"VOOR NIKS GAAT DE ZON OP"
BRULDE DOMINEE ZELLE"
LEEWADDERS,
WAAR IS DIT
HIJ VROEG EEN TIENTJE VOOR EEN INTERVIEW
GEKWETSTE PREDIKANT
EISTE VIJF MILLE
VAN MAARTEN 'T HART
vervolg van pag. 1
eens te hebben gehoord van een
predikant, die ook bij mensen at
en de hele pudding soldaat maak
te, zodra die door de vrouw des
huizes op tafel was gezet, rea
geerde Zelle met een „Nee hoor,
ik niet," om er onmiddellijk arg
wanend aan toe te voegen: „Of
heb je daar misschien wel eens
wat van gehoord?"
„Maar ja," sprak de dominee
vervolgens royaal, „natuurlijk
lust ik wel wat en als de mensen,
bij wie ik ben, vragen of ik meega
een toertje te maken, dan doe ik
dat altijd graag en dan zit er
meestal ook wel een goeie uit
smijter aan vast."
In het begin van de zestiger jaren
baarde dominee Zelle in Fries
land nogal wat opzien met be
paalde krasse uitspraken in zijn
verkiezingsredevoeringen voor
de Anti Revolutionaire Partij. De
Leeuwarder PvdA-wethouder
Jakob Vellenga hekelde deze
toespraken in felle bewoordin
gen en sprak van „te veel kies
verenigingen, die deze wilde rui
ter maar laten draven."
INTERVIEW
Naar aanleiding van deze kritiek
hebben wij dominee Zelle toen
benaderd voor een interview.
Omdat we wisten, dat zijn wo
ning niet was uitgerust met tele
foon, trokken we daar aan de bel.
Deze foto van dominee Zelle met z'n markante kop maakten we in
het begin van de zestiger jaren tijdens een interview. Het recht om
de foto te maken was bij 't tientje inbegrepen...
Breed posteerde de dominee zich
in de deuropening en we hadden
het woord 'interview' nog niet
laten vallen of hij maakte het
bekende gebaar met duim en
wijsvinger en donderend klonk
het: „Wat doet het - voor niks
gaat de zon op!"
„Een tientje?" probeerden we
schuchter.
„Goed!", brulde de kandidaat,
„maar niet hier, ik kom wel bij
U!"
ZWARTWIT
Exact op tijd die avond vervoeg
de dominee Zelle zich bij ons aan
kantoor, waar hij om te beginnen
zijn tientje opeiste. Toen bracht
hij een vel papier te voorschijn:
hij had al een heel betoog zwart
op wit gezet.
Dat verhaal was ook zwart-wit:
„Leeuwarden is een slechte stad,
zeer ongodsdienstig, zonder cul
tuur, met een bevolking, die met
zo weinig werk zo veel mogelijk
wil verdienen en met een jeugd,
die er voor alles op uit is plezier
te maken en uit te gaan."
Een paar jaar later werd de in het
oog springende predikant nog
eens door een groot landelijk
weekblad geïnterviewd (wéér
een tientje!) wat resulteerde in
een artikel, dat aldus eindigde:
„Een man als een leeuw. Maar
mensen stoppen leeuwen altijd in
een kooi."
Er volgde een stroom van reac
ties, pro en contra de dominee.
Pro: „Vaak heb ik ds. Zelle horen
preken en ook heel wat gesprek
jes met hem gevoerd. Ik kan niet
anders zeggen, dan dat ik aller
prettigste herinneringen aan hem
bewaar. Ds. Zelle mag het dan
wel eens wat cru zeggen en mis
schien zelfs erg onbehouwen
doen, maar in werkelijkheid is hij
iemand met een gouden hart, die
altijd klaar staat om een ander te
helpen, en die graag van zijn
Heiland getuigt."
Contra: „Loslopende leeuwen
horen thuis in de wildernis. Zo
dra ze los worden gelaten in de
bewoonde wereld (en op een
kerkpubliek!) dan maken ze
brokken en gaan ze over lijken."
VERADEMING
Pro: „Een verademing om te
zien, dat er behalve de mooie,
glimlachende t.v.-dominees ook
nog een dominee is, die de moed
heeft zich niet anders te tonen,
dan hij werkelijk is. Een vreemde
vogel ongetwijfeld, die het bij
vele van zijn collega's en kerk
gangers wel zal hebben verbruid,
denk ik. Maar wel een man om
respect voor te hebben."
