WAT NOG NIET KADUK WAS VERNIELDEN ZE ZELF. DUITSERS BIJ VERLATEN VLIEGVELD pagina 5 Dit is de zesde en laatste afle vering van een verhaal over het werken op het Leeuwarder vliegveld in de laatste Wereld oorlog. In Leeuwarden begonnen de Duitsers langzamerhand blijk baar toch aan een terugtocht te denken, want ik zag twee vluchtschepen van 600 ton ver schijnen aan de Westerkade - zo'n scheepsmaat had ik maar één keer eerder in Leeuwarden gezien. Op zekere dag, ik meen dat het in het voorjaar van '45 was, verschéen een van deze sche pen bij de Harlingertrekweg voor de wal, waarheen wij in tussen met de Administratie waren verhuisd. Het was dus zover. Van de totale magazijnvoorraad moest tweederde worden inge laden. Eerst een aantal kasten en magazijnstellingen, dan de onderdelen en het verdere spul. Welnu, met het verdelen van dat kleine spul en de ge reedschappen ging het vanzelf enigszins.nou ja, de lezer begrijpt het wel. Het werd een chaos. Het andere schip werd in de stad geladen en daarin kwam alles van het vliegveld wat waarde had. Gereedschapsma chines, deuren en daken van hangars, complete gedemon teerde stalen hallen, grote brandstoftanken uit de grond. De rest werd vlak voor de be vrijding opgeblazen. RICHTING DUITSLAND Toen alles ingeladen was ver scheen er een sleepboot en de beide schepen vertrokken rich ting Groningen - Duitsland. Als schippers, tevens bewakers, dienden enige Landwachters en voor de begeleiding van de Magazijnspullen een Oosten rijkse soldaat van onze afde ling, die wij goed kenden. Ze hadden evengoed alles kun nen meenemen in plaats van tweederde van de hoeveelheid, want de vliegerij in Leeuwarden stelde niks meer voor. Maar ja, de Inspektor moest zijn aanwe zigheid hier ook waarmaken en wij vonden het best en pasten wat op de restanten. Na enige weken kwam onze Oostenrijker weer terug en wij vroegen hem voorzichtig hoe het gegaan was op de reis. Nu, het was niet bepaald een ple zierreisje geweest. Tot de Duit se grens ging het nog wel, maar daarna was het homme les met steeds meer oponthoud door allerhande vernielingen aan bruggen. Op het laatst kon er door kapotte sluizen en bruggen niet meer gevaren worden. Toen werd het spul overgeladen op spoorwagens en ging het verder via de rails. Nauwelijks een dag later was ook dat gebeurd: de hele trein werd door een andere instantie gevorderd en alles van de wa gens werd in de onderwal langs de spoorbaan gesmeten. En toen moest onze man maar zien dat hij weer in Leeuwar den kwam. PLUNDEREN Hier bleven wij de restanten maar wat oppoetsen en hielden we de vrijwel waardeloze admi nistratie nog een beetje bij. Na een tijdje kwamen ze op het idee de voorraden aan te vullen door het plunderen van de stad Arnhem. Ik zag ze in de weer met een officiële vergunning van de roverhoofdman in Arn hem en ze togen erheen met een krakemikkige vrachtauto met een kolengaspot achterop. Ze kwamen terug met o.a. tri plex, mooie gepolijste staal plaatspijkers en schroeven en ook met verscheidene zakjes Jozo zout, die hier nergens meer te krijgen waren. Die zak jes van vijf kilo zetten ze bij ons in het kantoortje, waar ze droog stonden en waar wij er goed op pasten, nou ja.Wij hadden ons eigen distributiebureau en we zorgden er rap voor, dat onze familieleden en kennissen werden voorzien - iedere keer eenpuudsjevolinnebuse. Zo zijn we in het begin van april 1945 beland. Zo nu en dan hoorde je in de verte al kanongebulder en nog regel matig werd het vliegveld ge bombardeerd, hoewel het als basis niets meer voorstelde. Toen, eindelijk, kwamen we op vrijdag de dertiende april voor het laatst op ons werk en ont dekten we direct, dat het zover was. De Hollandse wachtsman met zijn lang Frans infanterie- geweer smeerde hem en de enige Duitser, onze directe baas, werd naar het Vliegveld geroepen om met zijn maten de honderden springladingen te doen ontsteken. Toen werden ook de laatste gebouwen opge blazen en de hele dag daver den de explosies. Wij hadden het er toen ook op zitten en lieten de winkel achter voor de liefhebber. BEVRIJDING Ik had het grote voorrecht de bevrijding van Leeuwarden van heel dicht bij te mogen meema ken. Met een groepje mocht ik voor de eerste Canadezen de poort openen bij het Oud Tol huis. En enige weken na de bevrij ding kwam ik bij een Bewa kingsdetachement van de Ca nadese kustwacht op het vliegveld. Onze taak bestond onder andere uit het halen en terugbrengen van gevangen N.S.B.-ers uit de stad, die nu aan het puinruimen werden ge zet. Onder dat puin lag wel eens een onontplofte lading en die lieten wij dan 's avonds de lucht ingaan. (Vervolg op pag. 15) De beide foto's op deze pagina laten ons de verwoestingen zien, eindelijk de aftocht bliezen. die de Duitsers op het Vliegveld Leeuwarden aanrichtten, toen zij,

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1990 | | pagina 5