WAT OUDE FOTO'S IN 'T KRANTSJE
ALTEWEEG KUNNEN BRENGEN
DENKEND AAN DE TUD VAN TOEN
Wat oude foto's in 't Kleine
Krantsje soms al niet teweeg kun
nen brengen! In gedachten haal ik
wat herinneringen op uit mijn
jeugd, toen ik - in de jaren
1929-1935 - woonde in de Huizu-
merlaan.
Een laan met grote hoge bomen aan
weerskanten, tenminste het eerste
stuk vanaf de Schrans, langs de
Proeftuin een sloot en trottoir en
voor ieder huis een eigen padsje,
vanaf de tuin tot de stoeprand aan de
ene kant en tot het trottoir aan de
oneven kant.
Dat waren van die leuke plekjes om
's Avonds met een sprong er in,
omdat we ook wel eens muizen
hadden. De lamp kon alleen maar
uitgedaan worden met het licht
knopje bij de kamerdeur, dus altijd
eerst een paar passen in het donker
lopen.
We hadden aan de achterkant een
grote tuin met een boomgaard, een
hok met wel veertig kippen, een
hond, en ook een poos een geitje.
Soms ook nog een poes. Voor de
kippen haalde ik geregeld de brood-
kórstjes op bij de familie Wumkes.
Dat moest dan gebeuren aan de
achterdeur, waar een dienstmeisje
overheen te springen met behulp
van een bezemstok - slootsjesprin-
ge op het droge.
En niet te vergeten de gaslantaarns.
Wat kon het daar dan afschuwelijk
eng zijn om deze tijd van het jaar
met de harde wind huilend door de
bomen, als er na schooltijd eens een
boodskapke haald wuude must bij
"Sielstra" tegenover de Huizu-
merlaan.
Vroor het hard, dan begon de dag
met het stukslaan van het ijs in de
lampetkan. Verwarming op de
slaapverdieping was er niet bij. Wel
een warme kruik in de bedstee, want
die was er op het kamertje aan de
voorkant.
in haar "kostuum" me dan hielp.
Zo nu en dan werd er een mandje
eieren gebracht naar de familie van
het hoofd van de school in de
Schoolstraat.
Vaste prik was het, dat Tietsje een
maal in de week aan de deur kwam.
Zij kreeg dan wat geld van mijn
moeder en ik kreeg van haar een
koek, die ze had opgescharreld.
Nóg hoor ik mijn moeder gillenOp
een schemeravond werd er gebeld.
Er werd opengedaan en er werd
een lijkkist bezorgd! 't Was geluk
kig een vergissing. De kist was be
stemd voor Huize Avondrust op
nummer 142 en wij woondenop42.
Huizum was ook de plek, waar ik
De Huizumerlaan, een laan mei
grote hoge bomen
het fietsen leerde. Dat ging dan
steevast de Schrans een eind uit met
ook daar heel veel hoge bomen en
een pad er tussendoor. Het eind van
de wereld noemde ik altijd het stuk
bij het Bomiapark en na de Vincent
van Goghstraat. Wel heel wat an
ders toen dan nu.
Vaak deden we op zondag de loop
Huizum-dorp, langs het zwembad,
het "Juffersreedsje" oversteken,
door de landen met koeien, het
Hempenserdiekje en door de
Schrans terug.
In die jaren is de Rooms Katholieke
Kerk ook gebouwd. Wat helemaal
niet mocht van thuis gebeurde toch
stiekem, namelijk gauw even een
bezoekje brengen aan de mensen,
die meewerkten aan de bouw van de
kerk en die hun woonwagens had
den staan op het terrein achter de
eerste huizen met oneven nummers.
GEZELLIGE UURTJES
Soms kwam dat uit en dan leek het
niet best, maar gezellige uurtjes heb
ik daar wel gehad. Weer wat later
werd de pastorie mijn "krante
wijkje". Het was een eind van de
weg af en dan mocht ik van de be
zorger het Leeuwarder Nieuwsblad
daarheen brengen, maar dan liep ik
wel met een boogje om de kennel
heen met een bouvier er in.
