VIER GEVANGENEN
AAN DE HAAL
'T KLEINE KBAHTSJE
F> POPMA Lzn
PROFESSIONELE LIEFDE
WOON- en
^EDRIJFSMAKELAARDIJ
GROOT SPECTAKEL IR 1854
brand.
dezejagt.
onwaar.
alle onroerend-goed zaken betreffende
Harlingersingel 23
hoek Harlingerstraatweg
Leeuwarden Tel.058 -121480
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
geroep kwamen eenige aan
dien weg wonende perzonen
buiten's huis, van welke de
gaardeniers H. en P. Botke en
G. Brink zich bij hem voegden.
pagina 6
Er hebben zich in de vorige eeuw vanuit de Leeuwarder
Strafgevangenis enkele zeer geruchtmakende ontvluchtin
gen voorgedaan, waarbij verscheidene gevangenen betrok
ken waren. Aan zo'n massale uitbraak in de zestiger jaren
hebben wij al eens uitvoerig aandacht besteed. Het was een
spectaculaire vlucht, waarbij helaas ook doden vielen.
In het jaar 1854 hebben ook een viertal gevangenen een
vluchtpoging ondernomen en de Provinciale Friesche Cou
rant heeft daar toen kleurrijk over bericht. Een van de 'wak
kere overwinnaars', die er voor zorgden, dat deze gevluchte
boeven weer achter de tralies kwamen, was Hendrik van
der Meer, arbeider op Rustenburg.
Diens zoon, Abraham Hendriks van der Meer, heeft dat
krantenverslag later overgeschreven in een schrift en nu is
dat verhaal, met schrijffouten en al, nog weer eens overge
typt door een kleindochter van Abraham van der Meer, onze
abonnee mevrouw E. van der Zwaag-de Jong, te Rijperkerk.
Op onze beurt schrijven wij het artikel nogmaals over, zon
der er een woord in te veranderen - zo is het een kostelijk
stukje lectuur.
J.l. Woensdag namiddag te 4
uur zijn uit het Huize Rechusie
en Tuchtiging alhier vier gevan
genen (wier gezamenlijke straf
tijd circa 80 jaren beloopt) ont-
vlugt die na eenige pannen van
het dak te hebben genomen,
zich aan een touw langs den
muur, aan den kant van de
Grachtswal, hebben nedergela-
ten.
Zij zijn daarop over de stads
gracht geloopen en maakten
aan de schippers, die zich al
daar op het ijs met eenig spel
onledig hielden, wijs 'dat er
brand in het Tuchthuis was.
Drie van de vluchtelingen sloe
gen toen in aller haast den weg
naar Achter de Hoven doch de
vierde begaf zich aan de ande
re zij door een poortje, dat naar
een tuin geleidt, welke ook
Achter de Hoven uitkomt.
Hij werd echter dadelijk opge
merkt en nagezet door Cristi-
aan Schoof, soldaat van de
1ste komp. 1ste bat. 7 reg. in-
'fantarie en oppasser bij den
'Majoor Bathaerd, die geheel al-
'leen er in slaagde den gevan
gene, welke bij een sprong
over een hek struikelde, te grij
pen en na langdurige worste
ling, waarbij beide om het
zeerst hunne krachten inspan
den, meester te worden en te
blijven, tot dat hij hem aan de
Militairen de gevangeniswacht,
die na eenigen tijd aankwamen,
heeft over geleverd.
De kloekmoedige daad zal den
wakkeren krijgsman voorzeker
geen geringe voorspraak zijn
bij zijne supipieeren en bij al
len die eenigen invloed ten
goede op zijn volgend levenslot
kunnen uitoefenen.
De zich op het ijs bevindende
schippers bemerkten al spoedig
dat ontvluchten het doel der
gevangenen was, en toch, mis
schien terug gehouden door
een groot mes dat een der
vlugtelingen hun toonde, lieten
zij na hen te achtervolgen. Een
der aanwezigen echter, Jan
Beers, van beroep turfschipper,
volgde het laakbaar voorbeeld
zijner medespelers niet, doch
zette de gevangenen na, die op
de weg Achter de Hoven meer
malen bleven staan en hem
met hunne instrumenten be
dreigden. Hij liet echter niet af
hen na te loopen en door zijn
Deze jagt heeft geduurd tot een
eind weegs achter de herberg,
de Froskepolle, daar wierp zich
één in de sloot, genoemde
Beers op den grootste en sterk
ste gevangene, die in het bezit
van het mes was, ontwrong
hem met behulp van H. Botke
dat werktuig met ongeloofvelij-
ke moeite, zoodat de vlugteling
zeide zich te zullen overgeven
en, zoodra ze aan wal waren te
laten binden. Maar eerst toen
begon een veile strijd tussen
den wanhopige gevangene en
zijne vervolgers, wier getal in
middels uit de omliggende boe
renwoningen was aangegroeid,
en het was niet dan na den on
gelukkige van alle kanten ver
scheidene gevoelige slagen te
hebben toegebracht, dat zij
meester werden.
