE OP EENZAME HOOGTE 11 Tjitte Wijmstra: welverdiende bloemenhulde vervolg van pag 9 In Friesland kwam Quick daarna op tumgebied al heel snel op eenzame hoogte te staan en ook buiten de provincie kreeg men volop gele genheid te ondervinden, wat er in het hoge Noorden in de gymnas tiekzaal werd gepresteerd. Ver scheidene uitblinkers van Quick kwamen ook landelijk aan de top en maakten hun opwachting in de na tionale keurkorpsen. Nóg denken de ouderen onder ons terug aan de verrichtingen van cracks als Dora Donath, Aagje Koopmans, Betty Hoekstra en Christien Epema, die allen in de vooroorlogse jaren triomfen boek ten. In de oorlog toen het ledental van de vereniging op het ronde getal van vijfhonderd kwam, waren het Riek Tromp en Meindert Joma en de jon geren Tiny Jager, Jitty Zijlstra, Herman Habekothe en Tjitte Wijm stra, die sterk naar voren kwamen - ook zij veroverden een plaats in de Nederlandse keurkorpsen. Had Quick na de moeilijke oor logsjaren al een goede naam in heel het land, na de bevrijding zou de uitzonderlijke positie als uitblin kende noordelijke turnvereniging pas goed tot uiting komen, toen het Koninklijk Nederlands Gymnastiek Verbond - op initiatief van Jan de Jong! - met de verenigingswedstrij- den keurtumen begon. Het eerste het beste treffen, in de Harmonie in Leeuwarden, resul teerde voor Quick in een daverend succes: de vereniging werd drie voudig kampioen van Nederland, dameskampioen, herenkampioen en dus ook algemeen kampioen. In de nu volgende jaren zagen de dames kans dit grote succes nog et telijke malen te herhalen. In 1951 was Jan de Jong, de zo bezielde leider, vijf en twintig jaar directeur bij Quick; te zijner ere werd niet minder dan negenmaal in de Harmonie het gymnastisch schouwspel Zilderparade gebracht. Twee jaar later kwam de heer De Jong in het bestuur van het KNGV; hij beperkte nu zijn werkzaamheden voor Quick; hoewel hij wel als op volger van Joop Joma tijdelijk voorzitter werd; de technische lei ding van de vereniging viel in han den van Akke Smit, Hilda de Jong en Wiebe Spoelstra, welke laatste niet lang daarna door Tjitte Wijm stra vervangen werd. 'DE BAAS' Weer twee jaar later, 1955, trok de heer De Jong zich ook als voorzitter terug, waarna de heer Jac. Robijn de voorzittershamer in handen nam, - "de Baas" werd tegelijkertijd tot erevoorzitter benoemd. De verwachting van velen, dat het na dit afscheid van Jan de Jong met Quick wel snel bergafwaarts zou gaan, bleek niet op reëele feiten ge baseerd; vooral gesteund door het technisch voortreffelijke tweetal Akke Smit-Tjitte Wijmstra zag de nieuwe praeses Jaap Robijn kans het Quickschip op de goede koers te houden, er kwamen nieuwe krach ten in de nationale keurkorpsen, de dames werden opnieuw kampioen van Nederland, zelfs kon het in drukwekkende ledentotaal van dui zend worden gehaald! Wel liep dit ledental daarna sterk terug door oorzaken, die eigenlijk niet duidelijk waren, maar onder de stuwende leiding van voorzitter Ro bijn kon de opgelopen schade wor- „Nou gaat het mis met Quick, nou zul je de vereniging van de kaart zien gaan!" Die pessimistische geluiden zijn er hier en daar te beluisteren geweest, toen Jan de Jong, de grondlegger van zoveel Quicksuccessen, zich in het begin van de vijftiger jaren begon terug te trekken, eerst als directeur, later als voorzitter. Het waren weinig bemoedigende klanken voor de mensen die hem moesten opvolgen, maar het betekende een prikkel tegelijk. Een stimulans om te laten zien, dat de vereniging beslist niet had