VERRE HERINNERINGEN AAN
EERSTE WERELDOORLOG
HUIZUMER
HERINNERINGEN
LEEUWARDER JONGEN DENKT TERUG
Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog gaf op veel plaatsen aanleiding tot uitbundige vreugde. De
absolute waanzin wordt treffend geïllustreerd door foto's als deze: Engelse soldaten in Vlaanderen
juichend op u>eg naar hun heldendood.
Het is misschien een hachelijke
zaak om zeventig jaar na het uit
breken van de eerste wereldoor
log nog enkele herinneringen op
te halen en die op papier te zet
ten. Wie als knaap van zeven
jaar, in de marge, het begin van
een wereldoorlog meemaakt, er
vaart de dingen om hem heen
wel even anders, dan één, die
ook de stormen van die andere
wereldoorlog mocht doorstaan.
Maar goed, wij leven niet in het
verleden - daar is het leven toch
te boeiend voor? - het verleden
leeft wel in ons. Als ik mijn ogen
dicht doe zie ik bepaalde mo
menten uit mijn jongensjaren zo
scherp geprojecteerd op de video
van mijn geest, dat ik ze op
nieuw doorleef, geheel erbij be
trokken.
Op die dag in augustus 1914 lo
geerde ik - het was nog zomer-
vacantie - op de boerderij van
mijn grootvader aan de Kalver-
dijk. Op de Wilhelminabaan
vond die dag plaats het grote
jaarlijkse concours-hippique met
ringsteken en al. Daar moest
mijn grootvader naar toe met
zijn drie jongens. Voor het mel
ken om vier uur zouden ze weer
thuis zijn. Maar het was nauwe
lijks drie uur in de middag of wij
zagen ze komen.
ONHEILSPELLEND BERICHT
Tijdens het concours verspreidde
zich het onheilspellende bericht:
mobilisatie afgekondigd. Toen
was de aardigheid van het con
cours af. De Wilhelminabaan
stroomde leeg. Ieder had genoeg
aan eigen angstige gedachten en
zorgen. Het was als sloeg de blik
sem in. De volgende morgen -
de vacantie op de boerderij was
afgebroken - nam mijn vader mij
mee naar de kazerne. Hij had
gehoord dat die morgen de eer
ste troepen naar het station zou
den marcheren met bestemming:
de grens. Zijn broer zou ook
daarbij zijn en hem wilde mijn
vader nog groeten.
Nog zie ik me lopen naast de
troep, waarin mijn oom als ser
geant zijn plaats had ingenomen.
Muziek voorop met wel tien
trommelslagers, die een dreigen
de roffel lieten horen. Als ik nu
de "marche funèbre" van Cho
pin heb opstaan (Rubinstein),
dan hoor ik in de verte nog de
trommels, die op die oorlogsdag
de maatslag sloegen voor de ver
trekkende soldaten. Geen bloe
men heb ik gezien, geen hoera
geroep gehoord, zoals op de
Kurfürstendam in Berlijn en in
andere Duitse steden. Mij pakte
de ernst waarmee de mensen om
mij heen de oorlog als een zware
dreiging ondergingen.
Wij volgden het verloop van de
Duitse opmars op de voet. Naast
ons - wij woonden toen op de
Nieuwestad in wat nu Hema is
hield de heer Rooswinkel een
drukke sigarenzaak. Telegram
men, die het laatste nieuws ga
ven werden in die tijd bij ver
schillende zaken aangeplakt. Zo
ook bij Rooswinkel. Wij hadden
dus de extra-editie's vlak bij
huis. De mensen verdrongen
zich steeds om het laatste nieuws
vooral niet te missen. Nog hoor
ik hun commentaar.
PRO DUITS.
Bij ons thuis was ieder in le eer
ste wereldoorlog pro-duits. Dat
waren bijna allen in Nt Ierland,
heb ik later begrepen. De Boe-
ren-oorlog was ons volk in het
verkeerde keelgat geschoten. De
vijand was toen Engeland. Dat
werkte lang na. Kitchener was
voor ons de incarnatie van de
oorlogsmisdadiger. We hebben
geen traan gelaten toen hij in het
verloop van de oorlog met een
Engelse kruiser naar de kelder
werd gejaagd.
Nieuw was voor ons de ervaring
met bonkaarten en distributie.
Maar de zorg daarom lieten we
rustig aan onze ouders over. Wel
ruik ik nog het tarwebrood, dat
we moesten eten. Witbrood was
alleen voor "O-Weeërs", de rot
lui, die Oorlogs Winst sloegen uit
de nood van heel ons volk.
De oorlogsellende zelf kwam
dichterbij, toen we de Belgische
vluchtelingen zagen, die in de
Beurs werden opgevangen. Mijn
vader zie ik nog staan bij een
hele berg broodjes, die hij voor
hen moest smeren. Er kwamen
ook Engelse troepen over onze
grens, op de vlucht voor de Duit
se opmars. Voor het eerst zag ik
toen Schotse Hooglanders met
rokjes aan.
