PROVINCIEHUIS WAS EENS EEN BISSCHOPPELIJK PALEIS Van harte Provinciehuis! VIER EEUWEN GELEDEN Gritstraal- en metalliseerinrichting METAALBEDRIJF Stalen-, aluminium en kunststof ramen en deuren Winkelpuien Schuifdeuren Kanteldeuren Schuif- en draai- branddeuren Balkonhekken Brugleuningen Staalskeletten Portaalspanten Spil- en wenteltrappen Vliesgevels Bordessen Bedieningshuisjes Benzinekiosken De jarenlange werkzaamheden in het grote vierkant tussen de Tweebaksmarkt, de Oude Oosterstraat, de Heerestraat en de Korfmakersstraat, ingeluid met het afbre ken van verscheidene panden en voltooid met het optrekken van een indrukwekkend stuk nieuwbouw, hebben het Provinciehuis van Friesland op een wel heel bijzondere en nadrukkelijke wijze in het nieuws gebracht. Was het tot voor niet al te lange tijd stellig zo, dat acht van de tien Friezen wel wisten waar het fraaie Kanselarij gebouw stond, maar het antwoord schuldig moesten blijven, wanneer er naar de plaats van het Provinciehuis werd gevraagd, nu is het misschien wel zo dat maar twee van de tien Friezen nog niet weten, waar precies de zetel an ons provinciaal bestuur te vinden is. Het herhaaldelijk uitgebreide Provinciehuis was eens een bisschoppelijk paleis. Het vernieuwde Provinciehuis presenteert zich in ieder geval op een heel wat sprekender ma nier, dan het oude dat deed en het was misschien de sobere bouwtrant van de oudbouw aan de kant van de Tweebaksmarkt, die voor het populair worden van dit eerste huis van de pro vincie niet bevorderlijk is ge weest. Maar. het oude Provinciehuis op de hoek van de Tweebaks markt en de Korfmakersstraat is oorspronkelijk ook niet ge bouwd met de intentie dat hier het bestuurüjke hart van Fries land zou zijn. Het is, kort ge zegd, niet altijd het Provincie huis geweest. Minder groot en nog wel wat anders van vorm en aanzien, was het gebouw in de zestiende eeuw de woning van de Abt van het Bergumerklooster, wanneer die tijdelijk in Leeuwarden moest zijn. PALEIS In 1570 werd het aanzienlijke huis aan de Heerengracht zelfs verheven tot Bisschoppelijk Pa leis, nadat Cunerus Petri een jaar eerder tot bisschop van Leeu warden was benoemd. In januari 1570 werd hij als zodanig inge wijd en zijn taak was het om Friesland van ketters te zuive ren. Lang zou hij zich evenwel niet aan die taak kunnen wijden: kort nadat de Graaf van Rennen berg Caspar di Robles als stad houder van Friesland was opge volgd, werd :hij door de graaf afgezet en gevangen genomen. Tegelijkertijd werden alle goede ren die aan het Bisdom Leeuwar den hadden toebehoord over gedragen aan de Staten van Friesland die het leeggekomen Bisschoppelijk Paleis daarna tot hun zetel kozen. Zo werd toen het gebouw aan de Heerengracht als „Lands- en Statenhuys" inge richt en in gebruik genomen. In de volgende honderd jaar werd het „Collegie," zoals het :gewoonlijk werd genoemd, her haaldelijk vergroot door het bij trekken van belendende panden en ook in de laatste eeuwen heb ben de timmerlieden en metse laars er dikwijls druk werk ge had. De Provinciale Staten bleven voorlopig echter nog vergaderen in de lokaüteiten van het voor malige Jakobijnerklooster en la ter in het Landschapshuis, een schilderachtig pand, dat naast de Kanselarij en dus scheef tegen over het Collegie stond. Een uitbreiding van andere aard, dan alle voorgaande en alle ver grotingen, die later zouden ko men, kreeg het Statenhuis toen er in 1868 een Wachthuis naast verrees, net zoals er twintig jaar eerder een dergelijk Wachthuis was gebouwd tussen de Kansela rij en het Landschapshuis. In deze Wachthuizen, of Corps de Garde en ook wel Kortegaarde genoemd, kregen de soldaten die eventueel 's lands hoogste macht zouden moeten verdedigen, een onderdak. INGRIJPENDE VERBOUWING Kort na het begin van de acht tiende eeuw werd het Collegie nog eens met een pand aan de noordzijde vergroot ten behoeve van 's Lands Rekenkamer, maar een veel ingrijpender verbou wing aan het Statenhuis vond plaats in het laatst van deze acht tiende eeuw. In 1784 toen het gebouw in een bouwvallige toe stand begon te verkeren, nadat het dus al twee eeuwen voor de Staten diens had gedaan, werd het grotendeels vernieuwd en veranderde het geheel van uiter lijk. Er werd toen namelijk nog een derde verdieping boven op gezet en er kwam „eenen fraaij- en voorgevel van ongeveer 100 voeten breedte" voor, waarvan stadsarchivaris Wopke Eekhoff opgetogen getuigde, dat ze het aanzien van de provincie op waardige wijze verhoogde. „Die gevel toch bekwam op ie der der verdiepingen elf vensters in de breedte, tussen welke on geveer in het midden, eene fraaije portique naar de Jonische Orde, tot hoofdingang werd ge steld. Het middenfront werd bo ven de kapitale lijst gedekt met eene halfronde frontspecie, waarin het gekroonde wapen de provincie werd geplaatst." UITBREIDINGEN Daarmee had het Provinciehuis nog niet de omvang bereikt, die het nu heeft, want in 1887 tussen 1891 en 1894 en in 1908 werd het Statenhuis telkens opnieuw uitgebreid, door er o.a. aan de kant van de Korfmakersstraat stukken tegen aan te bouwen die zich nu nog duidelijk aftekenen op de merkwaardig uitgerekte gevelwand, waarin de hoofdin gang dus al lang niet meer in het midden zit. Ook het inwendige van het Pro vinciehuis werd herhaalde malen vertimmerd en verbouwd, de laatste maal ten behoeve van de Provinciale Staten, die sedert 1849 vergaderd hadden in het Paleis van Justitie, dat immers én voor de zittingen van de Ar rondissementsrechtbank en het Gerechtshof èn voor de vergade ringen van de Provinciale Staten was gebouwd. Door een aanzienlijke uitbrei ding van de rechterlijke macht in Leeuwarden in 1875 werd het Paleis voor beide lichamen ech ter te klein en in de jaren daarna werd er ijverig gezocht naar een passende manier om de Staten aan een nieuwe vergaderzaal te helpen. Die vond men tenslotte in het Collegie aan de Tweebaksmarkt, maar het duurde nog tot 1906 voor de Provinciale Staten er hun eerste vergadering konden houden. Maar die gedenkwaar dige bijeenkomst ligt nu ook al weer ver achter ons - op dit moment is het ingebruiknemen van een geheel nieuwe situatie rond het Provinciehuis, dat onze aandacht vraagt. Postbus 1, 9150 AA Holwerd.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1985 | | pagina 9