HERINNERINGEN AAN MARKANTE TABAKSWINKELIERS UIT DE TIJD VAN 'FANSELS' STADSNIEUWS VAN VROEGER 'Pinkie' Veenstra - "in stomme verbazing aanschouwden wij zijn 'vingervlugheid' zonder ouders was. Zij was toen zestien jaar. Dan zei hij met zijn zachte, vriendelijke stem: "Tineke, je hoeft niet bang te zijn - er blijft genoeg voor je over en ik zal zor gen, dat jij flink wat vlees in je por tie krijgt!" Dan klapte Tineke van blijdschap in haar handen. De heer Steenbergen was diep be wogen als een vader met dit blinde, lieve meisje - ik zal 't nooit verge ten. Zodra hij Tineke zag, riep hij: "Dag Tineke!" En Tineke riep: "Dag lieve meneer!" Nu koop ik altijd mijn "Kleine Krantsje" bij Klaas Kuindersma in de Vijzelstraat. Hij heeft de tabaks zaak overgenomen van zijn twee tantes, de Gezusters Kuindersma - er waren in totaal vier, die op 't Emmaplein woonden (wonen) en gemeubileerde kamers verhuurden en ik heb daar vijfjaar in gewoond. Leeuwarden O. de Roos Onze 101-jarige "Ik kan me 't zelf niet denken", zoo leidde Grietje van Heerewaar den, die heden 101 jaar is gewor den, het gesprek in, toen we hede nochtend haar even de hand kwa men drukken en gelukwenschen met dezen voor haar blijden dag. Gisteren had zij nog den geheelen dag het bed gehouden, doch van daag was alle ziekte geweken. Het oudje schijnt nog over een groote dosis wilskracht te beschikken. Vanmorgen vroeg had haar jongste dochter, bij wie zij inwoont, al haar oorijzer moeten opzetten en nu was zij blij, gezeten in haar knus hoekje in een gemakkelijken stoel, dezen merkwaardigen dag in alle stilte te mogen doorbrengen. Want de grootsche huldiging van verleden jaar was haar wel wat te bar ge weest. Prettige en minder prettige jeugd herinneringen worden vervolgens nog eens opgehaald. Zij wist zich nog zoo goed den "Franschen tijd" te herinneren, waarin haar vader 4 jaar als krijgsgevangene te Maas tricht was opgesloten geweest. Haar eerste "dienst" was bij de fa milie Bolman. Nog levendig stond het haar voor den geest, dat zij den grootvader van den heer Bolman in een wagentje had gereden en dat zij van deze familie haar eerste oorij zer, dat toen 6,- kostte, had ge kregen. Op onderhoudende wijze vertelde ze maar voort, meermalen haar dank uitende jegens God, die haar zoo lang gespaard had en jegens haar dochter, die haar zoo goed ver zorgde. (1924) Hoewel ik niet rechtstreeks abonnee ben, lees ik al sedert 1964 dit blad, eerst samen met de heer Nico Drijf hout. die evenals ik bij Philips werkte en 'n geboren Liwwadder is - wij kwamen juni 1933 hier in 't toen splinternieuwe Westen te wo nen, maar sedert 1926 ging ik op 't Gereformeerd Gym in Huizum en door in de lunchpauze de binnenstad en vrijdags 't Zaailand te bezoeken, leerde ik zo enkele bijzonderheden kennen van stadsbewoners zoals Pinkje op de Voorstreek, waar wij uit louter nieuwsgierigheid een pakje cigaretten haalden en in stomme verbazing zijn "vin gervlugheid" aanschouwden, of op de Wirdumerdijk bij een sigaren zaak dicht bij bakkerij Dijkstra, omdat die man stotterde, wat voor ons op onze jeugdige leeftijd ook al 'n vermakelijkheid was na de lange, taaie lesuren, of ertegenover bij "Fansels" - zulks is wondergauw bij iedereen bekend en de betrokken tabakswinkeliers hadden er ook nog voordeel van! Ja, die oude roman tiek is met die tabakswinkels voor goed verdwenen zeker mede door de Grootwarenhuizen, waar apart