OPBLOEIENDE GROENTEHANDEL NAOORLOGSE JAREN IN 'T KLEINE KEAHTSJE VOLUIT IN DE. EERSTE VERSNELLING HET HOF VAN FRIESLAND BANT DE GEVAN GENE JUDICK SIMONS VAN AMSTERDAM TER ZAKE, DAT DE GEVANGENE (EEN VREEMDE LING ZIJNDE) ZICH ZONDER ENIGE PERMIS SIE IN DEEZE PROVINCIE HEEFT BEGEEVEN EN ALS LANDLOPERSE HEEFT GEDRAGEN, UIT VRIESLAND, DEN TIJD VAN EEN JAAR, TE RUIMEN DE STAD LEEUWARDEN BINNEN 'S DAAGS ZONNESCHIJN EN HET LAND BINNEN DEN DERDEN DAGE ZONDER IN MIDDELEN TIJDE DAAR WEDER IN TE MOGEN KOMEN BIJ EENE VAN ARBITRAIRE CORRECTIE. ACTUM DEN 16 JAN. 1798. :vOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 5 melden, dat achter de Waterto ren op het Zuiderplein de heer Bronger een aardappelzaak had. Bronger was de eerste koopman, die geschilde aard appelen aan de hotels aflever de. In de loods naast zijn wo ning zaten vrouwen uit de buurt te schillen en deponeerden de aardappelen in melkbussen. Bronger ging dan met deze melkbussen voor op de fiets de hele stad door, want bijna alle hotels werden door hem van geschilde aardappelen voorzien - tijd om nog met de kar op pad te gaan had hij bijna niet meer. Over de overweg was aan de linkerkant de groente- en fruit- hal van Plantinga. Hij had een klein stukje van de garage van Wiersma in gebruik en zijn han del stond hoofdzakelijk buiten op stellages uitgestald. Dan kwam de winkel van Jelle Terp stra, mooi ingericht met veel gesneden groenten. Jelle was eigenlijk een beetje een uitvin der; hij maakte ook de eerste tuinboonpelmachine in zijn werkplaats bij de latere Veiling indeHuizumerlaan. Gingen we verder de Schrans in, dan was er aan de linker kant ook nog de groentezaak van Max Jaasma, de broer van Henk van de Voorstreek. Deze was ter hoogte van het pand van Bauke Huizinga. DE DRIE MANDJES Dan de Huizumerlaan in, waar we eerst aantroffen de familie Hoekema in de zaak met de naam 'Drie Mandjes'. Zoon Jel le nam het bedrijf over, maar hij zag al vroeg in, dat er in de melkhandel meer te verdienen zou zijn. De drie mandjes prij ken nu nog op de muur naast de ingang van het pand van Hoekema. De Sportlaan in, waar Mintje Ferwerda, een zogenaamde losse venter, zijn groentekar had. Met een geweldig stemge luid prees hij zijn producten aan. Verderop in de Huizumer laan was bij de ingang van de Gasfabriek ook nog een groen teman actief met winkel en kar - dat was een Ybema. En dan nog verder, over het brugje de Tijnjedijk op, vonden we Dirk Tabak naast de ingang Gaan we, op zoek naar groen tehandelaren van even na de oorlog, verder van de ene naar de andere kant van Cambuur, dan komen we in de Indische buurt, zoals we deze wijk wel eer noemden. Daar vonden we in de Balistraat oude Van der Laan, die een winkel had en die ook onderweg was met de kar. Om de hoek, bij de Sumatra- straat, had Noordbruis een ver kooppunt, terwijl vlak daar te genover Menno Braaksma zijn handel aan de man bracht. Ook was er nog een groentehande laar in de Noordvlietstraat, maar diens naam weet ik niet meer. (D. Span misschien? Red. KK) Zo belandden we dan weer op het Vliet, richting Kaai. Op de hoek van de Bleeklaan was de groentenhandel van H. Wierda en zijn zoon. K. Wierda vestig de zich later in de Veestraat. Aan de overkant van 't Vliet, bij de Straat van Welgelegen, had Sikke Bouer zijn winkeltje en oude Dijkstra deed zijn nering in de omgeving van de Willem Loréstraat en de Rembrandt- straten. Terug naar het Vliet vonden we in de hoek bij de school de groentehal van Van Wieren, ac tief bezig met hal en kar en ge assisteerd door zijn zoon. Aan het Molenpad was het pakhuis van Th. van der Ley, die als venter in deze wijk zijn kost verdiende. Het pakhuis deelde hij met Ype Brouwer, die elke dag op de fiets van buiten de stad kwam en hier zijn ventwijk bewerkte. VOORZITTER Over het Kanaal en bij de Em- makade waren maar weinig vestigingen en ik weet alleen, dat de Gysbert Japixcstraat W. Fokkema als groenteboer her bergde. Fokkema was jaren lang voorzitter van de Bond van Christelijke Kleinhandela ren in Aardappelen, groenten en fruit in Leeuwarden. Actief als hij was in kerk en politiek, deed hij ook veel voor deze or ganisatie, een bond, die zoveel mogelijk voor de kleine hande laren probeerde te bereiken. Gaan we over de spoorlijn van Achter de Hoven dan was er op de hoek van Achter de Ho ven en de