Op die manier verdiende ik weer
een paar centen om salmiakjes te
kopen bij Lolkema. Geen onbeken
de en dus met de decembermaand in
de catacomben van de kerk en de
prachtige kerstkribbe bewonderen.
EVEN STILSTAAN
Werd het weer wat aangenamer,
dan was het op woensdagmiddag op
visite gaan in de Bleekerstraat en
eten bij Opoe Alma (Van der Meu-
len). 's Morgens tot plusminus elf
uur naar school in 't dorp bij Juf
frouw Kuipers, dan gauw naar huis,
al of niet met "mien hondsje" - dat
was een skuunsmeerdoosdekseltje
an een touwtsje, een kopke suke-
landemelk met een stukje koek en
fut.
De hele lange weg alleen op stap en
met het pontsje over bij de Prinsen-
tuun. Hier en daar eens even stil
staan voor een etalage met mooie
spullen. Even kieke of Jelle Terp
stra z'n best wel deed in de groente
zaak, want dat was een klasgenoot
uit de eerste klas van de lagere
school.
Een poosje bij Jamin omhangen,
want op zondagmiddag was die
open en dan was ik vaste klant voor
een doosje drop van mien sundag-
centen
Weer verder, waar natuurlijk de
overweg afgesloten was en waar
dan met een dikke rookpluim het
boemeltje van Veenwouden voor
bijkwam en niet te vergeten de
stoomtram naar Drachten.
Ook zo wat fijns die rails op de
Stationsweg. Een paar maal ben ik
daar lelijk gevallen, want net als
met schaatsen de scheuren voor mij
waren, was dat ook het geval met
die tramrails - prompt met het
voorwiel van de fiets er in.
Bij de Klanderij eens even naar bin
nen kijken, dan over de brug rich
ting Wirdumerdijk, langs Amicitia
en de lekkere winkel van Vriezen-
berg en meneer Kessler even dag
zwaaien. Dat was een vriend van
mijn vaderen wat stond er soms een
heerlijke huzarensalade bij ons in de
kelder.
Een eind verder kwam de rooie
winkel. Daar werden die 'prachtige'
lange kousen gekocht, die je met
een stuk knoopsgatelastiek omhoog
moest houden.
POESIEALBUMPLAATJES
Dan kwam de Sint Jacobsstraat in
zicht met mooie poppenwagens bij
Hermans in de etalage. Gewoonte
getrouw gauw even bij Jasper naar
de vogels en vissen kijken en dan de
Kleine Hoogstraat op om bij Zon
dervan "poesiealbumplaatjes" te
kopen. De Pielsteeg del, onder de
grote kastanjeboom door en
varen met het pontje.
Aan de overkant was ook wat inte
ressants. Daar woonde de juf van de
Bewaarschool, Juf van der Veer.
Een stukje singel genomen en over
steken, langs Nico, de ijsboeren de
gloppe deur achter Wesbonk langs,
't Was dus een lange reis en Opoe
had dan ook meestal een lekker bord
"eerpelsoep" of een pannekoek
met butter en brune suker op de
hoge buiskachel staan. Wat een
ding eigenlijk en wat een werk met
dat potloden en die asrommel. Met
koud weer stond er dan nog een
testje met een kooltje vuur in de
stoof klaar voor "mien kouwe fu
ten".
Na de eetpartij was het dan vaak
even met Opoe naar het Rengers-
park, een praatje met pliesje Fetter
en op weg terug even binnenwippen
bij mijn tante op de hoek, wat na
tuurlijk weer wat lekkers opleverde.
De tonneman kwam op zolder: wat
een toestanden toch.
Fijn was dat, een tante met een krui
denierswinkel. Dat was ook het ou
derlijk huis van mijn vader. Vroe
ger, in de beginjaren van deze eeuw
was het winkel-"kroeg".
In de schoolvakanties ging ik 's
morgens al vroeg op stap. Er was
altijd veel te beleven bij Opoe en als
het buurtfeest was, had ze vast
kaartjes voor me om dat feest van de
speeltuin in de buurt, ik meen de
Usbaanstraat, mee te vieren.
VERVOLG OP PAG. 9