'KIJKJONGENSrEEN ECHTE WATERRAT' LEEWADDERS, WAAR IS DIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM WAT EEN VERGISSING. WARME BAKKER weer echter steeds weer uitge steld. Uiteindelijk moest het er toch een keer van komen en gingen wij, naar ik meen zelfs lopend, maar dat weet ik niet meer ze ker, op weg naar de Grote Wie len. Na uit een van de houten, éénpersoons badhokjes te zijn gekomen begaf ik me schoorvoe tend naar een trapje, dat naar het water leidde en begon daar in het inktzwarte water te sta ren, wat mijn toch al zeer gerin ge moed bepaald niet verhoog de. Elke leerling kreeg twee bussen uitgereikt, één voor op de rug en één om met gestrekte armen voor je uit te houden bij het zogenaamde droogzwemmen was dit al doorgenomen, zodat ik hier niet van schrok. Terwijl de heer Van Beyeren de laatste instructies gaf zette ik heel voorzichtig mijn voet op het trapje om nog een paar treden naar beneden te gaan, zodat ik de temperatuur van het water kon peilen, maar. wat was ik bang! Waarom weet ik nog steeds niet, maar men had de treden van het trapje bekleed met cocosloper (tegen eventuele houtsplinters misschien?)en juist door dit co- cos waren de treden niet glad, maar spiegelglad geworden. Het gevolg is niet moeilijk te raden: met een daverende plons viel ik achterover in het water. Het eerste wat ik deed was diep ademhalen en toen kwam ik, half verdronken en bijna gestikt en hoestend en proestend, weer aan de oppervlakte. Gelukkig buiten het zicht van de leraar en Ongeveer zestig jaar geleden be gonnen de scholen in Leeuwar den met zwemlessen, die gehou den werden in het zwembad De Groote Wielen. Dit zwemuurtje kwam, 'dooi en weder dienende' in plaats van de gymnastiekles en de leiding berustte ook bij de gymnastiekleraar. Op onze school was dit de onge twijfeld nog bij veel ouderen be kende heer Van Beyeren Bergen en Henegouwen, vele jaren di recteur van de Christelijke Gym nastiekvereniging Kracht en Vriendschap en vader van een groot gezin, dat grotendeels uit dochters bestond. Enige jaren geleden is hij op zeer hoge leef tijd overleden. Hij was een strenge leraar, die bijvoorbeeld tijdens de looppas met feilloze zekerheid de stok, waarmee hij de maat aangaf, naar diegene slingerde, die naar zijn mening niet goed 'looppas- te'. Hij miste nooit en je kreeg de stok op een pijnlijke manier te gen je benen als je tenminste niet tijdig omhoogsprong en juist dit lukte niet altijd. Het behoeft geen betoog, dat je na zo'n klap met de stok de verdere gymnas tiekles voor nooit meer dan de helft kon volgen. Op die leeftijd van een jaar of tien had ik een ontzettende wa tervrees en ik zag zo tegen de komende zwemles op, dat ik de nacht ervoor haast geen oog kon dichtdoen. Tot mijn groot genoegen werd de zwemles door het slechte Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag "Leewadders waar is dit?" Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, binnen veertien dagen naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vriesstraat 1, H921 BP Leeuwarden. Uitslag over vier weken. Onder de abonnees, die ons het juiste antwoord geven, verloten wij een exemplaar van het boekje "Leeuwarden - ach ja, zo zvas het. met zestien zeer fraaie foto's van de stad uit een lang ver vlogen tijd. de klas, omdat ik onder een 'bat ting' bovenkwam - die battingen liepen om het ondiepe bad heen en werden gestut door palen, welke bedekt waren met een groenig slijm - een van die palen omklemde ik. Terwijl ik, volgens mijn idee meer dood dan levend, aan die paal hing, hoorde ik de heer Van Beyeren met stentorstem tegen de klas zeggen: „Kijk naar Jur- gen, die kan gewoon niet wach ten, dat is nog eens een echte waterrat, een pracht duik, hij is nergens bang voor!" Ja, ja, hij had eens moeten we ten! J. Wouda De boekhandel R. van der Velde was rond de eeuwwisseling de uitgever van deze prentbriefkaart, waarop het bezoek is vastgelegd van Prins Hendrik aan Leeuwarden: de hoge gast is kennelijk over de zonzijde van de Nieuwestad gereden en passeert nu de pijp tussen de Nieuwesteeg en de Oude Doelesteeg. Op dat moment bevond "photograaf' De Jong zich bij Van der Velde in het bovenhuis om het door duizenden aanschouwde tafereel voor het nageslacht vast te leggen. Blijkens het geschrevene op de kaart staat "Oom K." ook bij de omstanders. "Zoek hem maar eens" schrijft tante Janna aan de Jongejuffrouw Chr. de Regt in Rotterdam. 't Was vakantietijd en de bak kerswinkel in 't watersport plaatsje stond vol klanten. Zoals zo vaak het geval, hadden ze allemaal haast en had toch niemand iets bepaalds te doen. De bakker stond zelf alleen ach ter de toonbank en vroeg de mensen even geduld te hebben. "De vrouw komt er aan." Het mevrouwtje dat aan de beurt was zeurde wat. Ze zat vol met biologische en onbespoten ideeën en vroeg herhaaldelijk of hij wel een echte warme bakker was. Zonder er zelf erg in te hebben verkondigde ze heel toepasse lijk, dat je tegenwoordig het kaf niet van het koren kon onder scheiden. De winkel werd wat ongeduldig, maar gelukkig daar kwam de vrouw van de bakker al aan. Ze kwam juist op tijd en breed en blozend plaatste ze zich naast haarman. "Trientsje, nou moet je horen. Deze mevrouw en z'n vinger priemde naar het reformvrouw tje - wil niet geloven dat ik een warme bakker ben." De bakkerinne zette de handen in de zij, kwam wat met 't front naar voren en sprak: "Mevrouw, we zijn nog niet eerlijk tien jaar getrouwd, maar ik heb vier fijne zonen en twee blozende doch ters van hem gekregen! Is u nu overtuigd dat u bij een warme bakker bent?" Grote hilariteit bij de klanten en toen ook nog een heer naar de bakkerinne wees en zei: "Als dat een Trientsje is, dan wil ik wel eens een Trien zien," was de pret kompleet. Jammer dat het mevrouwtje geen gevoel voor humor had. Verongelijkt en met hoogrode kleur tripte ze de zaak uit. En zeer tegen haar biologische natuurlijke principe in kocht ze even later in een kleine kille su permarkt een vrieskistbrood van een ijskoude bakker. Leeuwarden J. J.' Bijl Sr.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1985 | | pagina 9