T KLEINE KRANTSJE IN LEEUWARDEN 1930 -1945 iktlFEITSMAfG ALLEN HAAR OLBEXEKDE FEITSMA Jubileum Opruimings-prijzen bij V|JFT|EN JAAR J00DS LEVEN .cmmol-Sc^ IMI CCI I\A/A dheim i oon *1 O/Ic M fenno VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 7 Op een uilgesproken centrale plaats in het stadscentrum be vindt zich in deze dertiger ja ren de grote modezaak van Gerzon, vlak bij de Langepijp, waar ooit nog eens de Hema komt. In 1924 heeft Eduard Gerzon deze zaak hier gesticht in het pand, waarin tot dan een mode- en lingeriezaak van Van der Linden is geweest. Gerzon is, vooral voor deze tijd, een indrukwekkende zaak, waarin wel zestig meisjes de damesklanten helpen. Uitzon derlijk is het, dat een deel van dit sportieve personeelsbestand een gymnastiekclubje vormt, dat in de stad als Gerzongirls bekendheid krijgt. De firma Gerzon is niet de eni ge Joodse zaak aan de Nieu- westad. Op nummer 100, later het rechter deel van de heren modezaak van Kaller, is de winkel in manufacturen van Benjamin Feitsma (1893) en Rachel Cohen (1894). Beike Feitsma ("U weet wel: al léén naast C en A") verkoopt in 1934, wanneer de zaak twintig jaar bestaat, herensokken voor een dubbeltje, babyjurkjes voor een kwartje, badmutsen voor negen cent, herenoverhemden met twee boorden en een zelf- binder voor een gulden achten vijftig, kinderzakdoeken voor drie cent en kinderwagens voor zes gulden. "U ziet", zo adyerteert hij, "de prijzen zijn lager, dan bij wie Amaiia Blitz van Messchers Modehuis: Negen van de tien dames kopen bij ons. ook, daarom kunnen buiten- menschen en middenstanders gerust bij ons koopen". De Feitsma's, die hun zaak ook wel aanduiden als "Feitsma's Ongeregelde winkel" hebben twee kinderen, een dochter, Jette (1920) en een zoon Philip (1924). Vader Beike is een zeer bekend man in de stad, die bij verlerlei activiteiten be trokken wordt. Hij zit in Winke liersverenigingen, hij is archiva ris van de Joodse amateurclub "Vriendenkring" en hij is be stuurslid van de Joodse voet balclub "Achtdoeth". Ook is hij een echte Frisiaan, die zich in 1933 verdienstelijk maakt door het schrijven van een jubileum- revue voor deze voetbalvereni ging- Weef je dat, Bram, elke keer, dat ik uitadem sterft er een mens" zegt Moos. "Ken ik me voorstelle" zegt Bram. Beike is een zoon van Philip- pus Feitsma, die eerst een zaak in modeartikelen had aan de Put, maar die later verhuis de naar het pand Nieuwestad 76. Na zijn dood zet zijn doch ter Martha, een zuster van Bei ke dus, deze winkel als "Feit sma Speciaalzaak Dameshoe den' voort. DAT ZEGT U TOCH HEERENSOKKEN 10 cl. DAMESKOUSEN 28 rt. POLOSHIRT (ook Reel) 32 cl. HEERENPOLO'S (ook Red) 59 cl. BABYPAKJES maar 25 cl. BABYJURKJES nu 25 cl. Groote DAMESDIRECTOIRES 29 rt. Wille JASSCHORTEN (rest.) 1.38 Zijden FLAPPERS 25 cl FabrieksopruiminR BABYCADEAUX J Ziel MUTSEN, PAKJES, j etalage JURKJES SKISOKJES voor dames 19 cl. ZEKER WEL WAT HEERENOVERHEMDEN f I EO in. 2 boorden en zellbinder 1 LET GOED OP: Charmeuze f A QO ONDERJURK, 120 cm lang KINDERDIRECTOIRES maat 1 2 3 4 5 6 14 18 22 25 28 32 cl. alle kleuren 7'.-DEN ONDERJURK maat 40 45 50 55 enz. 42 4G 50 54 ct. alle kleuren TAFELZEIL 39 ct. per el HOSPITAALZEIL 44 ct. per el Enkele WIEGEN (restant) ƒ6.— BADMUTSEN 9 ct., 16 ct., 32 ct. enz. Wollen STRANDPYAMA'S, lager Jan overal. SRISOKJES voor kinderen vanaf 16 ct. Vrijdagavond a,s. wordt het-nummer bekend gemaakt van het vierde gouden Dames-H,orloge 'VRAAGT ONZE GRATIS JUBILEUM-BONS (U weet. alleen naast C. &A "Eenmaal radicaal', zoo is onze seizoenopruiming." adverteert zij in 1938. "Dames! Ziet nu onze etalages. Onze geheele voorraad moderne dameshoe den voor sensationeel lage prij zen. Prima kwaliteit, gemakke lijk pasvorm. Alles van dit seizoen. De aardigste hoeden in de meeste kleuren en model len voor opruimingsprijzen, zooals u alleen van Feitsma gewend is: 75 cent, 98 cent, 1,10, 1,25 en 1,50". Martha Feitsma (1907) trouwt met Joseph Sanders (1898), een zoon van de kunsthande laar Salomon Sanders uit de Sint Jacobsstraat. Het echtpaar woont eerst boven de zaak aan de Nieuwestad en later in een huis aan de Transvaalstraat. Er worden, nog voor het uitbreken van de oorlog, twee zoontjes geboren, Philip (1932) en Salco Hans (1935). Terwijl Martha haar hoeden heeft, werkt Jo als vertegen woordiger bij de Rami aan het Ruiterskwartier. Hij heeft er, nogal