BIJ HET EEUWFEEST VAN
ONZE OUDSTE VISHANDEL
loea^A
STADSNIEUWS
VAN VROEGER
Het is dit jaar precies een eeuw geledendat de Leeuwarder Sies Sinnema begon met een
handeltje in vis. Of, beter gezegd, met een handeltje in lever en kuit, want dat was het wat de
jonge Sinnema aanvankelijk aan de vrouw probeerde te brengen. Later breidde de handel
zich tot meer dan alleen deze onderdelen van het visje uit en nu, honderd jaar later, bestaat
Sinnema's Vishandel nog altijd en zit er ook nog een onvervalste Sinnema in de zaak, die
steeds van vader op zoon is overgegaan.
De Sinnema's, eerst alleen met
handkarretjes op stap, staan al
sinds de oorlog als vaste stand
plaatshouders met een wagen bij
het Hoeksterpad, op een steen
worp afstand van het oude
Hoeksterkerkhof, de plaats,
waar zij generaties hebben ge
woond.
De oude Sies Sinnema werd al
heel gauw door z'n zoontje Mar
ten geassisteerd en deze Marten
zullen heel veel oudere Leeu
warders zich nog herinneren als
de man van de Patijntjes, het
eens in Leeuwarden zo populai
re straatorkest.
Marten Sinnema werd in het be
drijf opgevolgd door zijn zoon
Sies, (nu 79) die ook bij de Pa
tijntjes terecht kwam, waarna dit
orkest de veelgebruikte bijnaam
kreeg van 'Het Skelviskoor'.
VIERDE GENERATIE
Met Sies Sinnema (41), zoon van
deze 'oude' Sies kwam de vierde
generatie in het bedrijf en hij
heeft zowaar alweer een zoon
tje, Pascal, die we als achtjarige
ook al eens in een keurig wit
jasje en met een wit mutsje op in
de kraam kunnen zien staan. Zo
dat de toekomst van Sinnema's
Vishandel verzekerd lijkt en dat
niet alleen: er zullen maar heel,
heel weinig echte Leeuwarder
bedrijven zijn, die zo lang van
vader op zoon zijn overgegaan.
Sinnema's Vishandel - alzo ver
uit de oudste viszaak in de stad.
Zij bestond al ruim tien jaar,
toen Willem Hendrik Visser zich
als vishandelaar vestigde in de
Korfmakersstraat. Deze zaak
werd na het overlijden van Wil
lem Hendrik voortgezet door
zijn oudste zoon Piet, maar be
staat nu al lang niet meer.
Bekend in het oude Leeuwarden
Marten Sinnema, die veel oude
re Leeuwarders zich zeker zul
len herinneren.
waren ook de viszaken van Glas
tra op de Nieuwestad en aan de
Wirdumerdijk. Beide bedrijven
hebben als een duidelijk herken
ningsteken een tijdlang een
enorme vis aan hun gevel gehad
en het moet bij een van deze
zaken zijn geweest, dat de aarts
grappenmaker Henny Snijder in
het holst van de nacht aanbelde
met de mededeling "Glastra, jou
hè biet!"
Maar het was niet Glastra zelf,
die hij uit bed belde - Glastra
was een landelijke zaak met be
drijfsleiders in de filialen.
In 1917 werd er door Johannes
Schootstra een viszaak in de
Schrans opgericht en deze zaak
bestaat, net als die van Sinnema,
nog altijd. Johannes werd opge
volgd door zijn zoon Rients (nu
84) en diens beide zoons, Johan
nes en Folkert, hebben de tradi
tie voortgezet.
Johannes heeft nu een zaak in de
Kleine Kerkstraat onder de oude
naam 'Woudstra's Viswinkel' en
Folkert kwam in de ouderlijke
zaak in de Schrans.
DE WOUDSTRA'S
Woudstra's Viswinkel, net ge
noemd, werd omstreeks 1922
opgericht, toen Johannes Woud
stra de al bestaande viszaak van
een Boomstra in de Kleine Kerk
straat overnam. Zijn dochter
trouwde in 1933 met een Theo-
dorus ('Dorus'), die ook Woud
stra heette en die toen in de
voetsporen van zijn schoonva
der trad. In 1957 hebben de
Woudstra's de winkel aan Jo
hannes Schootstra overgedaan.
Het was in 1921, dat Hendrik
('Rikus') de Bruin een viszaak
begon in de Slotmakersstraat en
hij zat er nog maar een paar jaar,
toen hij concurrentie kreeg van
Charles Schaaf, de zoon van de
bekende voordrager Ype Schaaf,
die op zijn beurt in de Breed-
straat een winkel opende.
