DICKVANDERI
1EIJDE JR/RI
EKLAME
DE LEEUWARDER
OOSTENRIJKSE JONGEN MEVROUW VOS
W w jozef israëlsstra.
3t10 leeuwarden 058-124984
adviesbureau voor reklame en pubticiteit
De pol. dr. Jaasma rapporteert, dat den Heer C. van Eysin-
ga, die te paard de Boterhoek passeerde, door eenige jon
gens met steenen is geworpen. Deze jongens, genaamd
Herman en Johannes Onderstein, oud 9 en 8 jaren, zullen
aan het bureau ontboden en gereprimandeerd worden.
Door de pol. dienaren zijn in den loop dezer dagen een 10
tal catapulten van de straatjongens afgenomen en aan het
bureau gedeponeerd en is de koopman Van der Kaars in de
Oosterstraat, die de elastieken aan de jongens verkocht,
ontboden en heeft beloofd dezelve niet meer te zullen ver-
koopen voor dit doel. De politiedienaren is een streng op
treden tegen dit gevaarlijke speelgoed aanbevolen.
Nachtverblijf in een arrestantenkamer verleend aan Gerrit
Jan Hosbach, oud 45 jaren, geboren te Leeuwarden, zonder
vaste woonplaats, die zonder geld en huisvesting is en
gaarne voor de Kolonie wil opgenomen worden.
Hiltje Ytsma, oud negentien jaren, dienstbode op de Kleine
Bontekoe, klaagt, dat zij gisterenavond om half twaalf op
de Stienserstraatweg is aangepakt door twee haai onbeken
de manspersonen, die haar gouden oorbelletjes uil de
ooren, benevens 5 gulden aan specie uit haar zak hebben
ontnomen.
Verloren door Aafke Kerkhoven, dienstbode bij den Heer
Menalda op de Nieuwestad, een gouden haarslotje waarop
de letters M.K. met een streng echte gitten.
Kennisgegeven door Jentje Hoogerhuis, Schipper op Beet
gum, dat hij gepasseerde vrijdag twee korven met aardap
pelen bij Pieter de Boer door de sjouwerman Sas Issels heeft
doen bezorgen, doch niet zijn teregt gekomen.
Mulder de bleeker klaagt over de straatjeugd, die 's avonds
op zijn bleek komen en de appels en peren van de boomen
schudden. Zal op gelet worden.
H. Dijkstra, metselaar, wonende Spanjaardslaan, is van de
School in de Boterhoek, alwaar hij werkzaam ivas,
afgevallen waardoor hij zich aan het onderlijf heeft
bezeerd. Hij is in het hospitaal onderzocht en vandaar naar
huis gebracht.
Aangifte gedaan door Catharina de Vries, wonende in de
Naauwe Gasthuissteeg, dat zij heden van de bleek nabij de
Prinsentuin eenig waschgoed is kwijtgeraakt. Bij onder
zoek is gebleken, dat dit abusievelijk door Jeitje Klamstra
is ingenomen.
De pol. dienaar Streekstra heeft zich hedenmorgen ziek
gemeld.
De pol. dienaar Terpstra rapporteert, dat Vrouw de Vries,
wonende in de Weerklank, geklaagd heeft over Hendrik
Overbeets, Rommert Ratsma en Willem Tolsma, allen oud
12 jaren en wonende op het Laagpad, die telkens straat
schenderij bij haar aan de deur en in de buurt plegen. Deze
jongens zullen aan het bureau ontboden en gerepriman
deerd worden.
Gevonden en gedeponeerd door P. Meet, wonende op
Camstraburen, een beursje waarin fl. 0.13.
Kennisgegeven door den Heer Engelen, wonende Sophia-
laan, dat gepasseerden nacht 7 hyacinthen uit zijn tuintje
voor zijn woning zijn ontvreemd.
Pol. dr. Van der Heide rapporteert, dat het 7-jarig zoontje
van Boersma, wonende Amelandsstraat, op de Tuinen te
water is gevallen, doch onmiddellijkis gered.
Door pol. dr. Havekes aan de wach gebracht een dame, die
zonder geld en zonder een bepaala voornemen tot reizen
aan het station alhier vertoefde. Bij onderzoek bleek dit te
zijn Frederica Carolina Söhlke, oud 34 jaren, wonende te
Ameland, weduwe van den Heer P. van Steenwijk, in leven
docter, in November te Ameland overleden. Deze vrouw
leidt volgens informatiën een zeer ongunstig leven, zoodat
haar drie kinderen, oud 5,3 en 2 jaren, krachtens vonnis
van de Arrondissementsrechtbank alhier, haar zijn ontno
men en thans verzorgd bij de Heer Dr. Hamer te Franeker,
die gehuwd is met een zuster van den overledene. Haar
plan scheen te zijn om haar kinderen wier verblijfplaats
zij niet weetop te zoeken. Zij is gisteren reeds in de stad
gekomen, doch was nu zonder geld en besluiteloos welken
koers te nemen. In het station heeft zij 1 glazen beijers bier
gebruikt, doch kon niet betalen, zoodat zij den heer Bur
gers verzocht een zilveren lepel en vork als pand te nemen.