De Engelse straat in onze stad
heeft aan hen die naam te dan
ken. Daar verrezen de barakken
voor die Engelse soldaten die,
geïnterneerd in Nederland, al
leen maar vanuit de verte en in
gedachten konden meevechten.
In werkelijkheid was voor hen
de oorlog voorbij
Ons land bleef buiten de eigenlij
ke strijd, neutraal, al richtte de
onbeperkte duikboten-oorlog
van de Duitsers zich ook tegen
ons land en volk. We zijn wel op
het nippertje toen ontkomen. De
"zand- en grintkwestie" heeft
ons bijna aan de kant van de
geallieerden in de oorlog betrok
ken. De spanning van die tijd
voel ik nog. Dat waren critieke
dagen.
Op 11 november zal ik nog wel
eens denken aan die zondagmor
gen, toen om negen uur tele
grammen werden aangeplakt
met het ongelooflijke bericht dat
de Duitse keizer onze grens was
overgekomen en asiel had ge
vraagd aan de regering.
AFGELOPEN.
Toen wisten we, dat het afgelo
pen was met de oorlog. 11 no
vember zal blijven de dag van de
wapenstilstand. De echte vrede
liet nog op zich wachten. Is het
daarna eigenlijk ooit echt vrede
geweest? Werden er op de vre
desconferentie in Parijs niet aan
zetten gegeven voor de tweede
wereldoorlog, die hier in Ne
derland, wij in Nederlands Indié
terdege aan den lijve ervoeren?
In beide oorlogen ging het voor
ons om de vrijheid, die wij pas
echt leerden waarderen, toen we
ze kwijtraakten.
Of diezelfde vrijheid ons nu nog
zoveel waard is, laat ik graag aan
u ter beoordeling.
Amersfoort J. v.d. L.
onder toezicht van de leidster.
Mijn oudste zoon zit op de rug
van Sip v. d. Weide, die met
Tineke Boonstra samen de ezel
moeten vertolken. Wie de uitge
putte reiziger langs de weg in
werkelijkheid was, weet ik niet
meer. Wel meen ik op de achter
grond het guitige kopje van Tjits-
An Kooij te herkennen en Beits-
ke Boonstra. Misschien kunnen
de geïnteresseerde lezers ons via
de redactie nog de andere namen
melden.
Nog een gebeurtenis uit die jaren
komt mij in de gedachten. Het is
het feest van het vijftigjarig jubi
leum van de Vereniging van
Vrijzinnige Hervormden in
Leeuwarden en Friesland, op 8
mei 1954 luisterrijk gevierd in
de 'Harmonie'. Voor die gele
genheid hadden de heer Ko v. d.
Hoef en ondergetekende een
feestrevue vervaardigd over de
lotgevallen van de families Vrij
en Vroom, eindigend in een gou
den bruiloft. Als waardering
voor ons werk werden wij uitge
nodigd mee aan te zitten aan het
dejeuner-Dinatoire, dat werd ge
houden in het toen nog oer-defti-
ge hotel 'Nieuwe Doelen' tegen
over de Korfmakerspijp.
Leeuwarden H. T. ten Have
In juni 1952 verscheen er in de
krant een uitvoerig artikel over
een nieuwe methode, welke bij
het zondagsschoolwerk hier en
daar was ingevoerd. Bedoeld
werd de 'Westhill-methode',
waarbij vooral dé zelfwerk
zaamheid van de leerlingen
werd aangemoedigd. Centraal
bleef het vertellen van een ver
haal door de hoofdleidster, maar
de uitwerking ervan, hetzij ge
speeld, hetzij getekend of ge
boetseerd, werd in kleine groep
jes van kinderen met een leidster
erbij overgenomen.
In Huizum werd deze methode
op de beide Vrijzinnige Zon
dagsscholen, met samen wel 400
leerlingen, geïntroduceerd door
mevrouw Bakker-Hiemstra, de
oudste dochter van de toen nog
vitale kerkvoogd Hiemstra, die
aan de Verlengde Schrans woon
de. Mevrouw Bakker was toen
met twee kinderen gerepatrieerd
na de oorlogsjaren in een Jap
pen-kamp te hebben doorge
bracht. Haar ervaringen hadden
haar gesterkt in de opvatting dat
eigen doorleving van het geloof
van enorme waarde kan zijn. Als
hoofdleidster putte zij haar leid
sters en leiders uit de jongeren
van de Huizumer V.C.J.C. Voor
het eerst namen ook grotere jon
gens aan het groepswerk deel, zo
herinner ik mij de namen van de
jongens Hoekstra, Jansonius en
de beide Westerbaans.
Op bijgaande foto ziet u de uit
beelding van de gelijkenis van de
Barmhartige Samaritaan, door
de kinderen met animo gespeeld