hellema
'TKLEINE KRANTSJE.
Makelaars en
Taxateurs
voor geheel
Friesland
ft
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 4
fenen, maar dat beroep was
dan vaak hun bewuste keuze.
Voor veel meisjes was het
"geld verdienen". Het was een
moeilijke tijd om werk te vin
den. Er waren heel veel sollici
tanten naar deze laagst betaal
de baantjes. Excelsior betaalde
goed. Mijn eerste salaris was
drie gulden per week. Ook in
de kantoorbanen die volgden
had ik een redelijk inkomen ge
zien de opleiding. Ik werkte nog
bij de A.P. in Leeuwarden en
bij de V.A.R.A. in Hilversum.
Vanaf 1947 heb ik niet meer in
Leeuwarden gewoond. Ik kom
er zo nu en dan mijn familie
bezoeken en dan maak ik
graag een wandeling door de
oude stad. Herinnering en her
kenning is voor mij in de regel
wat vaag, maar het artikel van
Henk Zijlstra was erg duidelijk
en zeer herkenbaar.
Creativiteit is wel door de jaren
heen gebleven gelukkig. Eén
zin herinner ik mij nog uit dat
"A.B.C.": E Excelsior en het
dient vermeld dat we hier allen
te werk zijn gesteld. Meer dan
vijftig jaar gelëden!
Amsterdam
Sjoukje Hoekstra.
BEGRIP KANTONRECHTER
In een vorig Kleine Krantsje las
ik het verhaal over "Het begrip
van de kantonrechter", die een
automobilist vrijsprak, hoewel
die een overtreding had ge
maakt door met zijn auto door
de verboden Peperstraat te rij-,
den.
Het artikel deed mij denken
aan de kantonrechter, die voor
mijn redenen om een verkeers
overtreding te begaan, niet het
minste begrip toonde.
Wonende aan de Nieuwe Hol-
landerdijk moest ik - al lang
geleden - om acht uur present
zijn op een drukkerij in de Ba-
gijnestraat. Op tijd komen was
ook in mijn jongensjaren al mijn
principe, maarer lagen
twee moeilijke hindernissen op
mijn weg, namelijk de overweg
bij de Schrans en de Beurs-
brug.
De eerste met het eeuwige ran-
Makelaardij «Inda 1898
Leeuwarden
-
Drachten
geerwerk en de tweede door
het vele scheepvaartverkeer,
dat iedere oudere zich zal her
inneren. Met die obstakels was
moeilijk rekening te houden.
Nu waren er in Leeuwarden de
eerste verschijnselen van een
verkeersregeling gekomen, zo
als op vrijdag bij Amicitia, waar
politie Oosterlo stond, de latere
"vader" van het Blauwe Wees
huis. Ook bij het hotel De Klan-
derij was een verkeerseilandje
aangelegd met een verhoging
voor een agent op de drukke
uren.
Daarop troonde op een dag in
de winter van '26 een agent De
V., zelf bewoner van de Hollan-
derdijk met de rode dakpannen.
Ik had al staan trappelen voor
de gesloten overweg en zag in
de verte de brugwachter naar
de afsluitpalen lopen. Dus
staand op de pedalen racen
om er nog net over te komen.
Maarlaat nou die agent op
z'n ronde ton z'n hand opste
ken: "Stoppen jij!" Om niet te
laat te komen reed ik echter
door, hoe hij ook schreeuwde,
dat ik moest afstappen.
De volgende dagen had die
agent daar ook weer dienst,
maar nu was ik te voet en zo
herkende hij me niet.
Later, toen ik er weer op de
fiets langskwam, stond hij in
burger verscholen achter de re
clamezuil bij de overweg en
wat gebeurde er toen? Hij volg
de mij letterlijk tot in de drukke
rij en slingerde me, zoveel da-
(Vervolg op pag. 10)
Was een gezellige buurt om er
te wonen en inderdaad waren
er wel negen slagers.
Mijn jongste zuster is er in
1918 geboren, maar dat was
boven de banketbakker. Zelf
ben ik in 1901 geboren.
Sexbierum
Mevr. M. v. d. Molen-Smit
De eerste verschijnselen van een verkeersregeling
M.K.V.
De kapperszaak van Tielenburg
aan het Gouverneursplein.
uw blad onder ogen. Naar aan
leiding van het artikel "Vijftien
jaar Joods leven in Leeuwar
den 1930-1945" zou ik graag
enige opmerkingen willen ma
ken. Na mijn afstuderen als
scheikundig ingenieur in Delft
in 1933, kreeg ik een baan op
de Condensfabriek. Hoofd van
het gehele laboratorium was
daar de heer J. S. de Kadt, een
scheikundige die in Utrecht had
gestudeerd. Tot mijn huwelijk,
voorjaar 1937, heb ik onder
hem gewerkt en dus hemzelf
en z'n gezin goed leren ken
nen. Het echtpaar De Kadt wa
ren eenvoudige zeer begaafde
mensen. Mevrouw was meester
in de rechten. In mijn tijd daar
is begin 1935 het derde doch
tertje geboren. Op de kraamvi
site werd kandeel geschonken.
