'I KLEIDE KEAMTSJE OPBLOEIENDE GROENTEHANDEL IN NAOORLOGSE JAREN CAFE DE OSSEKOP VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN Voor we, op zoek naar groente handelaren van even na de oorlog, de kant van Camstrabu- ren opgaan, nog even een paar namen uit de binnenstad en een naam van Achter Tulpenburg, die ik bijna verge ten had. Dat was Klaas Wijma, altijd fleurig en altijd Fries - die, wanneer hij toch eens "Hollands" moest spreken, dit heel geaffecteerd kon doen. Ook noem ik nog Gerrit Fer- werda, die in de Sint Anthony- straat een pakhuis had. Hij ventte ook in de stad. Andere losse venters, die daar woon den en werkten, waren Douwe Frieswijk, op de hoek van de Groeneweg en het Heer Ivo- straatje, Paulus Spindelaar in de Monnikemuurstraat, ook marktkoopman en losse venter met gelegenheidsartikelen en Zwarte Henny in de Bagijne- Ook in de winkel van Excelsior aan de Oldegalileën werd groente verkocht - niet voor het gewin, maar voor het gezin! straat, die een heel bekende standwerker was op de vrijdag en zaterdagmarkten en die er ook heel wat van kon Niet in de binnenstad, maar op het Vliet had je nog grote Auke Ferwerda, een broer van Min- tje, die meestal buiten de stad zijn werk deed. En natuurlijk was er nog de marktkoopman Willem Slof; zowel senior als junior was actief in het markt- gebeuren. De zoon, respectie velijk kleinzoon, is nog altijd be zig op de markten in Leeuwarden. Nu gaan we over de Noorder- brug, rechtsaf Camstraburen op en daar vonden we, direct vooraan, Berend van der Brug (Vervolg van pag. 5) schaars, biertappers, die, zoals dat heet, het bier weten te 'soigneren' en die het schenken in een omgeving, die er bij hoort. Hierbij denk ik dus niet aan de befaamde Duitse Bier keiler, waar het bier te rauwe lings en in veel te grote glazen wordt opgediend. Eerder komt me dan bijvoorbeeld in de ge dachte het bekende bierhuis van "de Neus" in de Begijne straat in Amsterdam, dat sinds de 17e eeuw hetzelfde aspect heeft weten te behouden met de met zand bestrooide vloer en zijn simpele meubilair. Er zijn er natuurlijk wel meer maar hun aantal is gering. Leeuwar den had er zelfs twee. Ook het Oranje-bierhuis was een waar dige rivaal van de Ossekop. Bier is zo oud als de wereld. In alle gebieden, waar graan ver bouwd wordt, is van oudsher bier geschonken. In Babylonië werd het. reeds 4000 jaar voor met zijn groentewinkel. Ook ventte hij er bij, meestal in de dorpen in de Wouden. In de Houtstraat was een pak huis en een groentehal van Sikke Muntendam, die zelf door de hele stad ventte, terwijl zijn vrouw het werk deed in de hal. Later verhuisde deze familie naar het pand van de eerder genoemde Berend van der Brug. GROENTEBOERIN In een van de zijstraten van de Bleekêrstraat troffen we de eni ge vrouwelijke groenteboer aan, de al eerder genoemde Hiltje Grenzenberg met haar kar met groenten en fruit. De buurt was niet zo florissant en Hiltje had haar handel daarbij aangepast. Er ging niet veel bij haar verloren, maar zij verdien de haar kostje - bijstand was er niet bij. Probeerden we uit de wirwar van Hout- en Bleekerstraten te komen, dan vonden we in de Bleekerstraat nog de groente winkel van Jan Muntendam, de oudere broer van Sikke. Bij de sanering van de buurt verhuis de Jan met zijn gezin naar de Leeuwarderstraat in Huizum, waar hij nog jaren bezig was, tot ook hier de sanering een eind aan de activiteiten maakte. In de Singelstraat woonde Abraham Mendel, een wélge- zette, goedlachse groenteboer, die je met zijn bakfiets ook overal in de stad kon aantref fen. Ook hier in de winkel was het de vrouw, die het "er even bij moest doen." In de Steynstraat vonden we Theo de Wal, dat wil zeggen Theo Senior; Junior zullen we nog altijd op de vrijdagmarkt kunnen tegenkomen met zijn vrouw Feikje. Vanuit het oosten van de stad gekomen had Theo Senior hier met zijn vrouw een nieuw bestaan op gebouwd. Zij hadden een groot gezin en al deze kinderen moesten gevoed worden, zodat Theo altijd bezig was, hetzij met de kar in de buurten rond om de zaak, of - in het voor jaar - verder de stad |n op plaatsen waar weinig groente handelaren woonden. Dan had hij radijs, wortelen en aardbei en; met zijn schelle stem lokte hij de