en vlak bij de kassa's cigaretten en sigaren en pijptabak (pruimtabak is er niet meer bij, meen ik) te koop zijn. Een gezellig praatje is er nu niet meer bij, zoals dat er voor de oorlog steevast bijhoorde en nie mand zich 'n dood nummer hoefde te voelen, zoals in onze na-oorlogse geperfectioneerde winkelwereld, waar wij als vale schimmen aan el kaar voorbij glijden! OASES Pinkje, de Stotteraar. Fansels en vele andere winkeliers, zoals ook nog Tom van "De hut van oom Tom" op de Voorstreek, waren Oa ses vol verkwikking in onze vaak zo bikkelharde mensenmaatschappij. Iedere winkelier had zo zijn eigen, aparte en vaak humoristische ma nier van 't bedienen van zijn klan ten, zoals ook kruidenier Andries- sen vooraan (of achteraan?) op de drukke kant van de Nieuwestad. Een vriend van mij haalde er eens in de dertiger jaren azijn - de heer An- driessen, 'n blozende, stevige korte man, bleef hem vragend aanstaren - "Azijn zeg je?" - Mijn vriend: "Jazeker!" Andriessen weer: "En hoe wil je dat meenemen In je pet of in je broekzak?" Mijn vriend stomverbaasd: "In een flès natuur lijk!" "Oooo - dan moet je die fles er wel even bij betalen, jongeman." Andriessen bracht hem zo aan 't verstand, dat hij ook van thuis al 'n fles had mee kunnen nemen, zoals toen veelal gedaan werd. Zie, zo'n opmerking geeft kleur en geur aan ons dorre bestaan en onder elkaar hebben wij er nog vaak om gelachen - zijn zoon Jan was bo vendien 'n vriend van onze groep als Gereformeerde Jongeren en Jan had ook 'n paar knappe zusters, zo dat wij ook graag bij hem aan huis kwamen en bij de grappige vader, "Wat hoorde ik" zegt een jong vrouwtje tegen een oudere vriendin, "mut jouw man vannne docter cog nac drinke tegen sien rummetiek? Nou, en helpt het oek?" "Ja. wat mut ik daar nou fan segge" antwoordt de oudere vrouw, "self seit ie dat het hem helpt, mar at je het mij frage het ie nou nog veul meer an vallen dan vroeger. De oude Wirdumerdijk met links op de hoek de sigarenwinkel van 'Fansels'Ook aan de rechterkant, naast hotel De BeuFs, was èeh sigarenzaak. 1 Helaas zijn wij mensen niet in staat de "vooruitgang" van de weten schap en sociale toestanden te be heersen - wij worden onherroepe lijk meegesleurd door onze eigen uitvindingen. En zo is ook nu de vanouds zo be kende sigarenzaak Schierbeek op de Kelders ter ziele gegaan aan de mo derne bloedarmoede van onze maat schappij. Zelf heb ik nog een heel bijzondere herinnering aan de oude heer Steen bergen, alias Schierbeek. In het laatste jaar van de oorlog kre gen wij in 't Westen 'n Centrale Keuken en wel in de Kwartelstraat, waar nu de Ijsfabriek de "Friesche Koe" is. Daar konden de omwo nenden dan een soort aardappelpu- ree-met-hier-en-daar een stukje verdwaald vlees en groente halen in een kom of pannetje of emmer, naar gelang van de grootte van 't gezin. 'SCHIERBEEK' Eén van de beheerders en uitdelers van deze maaltijd was de heer Schierbeek, zoals wij hem steevast noemden. Alle rokerij kwam al gauw op de bon, iedereen kreeg mondjesmaat, de fleur was er dus helemaal uit, vanwege de beperkte hoeveelheid, veel zgn. "Belgische Sjek (Shag)" werd zwart gekocht, soms leek dat wel op Beddenma- trasvulling! Ook teelden sommigen zelf tabak, droogden en sneden die en verkochten die weer "zwart". De zwarte handel was vooral in 't laatst van de oorlog de enige goede handel en tenslotte enkel ruilhandel -dus vlees, eieren, boter, kleren