'T KLEINE KRANTSJE
F. POPMA Lzn
MENSEN WAT EEN TUMULT
BIJ DE NIEUWEKADE
WILMENEER
LEEUWARDEN
ZICH MELDEN?
OUDE SPEELMANSSTRAAT
WOON- en
Ü3EDRIJFSMAKELAARDIJ
alle onroerend-goed zaken betreffende
*vele referenties.
Harlingersingel 23
hoek Harlingerstraatweg
Leeuwarden Tel.058-121480*
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 11
'"t Spiet mie da'k so laat bin meneer, mar se hewwe mei
vanmorgen bewusteloos in bed vonnen.
"Allemensen, hoe kan dat nou?"
"Ja kiek, ik had vegeten de wekker op te draaien.
LidNVMl
Goeie mensen, wat een tumult
op die oktobernacht in 1906!
Omstreeks één uur viel er een
vrouw van haar schip aan de
Nieuwekade in het inktzwarte
water van de gracht. Een ande
re schippersvrouw, ijlings toe
geschoten op het angstige
hulpgeroep, deed verwoede po
gingen de drenkelinge te red
den, maar slaagde daarin niet.
Wat zij ook deed, ze kreeg de
schreeuwende vrouw niet op
de wal of op het schip. Maar
gelukkig kwamen er meer hel
pers af op het rumoer, een bur
ger en een politieman. En zij
zagen tenslotte, na heel veel
moeite, kans de al helemaal
uitgeputte vrouw boven water
te krijgen.
Intussen was er nóg een red
der op de plaats van het onge
val gearriveerd, een stadge
noot, die veel te diep in het
glaasje had gekeken, maar die
zelfs op dit late uur nog wel
begreep, dat handelend optre
den hier geboden was. Wat die
burger en die politieman aan
reddingspogingen ondernamen
leek hem maar niks en daarom
nam hij op slag een kloek be
sluit: onvervaard sprong hij te
water. Daarbij raakte hij even
wel zo vast in de modder van
de gracht, dat hij in meest let
terlijke zin geen voet meer kon
verzetten. Nadat de vrouw ein
delijk in veiligheid was ge
bracht, kregen de burger en de
politieman handen vol werk om
tenslotte ook nog deze "red
der" te redden...
Zouden er nog mensen leven met de geslachtsnaam Leeu
warden? Die zijn er zeker wel geweest!
De naam Leeuwarden, zeer waarschijnlijk toebehorend aan
een Joodse Amsterdammer, kunnen we tegenkomen in het
in 1964 uitgegeven boek 'Amsterdam, je hebt een zoute
smaak' van Meyer Sluyser.
Sluyser beschrijft daarin de vooroorlogse Houtkopersdwars
straat, ofwel de Vissteeg, midden in de Amsterdamse Jo
denbuurt.
„Aan de huizenkant, waar Hendrik Jansen zijn nering drijft,"
aldus Meyer Sluyser, „staat in een donkere kelder, bij man
den vol vis, Moossie Kanes en als ze in haar woning in de
Breestraat niet te veel om handen heeft, komt Hitsie, zijn
vrouw, in de zaak helpen. Boven de kelder is de kruide
nierswinkel van meneer Leeuwarden. Hij is nogal bijziende,
en zelfs de bril met vuurtoren-lenzen kan hem nauwelijks
helpen, wanneer hij met het ouderwetse ronde kaasmes
een half ons jonge komijne afsnijdt. Als hij met zijn zwakke
ogen boven op de kaas de klanten helpt, zou iemand zijn
hele winkel kunnen leegstelen. Maar wie zal deze weldoe
ner van vele arme mensen in de buurt te kort doen? De
brutaalste pikkers staan gedwee voor de toonbank te dar
ren, totdat hij zijn ogen uit de onmiddellijke omgeving van
de homp vlooienkaas heeft verwijderd. Meest gevraagde en
verkochte artikel in de winkel is een halve galle met natuur
boter en een flinke homp meikaas ertussen. Prijs: vijf cen
ten gelds."
Tot zover het verhaal van Meyer Sluyser, waaruit dus blijkt,
dat er ooit mensen met de familienaam Leeuwarden zijn
geweest. We moeten vrezen dat de kaasboer Leeuwarden,
over wie de auteur het hier heeft, de laatste wereldoorlog
niet heeft overleefd en dan vragen we ons natuurlijk af of er
nu nog wel landgenoten met de naam Leeuwarden zijn. Zo
ja, wie van de lezers van 't Kleine Krantsje brengt ons dan
op het juiste spoor?
Deze vooroorlogse foto toont ons de oude Speelmansstraat, toen die nog in volle glorie
was. Er rijdt net een nijvere werker met een bakfiets doorheen, er komt een jong en
waarschijnlijk verliefd stelletje aan en overal zien we spelende kinderen. Ook staat er nog
een bewoonster of een toevallige passant kennelijk te kwebbelen met iemand, die zich
daar in de deuropening bevindt. Een moment voor de fotograaf zich hier opstelde om dit
aardige plaatje te maken smeet de bewoonster van een van de huizen links een emmer
water over de straat: zij is al bezig haar stoep en een stuk van het straatje te schrobben;
dat kunnen we zien aan de bezemstok links. Zelf blijft deze propere huisvrouw buiten beeld
en we zullen dan ook wel nimmer vernemen, wie zij is geweest. Wel blijkt, dat er links een
kapper heeft gewoond en rechts een schoenmaker met de naam IJ. de Jong.