Morgen zal mevrouw Hamer uit Franeker (volgens ont
vangen boodschap) aan het bureau komen en verder in
lichtingen geven, zoodat ik de bagage, zijnde twee koffers
en een pak goederen van het Station heb laten halen en
evenals die vrouw heb aan de wacht gehouden ter beschik
king.
(Vervolg van pag. 6)
over grote afstanden gegooid.
Ook werd er met centen tegen
de muur van een huis gegooid en
daar deden meer jongens aan
mee. Wie met zijn cent het
dichtst bij de muur kwam kreeg
de hele pot. Deed een politiea
gent de ronde dan waren de kna
pen gauw verdwenen.
Er waren toen eerste, tweede en
derde klas agenten, van wie de
eerste klassers hoog in aanzien
stonden. De lagere rangen ver
dienden minder en hadden dus
dat aanzien niet. Er was er een
bij, die zich verdekt opstelde als
de jongens aan het centje gooien
waren en die met getrokken sa
bel te voorschijn kwam op het
moment dat de meeste centen
waren opgegooid. Terwijl de
jongens maakten dat de weg
kwamen, raapte deze politieman
dan de centjes op, salueerde
dankbaar en vetrok met een lach
op zijn gezicht.
Het spel van de kinderen veran
derde met de jaargetijden. Ih de
zomer gingen we in de spoor-
sloot langs de spoorlijn naar
Groningen salamanders en ste
kelbaarsjes vangen; in de herfst
was het draakjevliegen.
Eens maakte ik een grote draak,
die ik in de buurt ging verloten.
Een hele ploeg kinderen ging
dan op stap met loten a raison
van twee centen per stuk. Hon
derd loten brachten dan twee
gulden op, een hele som. Was
alles verkocht, dan gingen we
weer bij de deuren langs en
mochten de kopers een papiertje
uit een emmer trekken. Het
mooist was wanneer het winnen
de lot er in bleef tot het laatst,
dan wist iedereen, dat het eerlijk
was toegegaan.
Als de dagen tegen de winter
korter werden, dan speelden we
„Er zijn geen rovers meer in 't
bos." Een paar kinderen ver
stopten zich aan het ene eind
van de straat en de grootste
ploeg begon aan het andere eind
lopen te zingen: „Er zijn geen
rovers meer in 't bos, bos, bos!"
Bij de verstopten in de buurt
gekomen probeerden de ande
ren de zingenden te vangen,
maar die renden natuurlijk als
een haas terug. Wie gepakt werd
moest verder als rover spelen en
zo herhaalde zich dit spel steeds
weer.
St. Anna Parochie O. Lenk
Vervolg van pag. 1
nu zelf de hoge leeftijd heeft van
honderd en een, werd geboren
toen haar vader bijna negen en
zestig was. Die vader, Wijbe Al-
derts van der Schaaf kwam ter
wereld op de elfde januari 1815,
precies honderd en zeventig jaar
geleden dus!
Het is niet de eerJte maal, dat wij
aandacht besteden aan dit
hoogst curieuze geval - een jaar
of acht geleden hebben we er
ook al over bericht. Maar hoe
ouder mevrouw Vos wordt, hoe
merkwaardiger wordt de zaak.
En nu zij dus zelf al over de
honderd is en we intussen het
jaar 1985 hebben bereikt, kan zij
er zich nog steeds over beroe
men de dochter te zijn van een
vader uit het begin van de ne
gentiende eeuw!
De oude Wijbe Alderts van der
Schaaf werd geboren toen diens
vader, Aldert Douwes van der
Schaaf, ook al bijna veertig was,
zodat mevrouw Vos op dit mo
ment ook nog kan zeggen, dat
het twee honderd en twee jaar
geleden is, dat haar grootvader
ter wereld kwam!
De moeder van mevrouw Vos,
Akke Planting, was haar vaders
tweede vrouw. Zij stierf al in
1892, toen ze nog maar vier en
dertig was. Vader Van der
Schaaf, twee en veertig jaar ou
der dan zijn tweede vrouw, be
reikte de hoge leeftijd van bijna
acht en negentig jaar - het was in
december 1912, dat hij overleed.
De nu hoogbejaarde mevrouw
Vos heeft vroeger met haar ou
ders in Leeuwarden aan het Ol-
degaleën gewoond, maar dat
was rond de eeuwwisseling en
die tijd ligt dus ook al weer even
achter ons.
"I-k-k- z-z-z-z-ei hem n-n-n-n-n-n-n-n-og d-d-d-d-at ie st-st-st-
oppe m-m-m-m-m-oest"