DICKVANDERHEIJDE JR/REKLAME TOEN WE NOG OPDE SCHOOLBANKEN ZATEN ULOSCHOOL IN DE MARGARETHA DE HEERSTRAAT DAMES KRANSJE IEv GRATIS ABONNE 'ENT adviesbureau voor rename en publiciteit w W jozef isreëlsstraat 10 leeuwarden 05&-124984 Dit is een foto van de tweede klas van de Uloschool in de Margaretha de Heerstraat, genomen in 1937. We gaan van voor naar achter en we beginnen bij de rechtse rij Fonger Ploegstra, Janna de Boer, Janny Oosterhof, Dirkje v. d. Meer, Minke Miedema, Geertje Hoekstra, Jouw de Vries en Jacob de Vries. Op de middelste rij: Jacob Hofstra, Rienk Sybrandy, Piet Reitsma, Jo Drexshage, Jacob Vinke, Dirk Runia, Egbert Vos, Lieuwe Tuinhof, Frans Kamstra en Roelof Dijkstra. Tenslotte helemaal links: Herman v/d Schoot, Klaas la Roi, Rienk Aalbers, Pieter Beers, Lammert Kui pers en Jakob v/d Laan. De klasseleraar achterin is de heer J. Ytsma. Het moet op een zomerdag in '30 zijn geweest, dat de vijfjarige Wijtse Bloksma uit de Ooster straat "spelenderwijs" te water raakte. Eerst werd het ongeluk niet opgemerkt, tot een passeren de dame iets in de gracht zag drijven en andere voorbijgangers waarschuwde. Een van hen bracht het kind, dat bijna ver dronken was, weer op het droge en veilig bij zijn ouders terug. Mogelijk, dat de heer Wijtse HOOGMOED HULT S1CH WEL IN HET KLEED VANNE NEDE RIGHEID WIE NOOIT VALLEN IS HET GEWOANLIJK NIET VEUL WAARDERING VOOR HET OPSTAAN AT JE NIET TOEGELIEK VER GEVE EN VERGETE KANNE, HOEF JE HET EERSTE NOG NIET ACHTERWEGE TE LA TEN AT JE VREDE HOUWE WILLE MET ANDEREN, MUT JE NIET MERKE LATE, DAT JE VER STANDIGER BINNE DAN DIE ANDEREN DE STERKSTE MAN IS HIJ, DIE'T SIEN EIGEN SWAK- KE PUNTEN WEET Bloksma het zichzelf allemaal nauwelijks meer kan herinneren, maar wanneer hij zich nu even bij ons meldt krijgt hij, als kleine compensatie voor de schrik van toen, van ons een gratis abonne ment op 't Kleine Krantsje. Mocht hij al abonnee zijn, dan ligt er een exemplaar van ons boekje Populaire Leeuwarders voor hem klaar. „Meensen, wat een drukte krekt inne Skuutmakerssteeg," seit Janke, die't net bij Hinke bin- nenstiefelt voor de traditionele kaartwedstried. „Wat er anne han was weet ik niet, mar ik denk een bruiloft of so wat. Het hele corps van 't Skeefnekje ston er bij te mesiek- maken." „Kiek es an, daar hewwe Wiete uut Vrouwbuurt oek al. Binne jou weer op je stalen hiender hier heen komen?" „Ja meens, ik trap mie de benen uut het gat, mar wat is't kreas weer niet?" „Ik sal mar een potsje thee sette voor de frouwlje, nou," seit Hin ke, „jim salie wel dust hewwe, docht ik." Daar komme de anderen oek al an. „Meensen, Janke, hewwe jou het vossebont om met dit mooie weer?" „Ja, ik hew het so in mien keel en het is net of er een vieg in mien strot sit. „As't dan mar gien peerdevieg is," lacht Wiete. „Nou allemaal op jim plak, een kopke thee en dan gane we weer een en twintigen." Mar net salie se beginne, of daar komt het joodsje in't straatsje mette handkar: „Stap op en laat je wegen, het kost maar ene cent!" En dan gane se waarempel met sien allen oppe bascule, want de wiefkes wille oek wel es wete hoe swaar se nou binne - het joodsje het een goeie middag. Er wurdt heel wat bij aflachen, maar 't kaarten is nou wat ver laat. Uuteindelijk gane se toch los. „Het geluk is weer met de dom- men," seit Wiete, as Janke al weer twee potsjes wint. En Janke mar gnieze. Toch gaat het over en weer met de winst en het verlies en de kopkes vanne kaartsters lope rood an vanne spanning. Hinke: ,,'t Was gister oek weer vechten bij Van Krugten, och, och wat een dronkelappen, mar pliesje Brandsma het er gauw een eind an maakt. Daar hewwe se respect voor!" „Och, die kerels," seit Janke, "je suden se doodskoppe. Jouw Tjeerd is anders wel rus tig," reageert er een, „of komt dat omdat ie so vaak sien haar knippe laat in Amsterdam?" „Ieder huuske het sien kruus- ke," weet Hinke. „So is 't," seit Janke, „en as we dit mooie weer houwe sal het met de kermis wel gaan, suud niet?" „Heden ja, dat is de volgende week al, wat gaat de tied toch vlug." Nog één potsje kaarte en dan is't weer deen. „Bij leven en welzijn siene we mekaar na de kermis weer te rug, afsproken nou?" Enne Rozema

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1985 | | pagina 11