'T KLEINE KRAHTSJE MIJN JEUGD JA REN IN DE OUDE BINNENSTAD ARTISTEN BIJ SIPCASTELEIN VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 6 Wat de heren zakenlieden in Leeuwarden misschien nu nog, maar in vroeger jaren in ieder geval graag deden was bier drinken bij "Klaas", in de zaak van Eygelaar aan de Uniabuurt. Op de zaterdagavond werd dit café het meest bezocht. De za ken waren dan gesloten en de bezoekers kwamen overwe gend na elven binnen. In die tijd gingen de winkels in de week nog om acht uur en za terdags om elf uur dicht. Aan de Grote Kerkstraat tegen over de Kleine Hoogstraat was de dansschool van Herman Le viet. Daar hebben heel wat jon gelui het dansen geleerd. Wij hebben er veel aangename uurtjes doorgebracht. Daar vlak bij, tegenover het huis van notaris Koch was de Handelsdrukkerij met een me neer Rommerts als directeur. Een van zijn zoons was een zeer goede jazz-klarinetist. Ver schillende malen heb ik hem horen spelen, wanneer wij in Zalen Schaaf het een of andere feestje hadden. Daar trad dan ook de heer Kreeft op met zijn eigen band. Piet Kreeft was cellist en trombonist in het café Buis op de hoek van het Zaai land en de Prins Hendrikstraat. Maar hij had dus ook een eigen band, die eens in Schaaf op trad, toen de jonge Rommerts zich daar ook op het podium bevond. En nóg hoor ik een van de bandleden zeggen: "Ik wou dat die met z'n klarinet op hoepelde!" De persoon in kwestie was na melijk zo'n venwoede jazz-klari netist, dat hij altijd, of liever ge zegd zoveel mogelijk speelde tussen de maten van de mu ziek in. In die tijd had men nog niet veel kaas gegeten van im provisaties. Door dat tegenspel kwamen de andere musici in verwarring en raakten zij het tempo en het maatgevoel kwijt. De laatste tijd is in 't Kleine Krantsje nogal eens geschre ven over de Muggesteeg, die de Kleine Hoogstraat met de Beyerstraat verbindt. Nu was er in de Muggesteeg vroeger - ik spreek nu van voor 1918 - een tuin met een hoge muur. In die tuin stond een grote boom. Wat voor soort boom is me niet be kend. Het huis daarvoor was van mijn ouders, die een heren- en da mesmodezaak en een kantoor boekhandel hadden aan het Gouverneursplein op de hoek van de Kleine Hoogstraat. Mijn ouders hebben indertijd die tuin erbij gekocht, maar kort na deze aankoop zijn we naar de Nieuwestad verhuisd. De nieu we eigenaar heeft op de grond van die tuin een huis gebouwd, dat er, voor zover ik weet, nu nog staat. In de Kleine Hoogstraat was in dertijd een bedrijf, waar je kle ding kon huren voor toneeluit voeringen. De zaak was gelegen aan de kant van Jas per, de zaadhandel op de hoek van de Kleine Hoogstraat en de Eewal. De zoon van Jasper, Piet, was een van de eersten in de stad, die zich een Fordje aanschafte. De bovenbouw van dit voertuig werd vervaardigd door leerlin gen van de Ambachtsschool. Het moet in het laatst van 1918 zijn geweest, dat er vanuit Leeuwarden verschillende bui tenlandse militairen terugkeer den naar hun vaderland. Dat waren soldaten, die eerder de serteerden uit hun legers. Die kon je in die tijd overal in de binnenstad tegenkomen. Vooral de Schotten waren be zienswaardig door hun mooie uniformen en vooral ook door hun doedelzakken. Wel produ ceerden die een eentonig ge luid en zoiets waren we niet gewend van onze eigen solda ten, die gelukkig vrolijke wijsjes uit hun instrumenten bliezen. De Belgen hadden muziek met veel hoorngeschal en tromge roffel, echt Franse muziek dus. Heel duidelijk staat mij nog het afscheid van de Belgen voor de geest. Een speciale trein stond op een bepaalde dag klaar om de heren naar huis te brengen. Vlak voor het vertrek van de trein zag ik een handkar aanko men met een totaal bezopen soldaat er in, die ook nog ge wond was aan z'n hoofd - een gapende wond met veel bloed. Over hem heen lag een grote hoorn, zo'n joekel, waarmee ze achter het orkest aanlopen en er zware bassen mee laten ho ren. Waar later het postkantoor kwam had je toen een loods met een grote