Een tweede, die zich op eenige
afstand bevond, gaf zich op
den eersten slag dadelijk over,
doch met den derde, die ook
met een scherp werktuig gewa
pend was, was de kamp weer
heviger en wel tusschen de
vlugteling en de hem achterha-
lenden Hendrik van der Meer,
arbeider op Rustenburg, die,
ofschoon geheel alleen, echter
hem overmand heeft.
Toen allen gekneveld waren,
hebben zij, na bij een boer een
dronk karnemelk te hebben ge
had, waar Beers die in de wor
steling door zijn vervolgde in de
hand gebeten was, zijn wond
uitwiesch, den terugtocht aan
genomen.
In het dorp Huizum hebben de
wakkere overwinnaars den
overwonnenen nog een borrel
laten schenken en Beers heeft
zelfs zijn eigen wollen das den
gewonden gevangene, die over
koude klaagde, om den hals
geslagen, waarop deze hem
bedankte met de woorden:
"Straks hebt ge mij hard aan
gepakt, maar nu zie ik toch dat
ge 'n mensch zijt".
Zonder dat een enkele policie-
bediende of millitair zich aan
hen vertoond heeft, is de op-
togt voortgezet tot aan de
Hoofdwacht, waar de gevange
nen aan de daar aanwezig zijn
de soldaten zijn overgeleverd,
die hen weder hebben terug
gebragt naar dat verskrikkelijke
Huis dat ze een paar uren te
voren zeker met hoop en blijde
verwachting hadden verlaten.
De Leeuwarder Courant van
gisteren meldt dat de Millitaire
magt de vlugtellingen over het
ijs nazette en op den Grachts
wal dadelijk een hunner weer
in handen kreeg, en dat de drie
anderen ook terstond door milli-
tairen en gevangenbewaarders
achtervolgd werden; dat is on
waar; er is tusschen de ont-
vlugteling en de vervolging ze
ker 3/4 uur verloopen, en de
"He, wat mut dat daar bij dat raam?"
"Ach, leg niet te emmeren man, ik nim een sonnebad.
vervolgers zijn onverrigter zake
terug gekeerd. Wat reden de
L.C. heeft om enkele verdien
stelijken personen den welver
diende lof te onthouden en dien
aan anderen onverdiend toe te
zwaaiijen, begrijpen wij niet; Wij
althans doen liever de waar
heid hulde, dan dat wij met ver
krachting van de zelvde eenige
autoriteit welke het ook zij,
trachten te believen.
Overgeschreven uit de Profvin-
ciale Friesch courant van Zon
dag 15 Janiaary 1854 no. 5 te
Huizum den 12 Sept. van het
jaar 1921 door Abraham Hen
driks v.d. Meer zoon van bo
vengenoemde Hendrik v.d.
Meer arbeider Rustenburg.
In vroeger jaren is de omgeving
van Wolvesteeg tussen de
Nieuwestad en de Haniasteeg
een berucht oord voor de pro
fessionele liefde geweest. Hier
woonden en werkten verschil
lende dames met een sterke
voorkeur voor horizontale ver
richtingen.
Op een zondagnacht is daar
eens zoveel heibel ontstaan,
dat het een zaak voor de Ka-
tonrechter ten gevolge had. Vijf
jonge kerels uit Hardegarijp
hebben de boel er toen zo op
stelten gezet, dat de dames
niet eens bij machte waren hun
beroep ongestoord uit te oefe
nen.
Popje B„ de vrouw van de met
selaar Anton S., voelde zich
zelfs gedwongen haar sponde
te verlaten om de politie te
waarschuwen. En ook Lam-
michje H. beklaagde zich bitter,
omdat een van de vijf kerels
wel tweemaal luidruchtig aan
haar deur kwam zonder tot za
ken te geraken.
Burengerucht dus, maar vol
gens de Ambtenaar van het
Openbaar Ministerie niet be
wijsbaar voor vier van de vijf -
wél voor de vijfde, een café
houder, die duidelijk was her
kend - hij was zeker wel eens
vaker in deze buurt gezien.
"Zijn handelingen en lawaaieri
ge drukte doen mij voor zo'n
nachtelijke excursie de maxi
mum straf eisen" sprak de
ambtenaar gestreng. Alzo: vijf
tien gulden boete of tien dagen
hechtenis.
De Kantonrechter, die conform
deze eis vonniste, voegde er
nog een duchtige uitbrander
aan toe. Alleen de dames ver
lieten voldaan de zittingzaal.
*vele referenties.