Jocc iel
Friesland Bank
Uw eigen bank
WAARDERING
Hiermede wil ik mijn oprechte
waardering uitspreken aan het
adres van de heer Schoustra,
Hoofdredacteur van 't Kleine
Krantsje, voor zijn onbevoor
oordeeld optreden inzake de
kwestie omtrent de "Ordinaire
klap op Goerings kop".
Hij gaf iedereen het volle pond
zonder enige terughouding. Vol
gens mij was dit een onmogelijk
verhaal, daar ikzelf op het vlieg
veld werkzaam was op de Afde
ling "Landwirtschaft" en de
werkbazen iedere dag bij ons op
kantoor verslag van alles op 't
vliegveld of liever van het ter
rein, waar de arbeiders werkten,
uitbracht.
Op zondag was er geen één ar
beider of baas op het vliegveld
aanwezig. Ik vraag mij af, hoe
deze anonieme persoon daar dan
's zondags aanwezig was. Wij,
kantoorlui, moesten elk op zijn
beurt, daar 's zondags op ons
kantoor aanwezig zijn.
Was er toen iets bijzonders ge
beurd, wij zouden dit beslist wel
geweten hebben.
Zo herinner ik mij nog als de dag
van gisteren, dat op een mooie
morgen in april wij 't terrein op
liepen terwijl hoog boven ons
een vliegtuig ronkte, plotseling
kwam dat geronk steeds sterker
tot ons door, er hing een lichte
nevel over 't vliegveld, wij kon
den niets zien, toen opeens een
enorme klap zodat de grond tril
de - en toen werd 't plots dood
stil.
Wij begrepen dat dat vliegtuig
neergestort was en stormden
naar de afsluitboom van het
vliegveld, maar werden al spoe
dig teruggestuurd door Mar-
kowski, de Partijleider.
In de loop van de dag kwamen
de bazen met hun rapporten bij
ons, toen één van hen, Hendrik
(hij was bij 't Heilsleger) zei:
"Nou mutte jimme es sien, wat
ik hier bij mie hew skrik niet en
praat der nooit over."
Hij haalde zijn zakdoek uit zijn
zak, vouwde die open en toonde
ons een stuk van de onderkaak
van die piloot, die dezelfde mor
gen neergestort was. Met afgrij
zen staarden wij naar dikbloedi
ge restant van de totaal uit
elkaar geslagen mens.
De vlieger had zijn dienst erop
zitten en cirkelde nog even bo
ven de "Flugplatz". Waarschijn
lijk is ondertussen die morgenne
vel opgekomen en heeft hij die
voor een wolk aangezien, is gaan
duiken met dit droevig gevolg.
Dus, heer Schoustra, zoals ik al
Het waren niet alleen geallieerde vliegtuigen, die in de donkere
oorlogsjaren boven Friesland verongelukten
aangetoond heb, wij zouden ze
ker iets gehoord hebben van die
klap, desnoods van de Duitsers
zelf, die ook in de barak zaten.
In 't Kleine Krantsje nummer
465 schrijft J. F. Popma te Gie-
kerk: "Laat hij (de zegsman) nu
het verlossende woord spre
ken."
Daar wachten wij nu allemaal
op!
Leeuwarden
O. de Roos
ner waren v.d. Veer, Blauw, v.d.
Berg (verhuisde later naar Ach
ter de Hoven-hoek Vegelinstraat
en had daar een wasserij) nieuwe
bewoners waren fam. de Jong,
Bouwman (schoenmaker), Pa-
gels (slager), Mink (later in de
Tuinbouwstraat waar ze een
kruidenierswinkeltje hadden),
Pasma en fam. Binnema.
Waarschijnlijk woonde de heer
Brinck aan de andere kant van
het 'parkje', bij Hoving (de
groenteboer) en de fam's Klein
en Heeringa.
BEKENDE NAMEN
Zo nu en dan kom ik bekende
namen tegen in 't Kleine Krants
je, zoals in nummer 466 die van
mevrouw Y. Siccama-Velsen. Ik
herinner mij haar nog goed. Zij
woonde in de Tweede Saskia-
dwarsstraat en wij in de Eerste.
Mijn naam is Tjerkje Geertsma.
Wij woonden vlak naast Althuis,
de kruidenier.
Ik herinner me nog, dat Ytje zo'n
mooie poppenwagen had, waar
we allemaal wel wat jaloers op
waren. En hadden zij ook niet
een schommel in de gang, waar
we wel eens op mochten zitten?
Ook heeft zij het over Hennie de
Jong; die herinner ik me even
eens heel goed, zij is ook wel
eens mijn vriendin geweest.
Haar broer Hannes, zoals hij
werd genoemd, was bij ons zeer
bekend, we zaten namelijk alle
maal in de socialistische bewe
ging-
Ik hoop, dat mevrouw Siccama-
Velsen zich mij ook nog kan her
inneren; toevallig woon ik ook in
Amsterdam, al zo'n kleine veer
tigjaar en het zou leuk zijn als zij
nog eens reageerde.
