OPRUIMING
'T KLEINE KRAHTSJE
VIJFTIEN JAAR JOODS LEVEN
IN LEEUWARDEN 1930 -1945
ENORM VERLAAGD
HERMAN KRAMMER
Magaz. „De Sport" - Voorstreek 97
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 7
Een van de straten in Leeuwar
den waar nogal wat Joden wo
nen is de Bleeklaan. Nummer
103 is het woonhuis van de
zusters Grietje, Estella en Ma
rie Zendijk, dochters van Izak
Zendijk en Henrietta Cohen, die
tot in de twintiger jaren een sla
gerij in de Breedstraat hebben
gehad.
Als weduwnaar verhuisde Izak
in 1924 naar de Bleeklaan,
waar hij een jaar later overleed;
zijn dochters bleven daarna het
huis bewonen. Grietje Zendijk
(1885) is boekhoudster, Estella
Zendijk (1887) is onderwijzeres
en Marie Zendijk (1888) is cou
peuse.
Marie heeft haar zaak in Da
meskleding naar maat ook ge
had boven Pieters Pianohandel
in de Weerd, waar zij dames
klanten lokte met de kreet:
"Enorm bezuinigt U door nu ja
ponnen en coupons te laten
maken - zelide (sic!) afwerking,
duurzame coupe, steeds het
nieuwste".
Op nummer 63 aan de Bleek
laan woont de directeur van de
Gemeente H.B.S., Jacob Lopes
Cardozo (1883) met zijn vrouw
Celine Rodrigues Pereira
(1881). Het echtpaar heeft drie
zoons, die allen gaan studeren.
De oudste, Alfred (1909), gaat
in 1937 naar Delft, de jongste,
Paul (1913), gaat in 1931 naar
Leiden en de middelste, Sidney
(1911), is in 1929 al naar Lei
den gegaan.
Verder is Bleeklaan nummer 31
het woonhuis van de familie
Van Leer. Samuel van Leer
(1893), getrouwd met Marie
Sara Elzas (1903) is groothan
delaar in papier en touw. Er
zijn drie kinderen: Henriëtte
(1929), Jacob (1931) en Nat
han (1935).
Samuel van Leer is een echte
Leeuwarder; zijn ouders komen
hier oorspronkelijk ook van
daan. Zijn moeder, Aaltje de
Bruin (1861) woont aan de
Nieuweburen op nummer 115
waar zij in augustus 1936 over
lijdt.
Op hetzelfde adres, aan de
Nieuweburen op 115 dus,
woont een zuster van Samuel
van Leer, Judikje van Leer
(1894), de echtgenote van
Meijer Velleman (1887). Meijer
is koopman in rijwielen - hij is
wijd en zijd als zodanig be
kend. De prijzen, die Meijer
Velleman berekent? Twintig
gulden voor een prima Batavus
herenrijwiel, twee en twintig vijf
tig voor een prima Phoenix da
mesrijwiel en zeven en twintig
vijftig voor een prima Trans
portrijwiel.
Meijer en Judikje hebben drie
kinderen, Grietje (1925), Aaltje
(1927) en Willem (1930).
den voortgezet. Een tweede
zoon is Izaak (1914) en Levie s
wéduwe is Betje de Jong, ge
boren in 1881
De firma Cohen zit op de num
mers 15 en 17 en heeft eigen
lijk van alles te koop: parfume
rie-, toilet- en hygiënische
artikelen, kaars-, olie- en petro-
leumlantaarns, kammen en
poederkwasten, modelbootjes
en toverlantaarns, nou ja, be
denk maar wat, Cohen heeft
het wel. Ook geeft de firma wel
eens bijzonder aardige prent
briefkaarten van Leeuwarden
uit.
Levie's weduwe Betje de Jong
■zal later hertrouwen met de van
elders komende vleesgrossier
Elias Dormits (1873); in decem
ber '38 betrekken zij het pand
Groningerstraatweg 16.
Bram past een paar schoenen
in de zaak van zijn vriend
Moos.
"Honderd gulden, zeg je - maar
wat kosten ze voor mij?" vraagt
Bram.
"Voor jou vijftig gulden. Per
stuk" zegt Moos.
Op de Kelders is de galanterie
zaak van Louis Cohen erg be
kend.