Spoorstraat een groentezaak en die is er nu nog. Visserzoon is er jaren ge leden zijn schoonvader opge volgd en nu zit er, naar ik meen, nog een kleinzoon in. In de Ypeystraat had de Fami lie Gros een winkel ingericht. De heer Gros had een drukbe- klante kar, waar hij altijd hard achter liep, want zijn honden wouden wel trekken. Even ver der, op de hoek van Achter de Hoven en het Rode Dorp deed Hendrik Smeding met zijn vrouw behalve de kwekerij ook winkel- en ventwerk. Ook ken de ik daar nog de heer Oppe- dijk, die met zijn kar de klanten bezocht. Nu op naar de Zuidergrachts- wal. Daar was, aan Achter de Hoven, de groente- en fruithan del van Lammert Smeding en zijn vrouw. Nu is er het kantoor van een machinefabriek. Op de hoek van de Kanaalstraat had de heer D. Boomsma zijn zaak. Hij was eigenlijk aardappelen handelaar en hij ventte met de hondekar. WELBEKEND Dat deden ook K. Mollema, welbekend bij de oudere Leeu warders en de heren Welling en P. van der Horst; alle dagen waren zij met hun karren te vin den in de hele stad. Op het Zuiderplein was de groentezaak van D. Weistra, de vader van Bouke en Johannes Weistra van de Voorstreek. Een echte groentehandelaars familie! Johannes Weistra emi greerde in de vroege jaren vijf tig naar Canada, waarna de gebroeders Boukes zowel de zaak van Johannes als die van D. Weistra overnamen. In de winkel van de V.P.N. ver kocht de heer Schreur appels en peren naast artikelen als ei eren en kippen. Schreur was de latere poelier met zijn com pagnon in de Sint Jacobsstraat, de opvolger van de welbeken de P. de Jong. In deze tijd kon je alleen in Hui- zum komen via de overweg in de Schrans. De verbinding via de Pieter Stuyvesantweg was er nog niet; bij het Rode Dorp hield de wereld op. Nu moet ik nog wel even ver K/aas Mollema met z'n hondekar: welbekend in heel Leeuwarden Een dezer dagen de vermaarde herberg op de Klieuw binnen tredend vonden wij daar behal ve Tsjerkje, still going strong, en haar broer Lammert, een zekere meneer S., die het vol gende sterke verhaal vertelde. Hij had een vriend, laten we hem maar even Oege noemen, die beschikte over een DAF, een auto zonder versnellingen. Dat Dafje raakte defect en toen vroeg Oege of hij voor een week de auto kon lenen van zijn vriend S. Die had daar geen bezwaar te gen en daar reed Oege met de geleende auto de wijde wereld in. Precies een week later werd de auto bij de heer S. terugge bracht, maar nu bleek er vrijwel niets meer aan heel te zijn. Want wat was er gebeurd? Oege had de auto de gehele week in de eerste versnelling laten staan. ,,lk wist niet, dat die auto versnellingen had" be kende hij. In de winkel van de V.P.N. aan het Zuiderplein werden ook appels en peren verkocht. van de beschuitfabriek van Pol stra, nu de ingang naar de Miro. Dirk Tabak verkocht uit de bijkeuken in de winter en hij had een drukke venterskar. In de Verlengde Schrans was de hal van Wietse Piet Huizin ga. Waarom Wietse Piet? Wel, er was in Huizum ook nog een Wietse Tjibbe Huizinga als groenteboer. De zaak van Wietse Tjibbe is voortgezet door zijn zoon die met zijn vrouw een nog altijd goed be klante groentezaak voert - maar vraag hem niet naar de werktijden en de uurlonen in deze bedrijven liggen niet hoog. Wie vonden we in Huizum nog meer? Ja, vader en zoon Jaap en Tinus Epema, elk voor zich bezig in de branche. Eerst als venters; later had Tinus een winkel en was hij in een grote marktkoopman. Ook Sterns- dorff had een groentewijk, in de Van Loonstraat naar ik meen. In de Wijnhornsterstraat oefen de Sip Brouwer op de hoek een handel uit in aardappelen, groenten en fruit, alsmede in conserven. In de Vincent van Goghstraat was er in de jaren vijftig ook nog een groenteman bezig, ik meen in het pand, waarin later de heer Epema zijn kruidenierszaak had. Ook hij is opgehouden. Ook moet nog vermeld worden de naam van Sjoerd van der Meer. Aanvankelijk zocht hij vanuit Deinum zijn klanten als venter op. Later had hij als Brug-winkelier zijn supermarkt in het klein, evenals Tj. Huizin ga in de Jacob Marisstraat. Jan Muntendam uit de Leeuwarder straat was ook nog een groen teboer in Huizum, maar we zul len hem aanstonds ook nog in Leeuwarden als groenteboer tegenkomen. Tot zo lang dan maar weer. Vdb

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1987 | | pagina 5