BEKEURING EIERZOEKEN
KUN JE VOORKOMEN...
MOEDER
STOMME FRIES WIST HET BETER
STADSNIEUWS
VAN VROEGER
Een bekeuring bij het eierzoeken
- die kun je voorkomen: het is
mij eens overkomen.
In 1958 verhuisden wij naar
Zaandam en we kwamen te wo
nen aan de Zaan, vlak bij het
Noordhollandskanaal. Aan de
ene oever was het Amsterdam,
aan de andere kant Zaandam.
Als je over de pont ging vond je
aan de andere kant allemaal op
gespoten land. Daar zaten nog
veel weidevogels, kieviten en
scholeksters.
Daar was ik op de zestiende april
aan het eierzoeken. Er liep nog
iemand in een leren jas met een
grote bouvier; later bleek dit een
politieagent te zijn.
Ik had al een tijdje gezocht en
veel gevonden, maar ik laat ze
altijd liggen en nu dus ook. Toen
kwam die man op me af, hij zei
dat hij van de politie was en hij
vroeg me wat ik hier deed.
"Eierzoeken" antwoordde ik.
"Dat mag niet meer" zei hij, u
krijgt een bekeuring."
"Waarom" vroeg ik, "het is nog
geen 21 april en tot dan magje in
Friesland zoeken."
Toen werd hij grof en hij zei: "Jij
leest zeker geen kranten, stom
me boer, het mag hier maar tot
14 april."
Dus kreeg ik een bekeuring,
waarna de agent me vroeg of ik
het wou afkopen. Ik zei dat hij de
pot op kon. Hij had nogal wat
praatjes, maar ik ook.
In mei moest ik in Amsterdam
voorkomen. Nu, dat was daar
gauw bekeken.
"U bent die en die?"
"Jawel meneer."
"U was in verboden tijd aan het
eierzoeken?"
"Nee meneer.''
"Zo, hoe kan dat, verklaart u mij
dat eens?"
"Wel meneer, je mag altijd wel
naar eieren zoeken, maar je mag
ze niet rapen en vervoeren, zo
staat het in het wetboek. En dat
heb ik niet gedaan. De politie
man noch zijn hond hebben ge
constateerd dat ik eieren raapte
en vervoerde."
Nou, de heren zaten wel even
raar te kijken en ze moesten ook
even met elkaar overleggen,
maar de uitspraak was: niet
schuldig.
Dat zo'n stomme Fries dat nou
allemaal zo goed wist!
Zaandam
J. van derWoude
Prof. Mr. P. S. Gerbran-
dyweg
Pieter Sjoerds Gerbran-
dy (1885-1961). Politi
cus en staatsman. Tij
dens oorlogsjaren mi
nister-president van de
Nederlandse regering in
ballingschap.
De la Reystraat
Jacobus Hercules de la
Rey (1847-1914). Ge
neraal in vrijheidsoor
log van de Boeren tegen
de Engelsen. Werd
doodgeschoten bij een
actie van de politie.
Marijkestraat
Prinses Maria Christina
(1947). Noemt zich
sinds 1967 prinses
Christina.
Jan Evenhuisstraat
Hoofdinspecteur Direc
te Belastingen te Leeu
warden (1896-1944).
Oprichter van het Na
tionaal Steunfonds ter
financiering van het
verzet in Friesland. Ge
fusilleerd in Vught.
Pieter Feddesstraat
In Harlingen geboren
schilder (ca. 1586-
1623). Maakte portret
ten, gravures, etsen en
kaarten. Werkte in
Leeuwarden.
Van Gemerenstraat
Kapitein W. van Geme-
ren (1895-1938). Chef
Vliegschool Soester-
berg; de eerste vlieger,
die5 juli 1937-op het
nieuwe Leeuwarder
vliegveld landde.
Hollanderdijk
Naar het Hollanderhuis
of de Hollanderplaats,
een in 1928 afgebroken
eeuwenoude boerderij
op de hoek van de
Leeuwarderstraat
Maerten Gerritszstraat
Maerten Gerritz de
Vries 1647). Com
mandeur in dienst van
de Oost Indische Com
pagnie. Ook kaartteke
naar. Ontdekte 1642
Noord Japan.
Bij de Put
Gewoonlijk alleen 'Put'
genoemd. Watervoor-
Prof. Mr. P. S. Gerbrandy
ziening op dit plein
heeft eeuwen bestaan.