en wat ook tegen tabak. Vandaar dat "Schierbeek" beter bij de Centrale Keuken kon werken. Hij mengde met een grote sleef de vreemde substantie eerst flink door elkaar om zo eerlijk mogelijk ieder een 'f zijne te geven,-daarbij nauw keurig gadegeslagen door ons, die in de geurige dampen doodstil onze beurt afwachtten. Bij mijn buur vrouw (zelf weduwe met 4 kinde ren) in de Sperwerstraat vertoefde 'n nichtje Tineke, die blind was van geboorte - geboren in Nederlands- Indië, waar haar beide ouders en jongste broertje in een Jappenkamp zaten. Ik nam Tineke wel eens mee, zij was daar dol op, zij hield van een stevige maaltijd, en als wij dan daar stonden te wachten, riep Tineke: "Krijgen wij ook nog wat?" En: "Zit er ook lekker veel vlees in?" De heer "Schierbeek" reageerde op Tineke's woorden allervriendelijkst - hij wist van mij, dat zij blind en die boven de winkel woonde. Zo is ook de echte huiselijke gezel ligheid van vóór de oorlog verdwe nen en ervoor in de plaats als surro gaat voor de ouderen de televisie en voor de jongeren de bar gekomen! We menen nu er stukken beter voor te staan dan vroeger in de dertiger jaren. Vader en moeder kunnen nu ongestoord "staren" naar wat het "kastje" aanbiedt tot vulling van de lege avonden en zich niet meer hoe ven te vermoeien met 't bezighou den van hun eigen bloed-en-vlees of aanwezige huisorgel enkele psal men, geestelijke liederen of uit de bundel: "Kun je nog zingen, zing dan mee" uit te galmen en met de dochters en vriendinnen nog even 'n slag om te lopen. Toen was er een heel sterke, warme band tussen ouders en kinderen en ook tussen de mensen in 't alge meen, echt niet alleen uitsluitend van eigen kerk of politieke opvat ting. Maar de vooroorlogse tijd van huiselijke gezelligheid en verkwik kende menselijkheid onderling, Steenbergen, alias Schierbeek: Er blijft genoeg voor je over" bezoek van vrienden en kennissen. Ons nageslacht hoeft zich van de ouders niets meer aan te trekken en trekt vrij-en-blij 't ouderlijk huis uit zonder dat vader en moeder weten waar hun kinderen de lange avond vertoeven, in elk geval naar één of andere bar! En zo leven wij in onze moderne tijd finaal langs elkaar heen en glijden wij ook in ons eigen huis als schimmen aan elkaar voor bij. GEZELSCHAPSSPELEN Om maar eens 'n voorbeeld te noe men: Wij gingen iedere zondag morgen na de kerkdienst bij één van ons koffiedrinken, 's middags weer bij 'n ander theedrinken en 's avonds nog eens weer bij 'n ander op bezoek thuis, samen met de ou ders en huisgenoten om met elkaar allerleukste gezelschapsspelen te doen en dan samen bij 't overal vooral in de stadswinkels, die er toen zoveel waren, is verdwenen. De modeme techniek en nuchtere zakelijkheid van "Zelfbediening" is de doodsteek voor alle saamho righeid als burgers van één dorp of stad of van één land. VERSCHILLEN Niet dat dit er toen duimendik op lag, zo was 't ook zeker niet - ook toen waren er zeker bepaalde ver schillen onderling, maar in elkaar herkende je nog altijd "De Mede mens", de medeploeteraar en me destrijder voor een beter en hoger levenspeil, al liepen de opvattingen daarover soms sterk uiteen. Het gekke was, dat toen de Duitsers on verwachts ons land binnenvielen wij ons allemaal, van welke opvat ting we ook waren, ineens "Neder landers" voelden en dit bewust wisten.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1982 | | pagina 5