Amsterdam
Mevr. Tj. Broersma-Geertsma
ACHTER DE HOVEN
Hoewel laat (oorzaak vakantie)
wil ik ook nog graag de heer
Brinck bedanken voor zijn
mooie artikelen over Achter de
Hoven en je kunt je dan al lezend
haast niet voorstellen dat het al
lemaal al zo lang geleden is. Vol
gens het ingezonden stuk van
Annie Santema-Kiestra (een
schoolvriendin van mij) zou de
heer Brinck in de Kwekerijstraat
gewoond hebben en wat me nu
bezig houdt is, op welk huisnum
mer woonde de heer Brinck? Ik
ben geboren in 1921 op nummer
10 en buren die ik me nog herin-
Verder wil ik de heer Schoustra
feliciteren met het jubileum van
't Kleine Krantsje en ik hoop dat
we er nog lang van mogen genie
ten.
Annen
Klaasje Bouwkamp-de Boer
SIPPIE DE BOER
In 't Kleine Krantsje nummer
465 staat een foto van de eerste
klas van School 13b. Het "ont
brekende meisje" vlak bij Juf
Hendriks is Sippie de Boer, die
op het moment dat de foto werd
gemaakt nog in de Fabriekssteeg
woonde, kort daarna naar de-
Sontdwarsstraat verhuisde en in
1933 wegens oververplaatsing
van haar vader, machinist bij de
Spoorwegen, naar Nijmegen
ging-
Zij is een nicht van mij, maar er
is geen contact meer.
Annen
Klaasje Bouwkamp-de Boer
DERBY'S
Nu Frisia en Friesland weer in
dezelfde afdeling voetballen
komt bij mij de herinnering bo
ven aan een wedstrijd tegen Fri
sia die wij wonnen (5-2) en ons
voor degradatie behoedde. Kan
het 1930 of 1031 zijn geweest?
Plaatselijke derby's waren toen
een niet geringe gebeurtenis, hun
schaduw ver vooruit werpend.
Toen wij, mijn vrouw en ik, in
1941 naar Haren bij Groningen
verhuisden, ben ik lid van Be
Quick geworden en met de uit
die tijd vergane glorie van de
Good Old heb ik nog menige
wedstrijd gespeeld, zij het meer
tot vermaecke dan tot geldings
drang.
Haren
A. H. Bergsma
Men kent er de Friese
verhoudingen en is bereid
plaatselijke en provinciale
belangen te dienen.
In onze archieven bevinden
zich competitie-eindstanden,
waaruit blijkt, dat Friesland
zowel in het seizoen
1930-1931 als in het seizoen
daarna in degradatiegevaar
verkeerde. In '31 eindigde de
L.V.V. met maar een puntje
voorsprong op M.S.C. op de
voorlaatste plaats en in het
jaar daarna had Friesland
twee punten meer dan hek
kensluiter F.V.C. De forse
overwinning op Frisia kan
dus in beide seizoenen zijn
behaald, maar zeker niet in
het seizoen 1932-1933, want
toen eindigde Friesland hele
maal onderaan.
Red. 't KL Kr.
VAKANTIEKOLONIE
VLIELAND
Ondergetekende kan het niet la
ten om even te reageren op wat
de heer J. Speerstra te Beverwijk
en mevrouw J. C. Boer-Lemmers
uit Leidschendam in 't Kleine
Krantsje hebben geschreven
over de Vakantiekolonie Vlie
land. Ik kan weten in welke jaren
de kinderen daar zijn geweest,
namelijk plusminus 1926.
Ik ben ook als kind uit een arm
gezin naar Vlieland gestuurd om
aan te sterken. Toevallig diende
mijn oudste zus bij de moeder
van dominee Van der Heide,
toen wonend op de Nieuwestad.
Moeder Van der Heide zat na
tuurlijk ook in zo'n naaikrans
mee te denken over arme kin-
ders, dat was zeer goed.
Toen mijn vader op vierenveer-
tigjarige leeftijd overleed bleef
moeder met zeven kinderen zit
ten; gelukkig waren de oudsten
al bij een baas. Ik was de jongste
en geen dikzak; vandaar dat ik
ook naar Vlieland werd ge
stuurd.
Ik heb geen goed woord voor de
Vakantiekolonie over. Over
smaak valt niet te twisten. Wij
moesten elke avond havermout
eten; ik kreeg het niet door mijn
keel. En elke avond zingen van
„het zonnetje gaat van ons schei
den" en dan nog danken, waar
voor?
Het is nu zo'n zeventig jaar gele
den, maar nog maak ik me
kwaad als ik denk aan die tijd,
elke morgen acht uur naar Son-
nega, toen hoek Koningsstraat,
een bekertje melk dat daar klaar
stond, en dat ik beneden aan de
trap moest opdrinken om dikker
te worden. Ik was nog magerder
dan voor Vlieland.
Over die moeder en dienstmeid
wil ik niets zeggen, over de do
den niets dan goeds, dus zal ik
(Vervolg op pag. 11)
Een moment uit de derby Friesland-Frisia in het begin van de dertiger jaren. Wie de spelers zijn? Bij de
bal, dachten we, Piet Brouwer, dan doelman Zeilinga en de Frisiaan Jo Gerritsen en rechts nog een
Frieslandman, die we zo niet herkennen. U wel? Zegt u het dan maar.