brutaal en ietwat arro gant, geweldig slag van om goeie zaken te doen: bij zijn baas Sjoerd Nauta kan hij alle potten breken. Jo Sanders is een grote hen gelsportliefhebber, die voor het nachtvissen zijn eigen dobbers maakt met een lichtje er op. Hij kan ook uitstekend zingen. Wanneer hij met een stuk of vijf, zes vrienden in Antwerpen is en het geld opraakt, zingt Jo - kroeg In, kroeg uit - het hoogste lied, terwijl de anderen met de pet rondgaan. Binnen korte tijd kunnen ze financieel weer aardig vooruit. Eenmaal presteert Jo Sanders het, samen met zijn vriend Pim Regnery, om zich als de eerst- aankomenden in de Elfste dentocht voor te doen. Met krachtige slag rijden de twee de stadsgracht langs de Noor dersingel op, daarbij door een duizendkoppige menigte uit bundig toegejuicht. Pas veel la ter blijkt, dat zij niet meer dan nep-rijders zijn; de eerste Elf- stedenrijders zijn nog lang niet In zicht. Jo's vrouw Martha maakt zich verdienstelijk in het Joodse ver enigingsleven. Zo is zij ook voorzitster van een damesgym nastiekclub met de voor buiten staanders onbegrijpelijke naam "Dat Nooit". Ja, wat nooit? Een - Joodse - concurrente van Feitsma Hoeden is, óók aan de Nieuwestad en wel op nummer 92 naast P. van den Brul, "Messcher's Modehuis". Ook hier worden hoeden verkocht en wanneer wij de exploitante mogen geloven kiezen "negen van de tien dames voor het koopen van hun hoed Mes scher's Modehuis". Deze exploitante is Amalia Messcher (1896, Leeuwarden), getrouwd met de in 1898 in Amsterdam geboren Salomon Blitz, die echter in 1934 uit hel beeld verdwijnt - het huwelijk wordt dan door echtscheiding Benjamin, ofwel Beike Feitsma van Feitsma's Ongeregelde Winkel aan de Nieuwestad - een hele bekende figuur. ontbonden. Een zoontje, Alfred (1926), blijft bij moeder in Leeuwarden. In de Boterhoek, vlak bij het huis van de torenwachter van de Oldehove, woont de onge trouwde Mozes Drielsma (1875), die koopman in lompen en metalen is. Zijn twee jaar jongere zuster Vroukje woont bij hem in en buurtgenoten kennen de twee niet anders dan als "Swatte kat en koperen ketel". Elk jaar, zo wordt er in de Vette Hoek verteld, komen er "deftige kienders" bij Moos en Vroukje logeren om dan aan het traditionele en befaamde Butterhoekster buurtfeest mee te doen; dat zullen dan wel kleine familieleden van elders zijn. meer dan ooit mode en is goedkooper dan ooit". Abraham, geboren in 1893, woont eerst aan De Ruyterweg en later in de Bleeklaan op nummer 155. Hij is getrouwd met Rebekka Cohen, geboren in 1891. Herman, eigenlijk Heiman, is geboren in 1895. Hij woont eerst in de Camminghastraat en later in de Leeuwerikstraat op nummer 37. Zijn vrouw is een Esther Cohen, geboren in 1898. Heiman en Esther heb ben een dochter, Sara, die in 1927 het levenslicht zag. Abraham en Herman, die offi cieel als "vellenblooter" en "koopman in huiden" te boek staan, hebben afwisselend hun oude moeder Sara van der Hak, weduwe van Salomon de Jong (1858), bij zich inwonen. Eerst op het Emmaplein, later aan de Troelstraweg op num mer 41e, woont het gezin van Isidpr de Wit (1891) en Elisa beth de Winter (1894). Elisa beth is eerder getrouwd ge weest; vandaar dat de beide dochtertjes van het echtpaar de namen dragen van respectieve lijk Wittenburg (Henrietta Sop hia; 1925) en De Wit (Jacqueli ne; 1930). Isidor de Wit is bedrijfsleider in de kaashandel van Grondsma. Aan de Stationsweg, op num mer 14, vinden we de Bontwer- kerij van de broers A. en H. de Jong, Abraham en Herman. Zij adverteren regelmatig en bie den zilvervossen, blauwvossen en capes aan tegen "ongekend lage prijzen". "Het korte bont jasje", zeggen ze in 1936, "is Bram en Binie en Moos en Marie zijn jaren heel goed met elkaar bevriend ge weest. Maar nu willen ze mekaar niet meer zien. Tot, lange tijd later, Bram en Moos elkaar toevallig nog eens treffen. "Och" zegt Moos, "komme jullie mar weer es langs" Helemaal In pontificaal staan Bram en Binie een paar dagen later op een avond bij Moos en Marie voor de deur. Zij bellen aan, maar krijgen geen gehoor. Ze bellen nog eens en nog eens en nog eens, maar er wordt niet gereageerd. Uiteindelijk steekt Moos er gens boven in het pand z'n hoofd uit het raam. 'Ik zei, dat je mar weer es langs moest komme, mar over binnen komme heb ik het niet gehad.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1987 | | pagina 7