geglorieerd bij de gratie van ,,de Baas" alleen. Ook zonder hem, oordeelden de opvolgers, ook zonder de denk- en daadkracht van Jan de Jong zou de vereniging moeten kunnen voortgaan op het succesvolle pad. Met name Akke Smit en Tjitte Wijmstra hebben zich na de periode De Jong als technische leiders bij zonder verdienstelijk gemaakt. En in het bestuurlijke vlak was het Jaap Robijn, die als nieuwe voorzitter een geweldige kracht betekende voor de vereniging. Met de steun van zijn technische assistenten heeft hij Quick kunnen handhaven op het hoge niveau, dat eerder was bereikt. Als jongen van dertien kwam Jaap Robijn in 1930 met zijn ouders van z'n geboorteplaats Wommels naar Leeuwarden en meteen werd hij as pirant lid van de gymnastiekvereni ging Quick, die toen juist het twee de lustrum vierde ,,lk was er dus laat bij", vindt de heer Robijn nu zelf, „m'n eigen zoontje was vijf jaar, toen hij bij Quick begon VROEG GENOEG Maar laat of niet laat: de toetreding kwam vroeg genoeg om het hele latere leven van Jaap Robijn in het teken te zetten van Quick. Hij vond er niet alleen zijn toekomstige vrouw, de keurtumster Bets Meyer (dochter van „Ome Kees" die drie en dertig jaar bestuurslid zou zijn), maar bovendien een belangrijke taak op het bestuurlijke vlak van de vereniging. In het bevrijdingsjaar '45 kreeg hij zitting in de commissie, die de zil veren jubileumviering moest voor bereiden, een jaar later volgde hij de naar Amsterdam vertrokken Piet Gemser als secretaris op. In '55, het jaar waarin Jan de Jong zich terugtrok als voorzitter, werd Jaap Robijn de nieuwe praeses. Ge durende zestien jaar, een belangrij ke periode voor Quick, zou hij deze voorzittersplaats blijven innemen en in die tijd heeft hij enorm veel gedaan. „Maar", relativeert hij nu zelf, „ik heb het heus niet alleen gedaan; als ik alleen al even denk aan de enorme steun, die ik bijvoorbeeld van se cretaresse Ynske Dam heb gehad, dan komt de eer ook aan anderen toe". April 1971 kwam ook voor Jaap Robijn de tijd om afscheid te nemen - de dankbare vereniging benoemde hem toen tot erevoorzitter. Tegelij kertijd onderscheidde de gemeente Leeuwarden hem door het aanbie den van een fraaie kristallen herin neringsbokaal. Jaap Robijn: hij wou van geen wijken weten. Daarmee ging de actieve Jaap Ro bijn overigens nog niet op zijn lau weren rusten. Hij bleef nog actief voor het Verbond en een paar jaar geleden nog nam hij met het echt paar Pannekoek Loois het initiatief om te komen tot een Reurystenver- eniging Quick. Ook die plannen, zijn, hoe kon het ook anders, voor treffelijk gerealiseerd! den tenietgedaan - in '64 kwam Quick andermaal aan de duizend le den toe. Ook sportief bleef Quick maar grote successen behalen, met name door de coryfeëen Jannie Vierstrra en Griet van Essen; Tjitte Wijmstra viel zelfs de eer te beurt tot trainer van het landelijke keurkorps te wor den benoemd. Toen kwamen de roerige zeventiger jaren met nieuwe vormen in de beoefening van de gymnastiek, met nieuwe sterren aan het firmament, Connie Overdiep, Jannie Oost en Grietje Molenbuur om er zo voor de vuist weg maar een paar te noemen enmet ingrijpende veran deringen op het bestuurlijk vlak. December 1970 overleed, plotse ling en onverwacht, de man, die Quick op een eenzame hoogte had gebracht, de heer Jan de Jong, en kelejaren eerder tot bondsvoorzitter van het KNGV benoemd. vervolg op pag. 13 Ook Akke Smit maakte rkji voor Quick buitengewoon verdienstelijk.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1980 | | pagina 11