Louis, eigenlijk Levie Cohen,
geboren in 1877, overleed ai
voor het begin van de dertiger
jaren (1929), maar het bedrijf
kan na zijn dood door zijn oud
ste zoon Benjamin (1909) wor
houden wij niet, daar wij geen restanten - hebben,
doch hebben wel onze prijzen
perkament a(|
wandkappen I 1.66
zijden kappen f q wjr
met ketting i otlo
gebr. glaslam- m ff r
pen. compleet I 4. 3D
groote bolle Ijl qp
glaslampen 111.43
En ooK alle andere artikelen tegen de laagste prijzen.
strijkijzers f O ao
compleet 1 o. uo
breede ff qq
bureaulampenI 3.3o
Aanbevelend
Erkend Installateur voor Leeuwarden en Huizum
(2 buizen vanaf Leeuwarder Courant)
Telefoon 5176
Ook op de Kelders, op nummer
25, is Goldschein's Modemaga
zijn van Jo Goldschein en Alie
Messcher. Jo Goldschein, in
feite Isak Goldschein, is gebo
ren in 1897 in Oostenrijk; hij
wordt in 1934 tot Nederlander
genaturaliseerd. Zijn vrouw Ali-
da Messcher is in Zwolle gebo
ren in 1892.
In 1938 prijzen de Goldscheins
hun Weibelboorden opvallend
aan: "Waarom alleen nog Wei
belboorden? Omdat deze, met
de fijnste linnenstof overtrok
ken, van de duurste boorden
niet te onderscheiden zijn. Voor
deze prijs geen wasschen en
strijken. De vuile boord wordt
door een nieuwe vervangen.
Beter dan gewone papierboor-
den" En de prijs van die won-
derboorden? Wel, twaalf cent
per stuk en één vijf en dertig
het dozijn.
Jo Goldschein is niet de enige
Joodse Oostenrijker, die door
het een of andere lot verzeild
raakt binnen de poorten van
Leeuwarden, ver van zijn ge
boortegrond. Hier is ook de
Weense Frieda Kövacs, die in
de niet-Joodse Ype Rinze Kra
mer een echtvriend vindt. De
Kramers, gemengd gehuwd of
niet, blijven wel midden in de
Jodenbuurt: zij drijven een kap
perszaak in de Sacrements-
straat op nummer 1
De Kelders in de dertiger jaren met links de winkel van Louis Cohen.
Joodse families met de naam
Kramer komen hier trouwens
niet voor, maar Krammers zijn
er heel veel en het zijn niet
eens allemaal familieleden van
elkaar.
De handelsreiziger Izaak Kram
mer (1898) woont met zijn
vrouw Sophia Krammer (1902)
in de Paardestraat. Er zijn twee
kinderen, Judith (1927) en Da
vid (1931). In 1934 verlaat het
gezin de stad om zich in Zwolle
te vestigen.
Een broer van Izaak is Heiman
Krammer (1899), die als Her
man Krammer overbekend
wordt met zijn zaak in rijwielon
derdelen en radio's aan de
Voorstreek op het stuk tussen
de Noorderweg en de Nieuwe
buren.
Herman is een echte Leeuwar
der, maar zijn vrouw Julia Vis
ser (1901) komt uit Deventer
en wanneer zij in 1931 van de
Peperstraat naar de Voorstreek
gaan hebben ze twee kinderen:
Andries (1927) en Charlotte
(1929). In 1934 komt er nog
een David bij en in 1937 sluit
Judith de rij.
t
Herman Krammer, een zeer
goedmoedige baas, noemt zijn
zaak Magazijn "De Sport",
maar het zijn niet zozeer sport
artikelen, waarmee hij zich in
advertenties in de krant presen
teert. Hij verkoopt strijkijzers,
bureaulampen, koptelefoons,
windschermen, stofzuigers en
wat al niet meer.
Vermakelijk is het dat hij - in
1938 - alles tegen centen te
koop aanbiedt. Buitenbanden
57 cent, kettingkasten 65 cent,
maar ook Piek Ups voor- 950
cent, luidsprekers voor 1550
cent en lichtkronen voor 3850
cent. Zou er ooit een klant drie
duizend centen voor hem op de
toonbank hebben uitgeteld?
Eens adverteert Herman Kram
mer met rijwielmandjes, baga-
getassen en autopeds tegen
"Prijzen, die bewijzen!" maar
wat die prijzen precies bewijzen
zet hij er niet bij.
Tijdens paardenraces op de
Wilhelminabaan komt een
Joodse meneer uit Amster
dam tot viermaal toe naar
het loket van de totalisator
om een hoog bedrag te
plaatsen op het paard Silver
Star.
Wanneer hij dat voor de vijf
de maal nog eens zal doen,
wordt hij door een vriendelij
ke meneer op de schouders
getikt.
"Luister eens" zegt hij, "ik
heb er niks mee te maken,
maar.zet niet al dat geld
op Silver Star, hij wint het
per se niet.
"Dat zal jij weten" lacht de
gokker. "Hoe kom je daar
nou bij?"
"Dat zal ik je zeggen" fluis
tert die meneer, "ik ben de
eigenaar van Silver Star en
ik zeg je, dat hij deze race
niet wint".
Even denkt de gokker na.
Dan zegt hij: "Dat kan wel
wezen, maar als 't werkelijk
jouw paard is, dan wordt het
een bliksems langzame
race, want de andere vier
paarden zijn van mij".