NIEUWE KANAAL BIJ KLEYENBURG
OP MISTIGE ZOMERDAG
NEPVLIEGTUIGEN OP ANSICHTKAARTEN
VOOR LEEUWARDEN EN DE
WIJDE WERELD ER OMHEEN
OM VERKOOP TE BEVORDEREN
NEGENTIENDE JAARGANG
11-6-1983 NUMMER 435
'TKLEINE KRANTSJE
Hebben we op deze plaats al eens een foto gehad van de
huizen van de Grachtswal, die moesten verdwijnen, toen in de jaren
1894—1895 het Nieuwe Kanaal gegraven werd, ditmaal een plaat
van dat kanaal zelf: het Nieuwe Kanaal bij Kleyenburg op een
mistige zomerdag. Een landelijk plaatje, dat we vandaag niet meer
zouden kunnen maken, want, behalve het water, is intussen alles
verdwenen, wat we op deze foto zien: de scheepswerf van
Landeweer links, de beide oliemolens De Kroon en Hst Fortuin,
vaag op de achtergrond en het kleine watermolentje rechts. Het
skütsje, dat nauwelijks vooruit komt bij dit windstille weer, zou er
misschien nog wel kunnen zijn, maar er is natuurlijk niemand, die
ons kan vertellen welk en van wie dit vaartuigje was. De aarden
wallen aan beide kanten van het kanaal hebben voor stenen kaden
plaats moeten maken; aan deze kant staan nu de hoge fabriekge-
bouwen van de Condens en Koopmans Meel in de rij, aan de
overkant loopt de brede en vernieuwde Kanaalweg. Dat foto's
bedriegelijk kunnen zijn bewijst ook deze plaat: de gebouwen van
de scheepswerf van Landeweer lijken heel dicht bij het kanaal te
staan, maar toch was dat niet zo: op een van grote hoogte genomen
foto, die wij twee jaar geleden in de krant hebben gehad, kunnen we
duidelijk zien, dat er een aanzienlijke ruimte lag tussen het water en
de werf. De schepen,'die van de werf afliepen kwamen ook niet in
dit Nieuwe Kanaal terecht - er was aan de andere kant van de
gebouwen, die we hier zien, een insteekhaven van het Vliet en
alleen via die weg was Landeweer bereikbaar voor alles wat voer.
Maar 'over land' kon men wel bij Landeweer komen langs de toen
nog erg smalle Kanaalweg; er stond een wit toegangshek, waarvan
we op deze foto eigenlijk alleen de schaduw kunnen zien, precies
tussen de molen en het schip. Voltooid verleden tijd dus allemaal -
de bekoring van het oude Kleyenburg leeft slechts voort in onze
herinnering.
We zijn nu, in de tachtiger jaren,
zover, dat we niet meer op- of
omzien, wanneer er een straalja
ger over de stad heengiert - het
vliegverkeer hoort nu eenmaal
bij het beeld van deze tijd. Dat is,
nog niet zo verschrikkelijk lang
geleden, natuurlijk heel anders
geweest: elk vliegtuig, dat vroe
ger boven de stad verscheen,
werd door het volk op de straat
belangstellend gevolgd.
Dat was zeker het geval in de
eerste decennia nadat het vlieg
tuig zijn 'intrede' had gedaan, dat
wil dus zeggen in de periode
tussen 1910 en 1930, zo onge
veer. Het mag dan ook verbazing
wekken, dat de mensen op het
Wilhelminaplein en het
Zuiderplein, die we op deze bei
de foto's zien, geen enkele be
langstelling tonen voor het vlieg
tuig, dat boven hun hoofd ver
schijnt: er is letterlijk niet een,
die de moeite neemt even om
hoog te zien.
Hoe kon dat nou?
Wel, toen beide foto's werden
gemaakt vloog er helemaal geen
vliegtuigje boven Leeuwarden,
maar de uitgever van deze beide
ansichtkaarten, J. H. Schaefer's
Vervolg op pag. 3