Aanvankelijk beconcureerden
deze handelaren elkaar op leven
en dood, tot zij het raadzamer
achtten de strijdbijl te begraven.
Daarna hebben zij jarenlang in
broederlijke eensgezindheid sa
men op de kermis en op de
markt gestaan.
Rikus de Bruin heeft geen opvol
ger gehad en Charles Schaaf
evenmin - al enkele tientallen
jaren is er in de oude binnenstad
geen viswinkel meer.
Verdwenen is intussen ook de
viswinkel van Sieze Sinnema in
de Prins Hendrikstraat, Sieze
kwam er met zijn gerookte pa
ling en gebakken vis in 1940 en
hield het er precies vijfendertig
jaar vol.
In 1925 kreeg Leeuwarden er
een visventer bij en dat was
Coenraad Ombelet uit de Wes
terstraat, die later verhuisde
naar het Oldegalileën. Zijn beide
zoons Johan en Nico hebben de
zaak voortgezet en Johan kun
nen we nog altijd als straatventer
in actie zien. Hij is met zijn vis-
fiets een van de allerlaatsten der
Mohikanen en zelf veronderstelt
hij, dat er in het gehele noorden
geen iweede meer te vinden is.
De firma Ombelet, die ook
standplaatshouder is, lange tijd
ook aan het Ruiterskwartier,
maar nu uitsluitend in de Valeri-
usstraat, heeft gedurende 'n zes
tal jaren ook een winkel gehad
en wel aan de Groentemarkt, in
de vroegere melkzaak van Van
der Goot. Velen zullen zich ove
rigens Johan Ombelet ook nog
herinneren van de Kinderboer
derij - hij heeft indertijd voor
een korte periode de vis de vis
gelaten en werd de eerste 'Kin-
derboer'.
Bij veel echte liefhebbers van vis
verwierf zich ook de kok A.
Boekhout een grote naam. Hij
had een viswinkeltje in de Nieu
we Oosterstraat, terwijl zijn
vrouw de exploitante was van
een sigarenzaak er vlak bij.
Een wie herinnert zich de welge-
proportionneerde H. ten Hoeve
niet? Hij is jarenlang met zijn
vishandel op de veemarkt actief
geweest.
Dan krijgen we, wanneer we de
ogen sluiten, ook nog een zekere
Bergsma uit de Leeuwarder-
straat in beeld, die ons is bijge
bleven als de man met het kistje
bokkingen op zijn hoofd - het
was een aardigheid hem zo door
de straat te zien marcheren.
Maar er zijn natuurlijk nog wel
meer geweest, die zich in de ach
ter ons liggende decennia heb
ben beziggehouden met de han
del in vis helemaal compleet
zal een verhaal als dit niet zo ge
makkelijk zijn te krijgen.
De viskraam van de Sinnema's staat al tientallen jaren bij het Hoeksterend.
is er ook in Leeuwarden een
Bank van Lening geweest en wel
eeuwenlang. In 1665 kwam deze
lombard, ofwel lommerd, in een
pand op de hoek van de Nieuwe
stad tegenover de Langepijp. De
steeg ernaast heet nu nog altijd
de Oude Lombardsteeg, maar
echte ouwe Leewadders spreken
liever van Bargesteeg - die naam
herinnert ons aan de naburige
veemarkt op de plaats waar nu
Mercurius staat; ooit dreef men
de bargen door de steeg naar de
markt. Er is ook een (nieuwe)
Lombardsteeg, maar deze naam
is al helemaal niet bekend bij de
Leeuwarders: het is de steeg, die
eens de Brol met de Heerestraat
verbond. Daar, in de Heere
straat, is de Bank van Lening
gevestigd geweest van 1784 tot
1935; sindsdien kennen we het
instituut van de lommerd niet
meer in onze stad.
Hedenochtend 11 uur was de
15-jarige schildersgezel Jacob
van der Meer, woriende Cam-
minghastraat, bezig met werk
zaamheden aan het huis van den
heer Kroes aan het Jacobijner-
kerkhof. Op een gegeven oogen-
blik - waardoor kon hij niet
vertellen - viel hij van de ladder,
van een hoogte van 2,5 m., waar
bij hij zijn linkerpols brak en een
wonde aan het voorhoofd opliep.
In het Bonifatius-hospitaal is de
pols gezet.
(1939)