In 1834 werd de put
weggeruimd.
Sint Anthonystraat
Naast het naastgelegen
Sint Anthony Gasthuis
aan de Grote Kerk
straat. De naam dateert
van 1870.
Reinier de Graafstraat
Geneeskundige en ana
toom te Delft (1641—
1673).
Beekkerkstraat
Harmen Wouter Beek-
kerk (1756-1796).
Schilder van behang
sels, portretten, land
schappen en historie
stukken.
Alma Tademastraat
Sir Lawrence Alma Ta-
dema (1836-1912).
Schilder en graficus,
zoon van een notaris te
Dronrijp. Werkte sinds
1870 in Londen; in
1873 genaturaliseerd
tot Engelsman. Werd in
1899 verheven in de
adelstand.
Anna Bijnstraat
Zuid Nederlands dich
teres (1494-1575). Fel
le tegenstandster van de
leer en volgelingen van
Luther.
Balistraat
Eiland ten oosten van
Java in de Indische Ar-
chipel.
Het schoonst op de aarde het heiligst bezit
Hier voor ieder mensch in dit leven
Wat heb je 't verloren, hoe of je ook bidt
Geen God zelfs je tweemaal kan geven
Dat eenigst dat hoogste wat voor alles gaat
Die heerlijke beelt'nis die je nooit verlaat
Dat heiligst op aarde hier voor iedereen
Dat is er je moeder je moeder alleen
Schooner dan de schitterende stralen der zon
Zoo zijn er haar stralende oogen
Zoo trouw en zoo teeder zoo lief ais maar kon
Me^st lachend maar soms ook bewogen
Die heerlijke oogen zoo trouw en zoo goed
Die schenken je troost en die geven je moed
Het schoonste op aarde hier voor iedereen
Dat is er de blik van je moeder alleen
Doch 't zaligst bezit wat je moeder je geeft
Trots je 'r somsdeedt lijden of griefde
Haar heiligste gave zoolang als ze leeft
Dat is haar oneindige liefde
Waarmee ze j' in vreugd en in droefheid omringt
Waarmee ze jouw hart aan het hare vastklinkt
Wat niemand kan doen en kan geven niet een
Dat kan hier op aarde moeders liefde alleen
Kon je 's levens stormen somwijl niet weerstaan
Komt 't ongelukje leven vergallen
Heb je soms in zwakte een misdaad begaan
Of ben je nog dieper gevallen
Als je door heel de maatschappij wordt gehaat
Als zelfs ook je vrouw en je kind je verlaat
Dan nog vindt je liefde en troost maar bij een
Die een hier op aarde is je moeder alleen
Leef je in een paleis vol weelde en genot
Maar heb je je moeder verloren
Vindt je meer geluk in het schamelste krot
Als zij je nog toe mag behooren
De armste hier is rijker die met haar nog leeft
Dan de rijkste op aard die geen moeder meer heeft
Want de grootste rijkdom hier voor iedereen
Dat is het bezit van je moeder alleen
En heeft haar de dood van je zijde gerukt
Leeft ze voort steeds in je gedachten
En zelfs die gedachten ben je soms bedrukt
Doen dan je leed nog verzachten
De eerbied en liefde voor haar in het graf
Die houden je vaak van het slechte nog af
Want wat je niet laat en niet doet voor geen een
Dat laat en dat doe je voor je moeder alleen
TE WATER GERAAKT
Tengevolge van verkeerd uitwij
ken reed gisteravond de 25-
jarige mej. F. S. alhier met haar
fiets bij de eerste kanaalbrug te
water. De heer van Brummelen,
wonende in de 7e Velin-
dwarsstraat, die van het ongeluk
getuige was, sprong gekleed in
het kanaal en wist het meisje,
door een paar politie-agenten
met een dreg bijgestaan, op den
wal te helpen. Na op den politie
post in de nabijheid weer tot
kalmte te zijn gekomen, is mej. S.
naar huis teruggekeerd.
Op de Voorstreek raakte van
morgen een kinderwagen met
zuigeling te water. Gelukkig
bleef de wagen nog even drijven,
zoodat de kleine door een der
omwonenden nog net bijtijds kon
worden gered.
De wagen volgde later.
(1930)