Al vanaf 1934 leden zij erg on
der hetgeen in Duitsland ge
beurde en maakten zij zich gro
te zorgen over de toekomst. De
heer Cats was in die tijd direc
teur van de Lijempf, ook een
academicus, maar zijn titel
weet ik niet meer. Ik meen dat
hij de oorlog overleefde. Te
vens trof mij de naam van onze
Duitse leraar op de RHBS, de
heer Kuyt. Ook dat gezin heb ik
gekend. De herinneringen aan
heel vroeger zijn weer opge
haald. De foto van de kinderen
De Kadt is het meest aangrij
pend. De jongste zoon ging na
de oorlog naar eerder uitgewe
ken familie in de V.S.
Drachten
Mevr. N. van Dijk-Kingma.
Het jongste zoontje van de
familie De Kadt, David Jan,
dat het drama in de Willem
Lodewijkstraat als door een
wonder overleefde, is inder
daad in Amerika terecht ge
komen. Daar is hij, nog jong,
bij het oversteken van een
spoorbaan door een trein ge
grepen en gedood.
Red. 't KI. Kf.
Hartelijk dank voor het stukje in
een vorig Kleine Krantsje over
M.K.V.
Zijn er misschien nog
M.K.V.'ers, die foto's hebben
van het elftal 1A of 1B uit het
seizoen 1953-'54?
Mijn adres is: p/a In de Be-
touwstraat 30A.
Nijmegen M. Bergsma
BIJ EXCELSIOR
In het juninummer las ik het
verhaal van Henk Zijlstra over
zijn tijd als jongste bediende bij
de Coöperatie Excelsior in de
dertiger jaren. Ook ik ben daar
geweest, eveneens als "jongste
bediende".
Als meisje van vijftien mocht ik
kiezen: dienstmeisje of jongste
bediende op een kantoor. Het
werd het laatste. Bedden op
maken, vloeren dweilen, koper
poetsen néé! Jongste be
diende bij de Coöperatie. Wat
een baan!
Ik zat aan het loket, nam de
telefoon op en moest gesprek
ken doorverbinden. Een tele
foon had ik nog nooit gezien,
laat staan gehoord Ik ver
stond het niet of snapte er niets
van. In het begin hielp Menno
Hengst me over mijn angst
heen.
Het loket. Die vreemde men
sen, die iets vroegen waarop ik
geen antwoord wist: een vuur
rood hoofd, gestotter van mijn
kant! Naast deze functies
moest ik op z.g. kruidenierssta-
ten bedragen optellen en ook
dat was geen succes. Steeds
die rot-telefoon er tussendoor
of alweer een strenge man aan
het loket! Maar toch ik ging
naar de Handels-avondschool,
leerde typen en steno en werd
ook "bevorderd". En hield het
ruim vier jaarvol.
BREEDSTRAAT Toch waren er ook voor mij
prettige ervaringen hoor!
In het verhaal over de slagers Na een korte periode in de ver
in de Breedstraat, in 't vorige pleging heb ik nog twee kan-
Kleine Krantsje, las ik dat er toorbanen versleten, maar ook
vroeger wel achter de slagerij- ik trouwde en kreeg kinderen
en werd geslacht. en dat werd de "carrière", zo-
Dat heb ik zelf nog wel gezien, als voor zoveel meisjes in die
Wij woonden boven de paar- tijd. Alleen onderwijzeressen
deslager en konden mooi zien, bleven in de huwelijkse staat
dat daarnaast geslacht werd. 't nog wel eens hun beroep uitoe-
KAPPER TIELENBURG
Naar aanleiding van de artikels
betreffende de Muggesteeg en
de winkel De Groote Manchet
op de hoek van het Gouver
neursplein en de Kleine Hoog
straat in een vorig Kleine
Krantsje wil ik ook graag wat
vertellen.
Toen De Groote Manchet naar
de Nieuwestad verhuisde huur
de mijn vader het pand aan het
Gouverneursplein van de eige
naar, de wolkammer De Vries,
om er een herenkapperszaak
te beginnen.
Hij was toen een ondernemen
de jongeman van vierentwintig,
die ook trouwplannen had. Nu
was het gehele pand voor hem
te groot, maar hij had het ge
luk, dat hij een deel van het
huis kon verhuren aan een me
neer Smeding. Die had een
verzendhuis voor een wasserij
en een oppersinrichting. Mijn
vader en de heer Smeding
hebben daar vijf jaar hun be
drijven uitgeoefend.
In de tijd, dat mijn ouders daar
woonden, is het een keer ge
beurd, dat mijn moeder in haar
eigen keuken onder een fiets is
gekomen! Die keuken grensde
aan de Muggesteeg en op een
"ongelukkig" moment kwam er
een jongen met een transport
fiets langs. Die viel door een
verkeerde manoeuvre tegen de
keukendeur en tuimelde zo de
keuken binnen enmijn
moeder onder de fiets.
Ik weet niet wie er meer
schrok, mijn moeder of die jon
gen. Maar gelukkig is alles
goed afgelopen.
In 1930 is mijn vaders kappers
zaak in de Grote Hoogstraat
nummer 30 gekomen, waar ik
geboren ben en in 1935 zijn we
verhuisd naar de Grote Hoog
straat nummer 10. Daar heeft
mijn vader de zaak gehad tot
hij zijn A.O.W. kreeg. Dat was
in 1966.
Hij heeft in al die jaren vele
klanten in de haren gezeten en
bij de neus genomen. Nu is hij
acht en tachtig en hij denkt met
veel genoegen aan zijn kap-
perstijd terug.
Leeuwarden
Mevr. K. Posthumus-
Tielenburg
JOODSLEVEN
Toevallig kreeg ik één dezer
dagen een paar nummers van