ARTISTEN BIJ
SIPCASTELEIN
LEEWADDERS,
WAAR IS DIT?
BUTEN
SPEULE
'T KLEINE KRANTSJE
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
"O, wat mooi toch Tjisse, die wiede zee!"
"Ja, mar seg dat nou mar niet in het pension, dan sette se al
dat water oek nog oppe rekening!"
pagina 13
Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag "Leewadders
waar is dit?" Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, binnen veertien
dagen naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vries-
straat 1,8921 BP Leeuwarden. Uitslag over vier weken.
Onder de abonnees, die ons het juiste antwoord geven, verloten
wij een exemplaar van het boekje "Leeuwarden - ach ja, zo was
hetmet zestien zeer fraaie foto's van de stad uit een lang
vervlogen tijd.
Nu eens een soort montage
foto van de artist Gy Coross,
die in 1931 in "Spoorzicht" op
trad.
De foto is bruin, achterop staat
geen fotograaf aangegeven;
deze bruinachtig uitgevoerde
foto's werden inderdaad tussen
1925 en 1935 veel vervaardigd.
Neem aan, dat alle figuren ook
getekend werden, evenals de
prachtige Mephisto-kop, en dat
dan later alles overgefotogra-
feerd werd.
Voor de huidige fotografen
moet het een lust zijn de oude
artistenfoto's eens aan een na
der onderzoek te onderwerpen.
Er zijn in het archief nog prach
tige grote foto's, die met mag
nesiumlicht gemaakt werden.
Zo ging dat omstreeks 1915,
stil staan, niet bewegen. Soms
doen die foto's nu te statig aan
De heer Gy Coross toont hier
het bekende nummer: "de ma
gische bar". Vanaf 1920 werd
dit nummer in goochel-catalogi
(mijn oudste exemplaar is uit
1880!) aan goochelaars aange
boden. In grote zalen mocht
het publiek zelf een drankje
noemen - er was dan altijd wel
een grappenmaker bij, die om
advocaat riep. Maardat
had de goochelaar al verbor
gen tussen zijn andere glazen
staan. Nu vertel ik niet meer,
want wij goochelaars hebben
de belofte afgelegd, dat wij
nooit geheimen zullen verklap
pen! Het nummer maakte altijd
een grote indruk op het publiek,
want men kon vanaf een gewo
ne wijn tot cognac kiezen. Na
men van drankjes als Voor
burg, Fladderac, Hansje in de
Kelder, Dubonnet hoort men nu
niet meer van. Sommige goo
chelaars brachten op deze wij
ze veertig verschillende dran
ken.
De populaire Nederlandse goo
chelaar Crochet (Gerrit Haak),
die getooid met tulband dikwijls
bij het gezelschap Faveur in de
Harmonie optrad, bracht het
nummer altijd, waarbij char
mante assistentes de drankjes
vlug in de zaal rondbrachten.
De ouderen zullen zich dat wel
herinneren.
Leuk het verhaal van onze
abonné de heer W. D. Lijfering
over de Duits-Joodse artist, die
in 1939 bij "Spoorzicht" optrad.
Ja, het waren in hoofdzaak
Duitse variété-artisten, die in
die jaren bij Sipke Castelein
werkten. Ook de heer Gy Co
ross, die in het boek bij de foto
als familienaam Bernhard
Morskord tekent, was een Duit
se artist. Ook hij bedankt de fa
milie Hager van het artisten-
pension aan de Oosterkade
voor het prettige verblijf, geda
teerd 3 september 1931.
"Spoorzigt" schrijft hij met een
letter gWat een pracht tijd
Leeuwarden
Historisch Variété Archief
Ritsko van Vliet senior
"Buten speule: Jonges wat was
dat mooi" aldus Berend van
der Veen in een vorig Kleine
Krantsje. Toen ik dit allemaal
las kwamen ook bij mij de her
inneringen weer boven. Wij
speelden ook veel in de omge
ving van de Centrale, Condens,
Koopmans en de Blikfabriek.
Bij de Blikfabriek kwamen we
op de woensdagmiddag. Je
moest daar op een bepaalde
tijd zijn, naar ik meen om twee
of drie uur. Als je geluk had
ging na een tijdje het grote hek
open en werd er door iemand
van het personeel afvalhout
van kratten neergegooid, dat
wij mochten hebben. Heel
Leeuwarden wist dit, dus het
was er altijd een drukte van be
lang, groot en klein was daar.
We hebben er wel eens om
moeten vechten. We gingen er
op de fiets naar toe maar ook
wel met een van afvalhout ge
maakte kar of met een oude
kinderwagen.
Hadden we hout, dan gingen
we snel naar huis. Als alles
naar wens verliep was je na
een paar uur weer thuis, maar
het kwam ook wel eens voor
dat er een wiel van de kar stuk
ging en dan was je de gehele
middag onder zeil en moest je
vaak veel van je gewonnen be
zit achterlaten.
Thuis begon het pas goed. In
het hout zaten vele krammen
en spijkers die we er zorgvuldig
uithaalden. De spijkers sloegen
we recht en konden we wel
weer gebruiken. Met de kram
men en een elastiekje gingen
we op eenden en vogels schie
ten of we schoten tegen de ra
men als het donker was.
De volgende middag uit school
vertrokken we weer met onze
handel naar het weiland bij de
Centrale en ook wel in de om
geving van Van Duuren waar
we van het hout een hut gingen
bouwen. En als je er dan de
volgende middag weer heen
ging om te spelen was alles er
weg gehaald door anderen.
Even verder dan de Blikfabriek
kon je linksaf en belandde je
weer bij het Kanaal. Daar
kwam je langs een asfaltfabriek
waar allemaal vaten lagen met
olie en met teer. Daar hebben
we ook veel op gespeeld en
ook veel straf van onze ouders
opgelopen. Je kwam dan moe
van het spelen thuis en je kle
ren zaten onder de teer en olie.
Verder had je er nog de kisten
fabriek van Halbertsma. Mijn
vader kende de direkteur goed,
ene meneer Terpstra en door
zijn toedoen mocht ik daar ook
wel eens wat hout halen. Melk
poeder - kisten om een konij
nenhok van te maken, maar
ook wel mooie plankjes waar je
van alles van kon maken. Maar
ik moest dan wel alleen zijn
want anders ging het feest niet
door en werd er nee gezegd.
Op pampa hebben we in het
voorjaar vele kleine kikkers ge
vangen, die we later weer los
lieten in de spoorsloot. In de
herfst gingen we gewapend
met een mes over het spoor bij
de Condens en maakten we
pijpen van de kalmoeswortel en
een stukje riet. Zo hadden we
altijd wel wat bij het eind en zijn
onze kinderjaren dan ook om
gevlogen.
Groningen
HansWitteveen
Wat is, watwas "pampa"?
Red.'t KI. Kr.