klanten naar buiten. Moeder deed intussen de win kel en de kinderen moesten al vroeg meehelpen om de omzet te vergroten en zodoende ook het inkomen. De liefde voor het vak werd er dus al vroeg inge goten - of groeiden zij er in op, omdat er geen andere horizont was dan die van de handel? VIJF ZONEN In ieder geval; van de, naar ik meen, vijf zonen zijn er nu nog drie in het groentevak bezig. Een is al op vrij jonge leeftijd overleden, maar ook hij werkte al in deze branche. Even de namen van de drie andere zoons: Piet de Wal op het Me relplein, Theo de Wal, de mark koopman en Eelco de Wal in de Leeuwerikstraat - zij stapten dus in het voetspoor van hun vader. In de Leeuwerikstraat was op de hoek aan de linkerkant de groentewinkel van Altering, geen Fries van geboorte, die altijd goed Nederlands sprak. Ik herinner me nog, dat hij op zijn bakfiets een hoog zadel had, zodat hij er overheen kon zien In de muziekbuurt ventten toen verder nog Siebren van der Ha ring en Piet Dirksen. Beiden opereerden zij vanuit een parti culiere woning. Alleen Dirksen had van de voorkamer een win kel gemaakt. Het is allemaal al lang geleden en hier en daar zal er wel een naam vergeten zijn, maar toch noem ik ook nog Rinze Kuipers van Jelsum, die de Troelstra- weg bediende, Tjeerd Bakker Van Engelum en de gebroeders Dijkstra van Beetgum, de voor gangers van de broers Dijkstra, die nu nog altijd in Leeuwarden een ventwijk hebben. IEDERE DAG Ook Stienstra uit Beetgum was iedere dag in Leeuwarden te vinden, later met zijn zoon, die ook nu nog actief is met groen ten en fruit. Als laatste schiet me nog te binnen de heer Visser, naar ik meen uit de Kievitstraat, die in die omgeving met de groente- kar werkte en zijn beide zoons, Jan en Jelle, die hun pakhuis in de Landbuurt hadden en die met paard en wagen de wijk doorgingen. Opmerkelijk was het, dat er tussen de Harlingerstraatweg en de Fonteinstraat, waar toen de stad z'n grenzen had, maar één groenteboer woonde, Rienk Dijkstra in de Marssu- merstraat. Later heeft de al eerder genoemde Klaas de Haan een winkel in de Engelu- merstraat gehad. Ik meen nu wel alle oud colle ga's te hebben genoemd, die zo na de oorlog, in de jaren 1945-1960, in dit vak de kost verdienden. Wanneer we ze optellen komen er zeker wel vijftig namen naar voren van mensen, die allemaal een bo terham probeerden te verdie nen. Meestal was dat dan een niet zo dik belegde boterham, maar toch ze waren altijd werkzaam en niet afhankelijk van de gemeenschap. LANGEDAGEN Er moesten lange dagen ge maakt worden, een achturige werkdag was er niet bij. Wilde je handel hebben, dan moest je er vroeg bij zijn, omdat je im mers de klanten eerder moest bedienen, dan een collega (concurrent) dat zou kunnen doen. Wie het eerst kwam had de meeste kans iets te kunnen verkopen. O ja, nog vergeten heb ik te memoreren, dat de Coöperatie Excelsior aan de Oldegalileën ook een afdeling groenten en fruit had met verscheidene ven- terskarren. Sake van der Wal was daar de inkoper en hij werd door menig groenteman met een scheef oog aangezien, daar het bij de Coöperatie niet ging om het gewin, maar voor het gezin, zoals de lijfspreuk luidde. Een volgende keer de laatste aflevering van deze serie ver halen over de opbloeiende groentehandel in naoorlogse ja ren. Chr. gedronken evenals in Egypte. Bier is een echte volks drank en had reeds vroeg de naam een zuivere bacterievrije drank te zijn, omdat het onder hoge temperatuur tot stand komt. Keizer Karei V wilde om die reden alleen verblijven in plaatsen waar bier gedronken werd. Anders dan bij wijn, waarbij de kwaliteit vooral afhankelijk is van de streek, waar de druif groeit, kan bier slechts het hoogste genot geven als het op de juiste manier getapt wordt. In al zijn eenvoud behoorde Klaas Egelaar tot de categorie van de grootste tappers - hij was de Bocuse van het biertap persgilde - en verdient op deze plaats post mortem een eloge voor de wijze, waarop hij meni ge Leeuwarder een aange naam uurtje bezorgde. Moge zijn zoon een waardig opvolger zijn in de door hem gecreëerde faam. Dep Haag Mr. J,. S.TJijl Verkoop van groente op de vrijdagmarkt v <?w

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1987 | | pagina 6