deur er in, die geopend werd om die dronken soldaat er in te rijden. Dat ge beurde door zijn kornuiten, die ook al te diep in het glaasje hadden gekeken. Hoe dit stel met de speciale trein in België is aangekomen weet ik niet, maar het zal allemaal wel goed afgelopen zijn. Iets heel anders: wie weet nog wanneer de eerste heerlijke tompoezen door de banketbak ker werden gebakken? De eer ste of wel een van de eerste banketbakkers, die ze maakte, was er een aan de Wirdumer- dijk aan de kant van slager Kessler. Beide zaken op de hoek van een steeg, die naar de Weaze liep. Op de zondag was het vaste prik, dat je een tompoes bij de koffie kreeg. Goeie ouwe tijd! Breda Siep Ter Horst Het is beslist niet moeilijk voor mij iedere maand maar weer een foto bij een artikel over het vroegere cabaret 'Spoorzicht' van Sipke Castelein te plaat sen, omdat er in plakboeken uit die tijd zo vele foto's zijn. De grootste moeilijkheid is te proberen iedere maand een soort verschillende foto te plaatsen. De ene keer een heer, de andere keer een dame, dan weer een heel ver schillend genre, want vroeger was er heel veel afwisseling. De huidige televisie toont steeds dezelfde zangers en zangeressen en helemaal geen variété meer. Voordat ik iets over de afgebeelde dame ver tel, deel ik de lezers en leze ressen, die niet in Leeuwarden of Friesland wonen, mee, dat er nu van 'Spoorzicht' niets, maar dan ook niets terug te vinden is. Er staat inmiddels een reuze gebouw. Alleen en kele blauwe tegels, die waar schijnlijk in de toiletten of in een keuken gezeten hebben, zijn nog waar te nemen, omdat ze heel onvakkundig verwijderd werden. Het zijn dus stukjes en resten aan de rechtste buiten muur. Er is al een hele hoogte bereikt. Hier wordt de Neder landse Middenstands Bank ge bouwd, terwijl aan de andere kant van de Stationsweg het hoofdgebouw van de RABO Bank komt. Hoe het stadsbeeld In het begin van de dertiger ja ren kwamen er elke vrijdag meer dan honderd beurt scheepjes naar Leeuwarden. Alle kaden in de stad lagen dan vol met stoomschepen en snik jes. Bovendien gaven tal van paardewagens en ook honde karren de stad een aanzien, dat we nu al lang niet meer kennen. Een kwarteeuw geleden waren er nog maar enkele beurtvaar- in enkele maanden veranderen kan! De afgebeelde dame is Hilda Marsch uit Berlijn-Wilmersdorf, Kaiserallee nr. 17. Op haar re clame staat vermeld: akrobati- sche Spitzentanze. Op de fo to's is ook duidelijk te zien, dat zij ook als contorsioniste werkt. Een prachtige naam voor "slan- gen"-acrobatiek. Deze num mers traden in die jaren veel op. In oude artiestenbladen staan veel advertenties van dergelijke nummers. Zij geeft als datum in het plakboek mei 1930 aan. Vandaag de dag ziet men deze nummers alleen nog maar in het circus. De folder met foto's werd gedrukt bij de Firma Garloff in Magdeburg. Iemand belde mij nog over de vorige maand geplaatste foto van de goochelaar Gy. Coross, met zijn magische bar. In het artikel heb ik niet vermeld, dat Goross alle verschillende dran ken uit één kan schonk. Ja, zo gaat dat! Maar, dat staat ook op de foto afgebeeld. Meer ver tel ik niet. Het nummer doet het nu nog steeds, jammer dat het hedendaagse publiek niet meer zo veel in de gelegenheid wordt gesteld een goede goo chelaar te zien werken. Toch leuk zo'n telefoontje en reaktie. Tot de volgende keer! Leeuwarden Historisch Variété Archief Ritsko van Vliet senior ders, die geregeld naar Leeu warden kwamen. Dat waren A. en Y. Kingma uit Birdaard, A. Postma uit Eernewoude en H. G. Duiker uit Grouw. Maar de Kingma's en Postma vervoerden toen alleen nog maar vee met hun scheepjes; Duiker was de laatste, die tweemaal in de week een echte beurtdienst onderhield tussen Leeuwarden en zijn woonplaats Grouw. "Wanneer wij in Zalen Schaaf een of ander feestje hadden.Op de foto boven het dansechtpaar Leviet: "We hebben er veel aangename uurtjes doorgebracht.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1990 | | pagina 6