Contra: „Is ds. Zelle een voor
beeld voor de gelovigen, wan
neer hij 's nachts door Leeuwar
den rent? Is hij dat, wanneer hij 's
zondags op een oude racefiets uit
preken gaat? Zoiets behoeft hij
toch niet te doen? Als men hem
hoort preken, dan zegt hij zeker
waarheden als koeien, doch wan
neer men onder zijn gehoor zit en
dan bedenkt, dat hij de volgende
dag als een schooier door Leeu
warden zal lopen en elk plankje,
dat op straat ligt opraapt en mee
naar huis neemt, dan kan het niet
anders of de eerbied gaat voor
een dergelijk prediker geheel
verloren."
KLEINZIELIG GEDOE
Pro: „Kleinzielig gedoe, die kri
tiek op ds. Zelle. Wanneer de
profeet Jesaja als prediker van
Gods gerechtigheid, halfnaakt en
barrevoets door Jeruzalem
moest gaan, dan mag men die ds.
Zelle toch niet lastig vallen, om
dat hij op een racefiets rijdt?
Contra: „Ik vraag mij af, is dit nu
wel de wijze, waarop het Evan
gelie moet worden gebracht? En
als ik de foto van het interieur
zie, dan vraag ik: moet dat nu
zo?"
Pro: „Wat zijn we weer materia
listisch als het gaat om de beoor
deling van onze medemens. Als
of kleding en woninginrichting
maatstaven zouden kunnen zijn
bij de beoordeling van iemands
innerlijk."
Een paar jaar geleden kwam do
minee Zelle voor het laatst op
zienbarend in het nieuws, toen
hij er achter kwam, wat de schrij
ver Maarten 't Hart over hem had
gezegd in het boek 'Het Vrome
Volk'.
't Hart schreef o.a. over zijn
jeugd, „toen deze dominee de
tien kilometer van zijn huis naar
•hier aflegde op een racefiets, zijn
toga in pakpapier gewikkeld en
met een touwtje aan het stuur
gebonden en in korte broek en
luchtig shirt, dat hij ook droeg
tijdens de preek onder zijn toga."
Verder kreeg de schrijver uit de
pen, dat de dominee graag een
borrel lustte en zelfs eens was
gesignaleerd „achter de rietkra
gen" in het gezelschap van een
jongedame, van wie bekend was,
dat zij haar liefde te koop aan
bood.
Diep beledigd schreef dominee
Zelle de auteur een brief, waarin
hij een schadevergoeding van
vijfduizend gulden vroeg - zelfs
mocht hij zijn standpunt op de
televisie komen toelichten. Al
leen omdat hij pas jaren na het
verschijnen van het boek protes
teerde zou hij geen cent van het
gevraagde hebben gezien.
Na de dood op hoge leeftijd van
zijn moeder, die hij tot het laatst
trouw had verzorgd, werd het in
de Gysbert Japicxstraat helemaal
een huishouding van Jan Steen;
electriciteit verbruikte hij niet
meer, z'n middagmaal, meestal
bruine bonen of boerenkool, be
reidde hij op een paar petroleum
stellen, zelfs de kachel kwam de
laatste winter niet meer aan.
VERPAUPERD...
Vertoonde hij zich buiten op
straat - het haar en de wenkbrau
wen pikzwart geverfd, kaplaar
zen aan en in een ruige manches
ter broek - dan kon men zien,
hoe hij meer en meer verpauper
de. Tenslotte leek hij in niets
meer op de geweldenaar van
weleer met zijn prachtige, mar
kante kop.
En nu is het dan allemaal voorbij
dominee Zelle is er niet meer.
Maar nog vaak zal zijn naam
vallen, wanneer er echte Leeu
warders bijeen zullen zijn om te
praten over toen
Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag "Leewadders waar
is dit?" Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, binnen veertien dagen
naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vriesstraat 1,
8921 BP Leeuwarden. Uitslag over vier weken.
Onder de abonnees, die ons het juiste antwoord geven, verloten wij
een exemplaar van het boekje "Leeuwarden - ach ja, zo was
het..." met zestien zeer fraaie foto's van de stad uit een lang ver
vlogen tijd.