IJSBAAN BLEEKERSTRAAT: OM NOOIT TE VERGETEN! HUIZUMER HERINNERINGEN Het waren de hoogtepunten in een bepaalde buurt, die jaarlijks een sterke gemeenschapszin in die bepaalde buurt bezegelden. In de draaimolen en de limonade tent, door eigen mensen gerund, vierde vooral jong Leeuwarden een feest, waarbij gastvij ook niet-buurtbewoners welkom wa ren. Waar zijn ze gebleven? Ze leven gelukkig nog voort in de herinne ring en roepen nu nog herinne- ringsgevoelens en gevoelsherin- neringen beide op, die heel een leven blijven. Zo gaat het mij ook met die ijsbaan. In de winters van toen voor mijn besef vroor het veel vaker en veel strenger dan nu gaven de scholen vaak ijsvrij. Nóg hoor ik de concierge van 't gymnasium op zijn tocht langs de klassen: "Ik en de rector hebben besloten, dat jullie vanmiddag ijsvrij moesten hebben". Het ho merisch gelach dat dan losbarst- wel waar de autoriteit lag - maar ook van vreugde om het vooruit zicht van 'n vrije middag op het ijs. Onze leraren waren wel zo fideel, dat ze dan ook geen huis werk meegaven. Als het ijs op de Grote Wielen nog niet sterk genoeg was gaf de ijsbaan een prettige uitkomst. Zelfs al was het ijs buiten be trouwbaar dan prefereerden ve len van ons toch nog de ijsbaan, 'k Denk om de gezelligheid en de kans om nog eens met een aardig sportief meiske te kunnen rijden. Want dat was natuurlijk wel de clou. Direct als je binnenkwam speur- Hoog bezoek op de ijsbaan aan de Bleeksterstraat op 31 januari 1917. Koningin Wilhelmina, Prins Hendrik en Prinses Juliana temidden van de bestuursleden met hun hoge hoeden en een aantal jeugdige leden van de vereniging. Het bestuur van de Koninklijke Vereniging "De IJsclub", sportief op de schaats in 1938. We zien de heren Bokma, Huisinga, Bruins- ma, Overmeer, Mylius en ie mand, van wie wij de naam niet weten. de je de banken langs, aan het begin van de baan om de schaat sen onder te binden. Want je verbeeldde je dan ook nog dat niemand zo de schaatsen kon onderbinden bij 't 'zwakke' geslacht dan deze tjsridder. Altijd was er wel één, die zich deze dienst liet welgevallen, al wist ze terdege, dat daarmee haar eerste baantjes verzegd waren en soms de hele middag. Daarvoor had je haar dan ook uitgezocht. Er waren toen maar enkelen die het waagden op hun kunstrijders (Vervolg op pag. 17) te, was uiting van hoon om de waan die in de volgorde van zijn aankondiging lag - wij wisten Er staat mij iets bij, dat die heerlijke vlakte aan 't eind van de Bleekerstraat er al niet meer is. 'k Ben al zoveel jaar uit Leeuwarden weg en kom er te sporadisch. Het leeft echter heel sterk in m'n herinnering en in m'n dromen. Onuitwisbaar staat dan voor me die roodachtige houten ingang naar een vlakte, die het mogelijk maakte, dat in de winter velen in Leeuwarden onvergetelijke uren op de schaats beleefden. Zomers gingen de deuren ook nog wel eens open voor een sportdemonstratie. Op Koningin nedag, 31 augustus toen nog, vonden er vaak kinderfeesten plaats, waaraan kinderen uit de hele stad deelnamen. Vooral toen de bekende buurt feesten verdwenen, trokken der gelijke 'happenings' honderden kinderen. In die buurtfeesten heeft de stad heel wat verloren. mtlF* /KT* (Vervolg van pag. 7) eierzoeken en vissen en soms mocht ik mee. Wij gingen dan met zijn mooie schouw met aan- hangmotor meestal naar de gras landen aan het Langdeel. Oom Ype leerde me dan hoe ik de kievitseieren moest vinden. Ik had het idee, dat hij me soms expres op een stuk liet lopen langs een bepaalde greppel, om dat hij waarschijnlijk al wist, dat daar eieren moesten liggen. Toch zijn die lessen nooit zo erg aan me besteed geweest, tot geluk van de kieviten. Het vinden van grutto- en eendeeieren was ge makkelijker! Ook mocht ik een enkele keer mee met de boot. Vaste deelne mers waren dan getrouwde ne ven en nichten, onder wie Piet de Vries, Gerard Ter Horst en Foppe de Boer. Meestal gingen we rich ting Wartena of Grouw. Er werd druk gevist, gewoonlijk op baars. De vrouwen bleven dan met het eten en drinken aan de wal en met de boot werd midden in de vaart een plek met pompebladen gezocht. De dobber moest dan zo dicht mogelijk bij de pompebla den worden gemikt. En dan maar vangen. Oom Ype ging met de neven ook wel eens een nacht uit "poeren". Dat was vissen op aal met behulp van een knoedel wormen, aan een touw geregen. De stok of de hengel, waaraan ze bungelden, moest zacht op en neer worden bewogen. Als men wat voelde werd de pier voorzichtig, maar toch snel boven de boot ge bracht, waarna de paling er af viel. Er moest daarbij wel ge rookt worden, want anders aten de muggen je op - meestal zat je bij het riet te vissen. Drachten A. In de buurt van het Sint Jobsleen moet vroeger een herberg hebben gestaan met de naam het Nieuwe Paradijs. In 1676, al even geleden dus, werd erop het uithangbord van die zaak een mooi vers aangebracht: Coomje van de reis en soekje logijs Soo komt hier logeer in't nieuwe paradijs Komt in als vrienden plegen En soekt geen ander wegen Hier tapt men bier en wijn En dat om vrolijk zijn In't paradijs Is bon logijs

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1982 | | pagina 15