"IK WIN DE ELFSTEDENTOCHT POCHTEAUKEADEMA EENS SPOOKTE HET IN ONS LAND. pagina 11 De komende maand is het precies een halve eeuw geleden, dat we de sensatie beleefden van een tweede Elfstedentocht in de tijd van twee jaar. De tocht van donderdag 6 februari 1941 volgde op die van dinsdag 30 januari 1940, welke een record aantal van iets meer dan 3400 deelnemers en een miniem aantal van slechts 69 volbrengers te zien had gegeven. Ook wat het aantal winnaars betreft was de eerste tocht uitzonderlijk geweest. Want de vijf rijders, die het besluit hadden genomen gezamenlijk als eerste door de finish te gaan kregen allen de grote gouden medaille van de eerste prijs, terwijl de vier volgenden, die broederlijk arm in arm finishten, de kleine gouden medaille kregen van de tweede prijs. Hiflf lil!»11™! Bij de tweede tocht, die van nu vijftig jaar geleden dus, kwa men er minder deelnemers, omstreeks 1900 toerrijders en omstreeks 900 wedstrijdrijders, maar was het aantal rijders, dat tijdig de finish bereikte nog nooit zo groot geweest. Liefst 1737 deelnemers veroverden nu het zozeer begeerde Elfste- denkruisje. Tot op de stadsgracht in Leeu warden waren de vijf koplopers van 1940, die eerder hadden besloten tot hun vermaarde 'Pact van Dokkum', bij elkaar gebleven - toen werd de Fra- neker Auke Adema zozeer ge troffen door het gejuich van de duizenden op de wallen, dat hij de hele afspraak vergat en de benen nam. Hij zag kans als eerste over de eindstreep te gaan, gevolgd door Piet Keizer uit De Lier, die als eerste zijn controlekaart liet aftekenen en op grond daarvan de overwin ning voor zich opeiste. Het be stuur van de Friese Elfsteden- vereniging evenwel beloonde de afspraak, die de heren eer der hadden gemaakt en gaf ze allen de eerste prijs. GROTE WOORDEN Toen Auke Adema zich aan de vooravond van de nieuwe tocht van '41 in Leeuwarden aan meldde, kwamen er grote woor den uit zijn mond. "Ik win deze Elfstedentqcht en ik win nu al leen!" verklaarde hij zonder blikken of blozen. En wat ge beurde er? Auke Adema maak te zijn woorden waar! Hij won ook deze tweede tocht en. hij won nu alleen! Dat Auke Adema ditmaal vast besloten was te winnen bleek al op het eerste traject naar Dokkum, waar hij meteen al fier de leiding had. Met de jonge Joop Bosman uit Breukelen op zijn hielen en met cracks als Lo Geveke uit Leeuwarden en Cor Jongert in zijn kielzog, kwam hij tot uitbundige vreugde van zijn stadgenoten ook als eerste in Franekeraan. Lo Geveke, onze stadgenoot, had het jaar daarvoor ook be hoord tot de tweede groep, die toen de tweede prijs veroverde en Cor Jongert zat toen in de winnende kopgroep van vijf. Tot Harlingen hield Auke Adema nog een voorsprong van een minuut op de onver saagd achtervolgende Joop Bosman, maar bij Witmarsum brak een hakleer van zijn Frie se schaatsen en bij Bolsward kwamen Adema en Bosman bij elkaar. Zij lagen toen al negen minuten voor op Lo Geveke en Jan van der Bij, op de slager Sietze de Groot uit Weidum en op de Franeker Anne de Vries, die (grappige situatie!) oom moest zeggen tegen Auke Adema. In Workum, waar Bosman en Adema besloten wat te gaan eten, werden de koplopers plot seling door de achtervolgers verrast en toen ze, ijlings naar het ijs teruggekeerd, weer op streek kwamen, lagen er vijf mannen een driehonderd meter voor: Lo Geveke, Anne de Vries, Jan van der Bij, Douwe de Groot uit Oldeboorn en Hen drik de Boer uit Warga. In een felle sneeuwjacht zetten Adema en Bosman hun rivalen na en voor Hindeloopen haal den de Franeker en de Breuke laar de vluchtelingen alweer in. Op het Slotermeer viel daarna de beslissing in deze Elfsteden tocht. Daar zag Auke Adema kans zich los te rijden van het intussen tot drie man geslon ken groepje rivalen en bij het afstempelen van zijn kaart in IJlst lag hij al acht minuten op zijn tegenstanders voor. Wel slonk die prachtige voor sprong aanzienlijk, toen Adema in Sneek aan de kant van de baan ging zitten om wat uit te rusten, maar zelfs van een be denkelijke inzinking van de Fra neker daarna, konden Bosman en Geveke ai niet meer profite ren: hun achterstand was te '?sS;v' Auke Adema: hij maakte zijn grote woorden waar. groot om helemaal teniet te doen. VOORSPRONG Met een voorsprong van drie minuten op Joop Bosman ging Adema winnend over de streep en nog eens twee minu ten later kwamen Lo Geveke en Anne de Vries als derde en vierde bij het eindpunt op Schenkenschans aan. Auke Adema, de sterke kracht patser uit Franeker, bleek niet te hebben gebluft: hij had zijn grote woorden op de voora vond van deze Elfstedentocht dan tóch maar waar gemaakt! FENNO L. SCHOUSTRA De trotse winnaar Auke Adema met links naast hem Joop Bosman en rechts Lo Geveke en Anne de Vries. Zij waren de eerste vier aankomenden. Er is een tijd geweest, dat we ten we allemaal, dat het spook te in Nederland. Waar je je ook bevond, dat maakte weinig uit, overal kon je de gekste dingen overkomen. In Leeuwarden was het lang niet pluis in de omgeving van' de Eewal. Dikwijls liep daar in het holst van de nacht een gro te zwarte hond, die maar niet kon worden verjaagd - altijd en altijd weer kwam dat dier terug. Omwonenden konden vaak ho ren dat het beest doende was met het verrollen van een enor me zwerfsteen en wie deze plaats in het nachtelijk duister passeerde deed er verstandig aan om bijzonder op z'n hoede te zijn. Ook de smalle Zuupsteeg, tus sen de Speelmannsstraat en de Eewal, een behoorlijk hel lend straatje, was een heel ge vaarlijke plaats. Sommige men sen werden daar door onzichtbare en onverklaarbare krachten voortgedreven in de richting van het water langs de Eewal en het schijnt zelfs zo te zijn geweest, dat velen hier het leven lieten - zij verdronken jammerlijk in de Ee. Een Joodse stadgenoot, die op een late avond door de Zuup steeg liep, kreeg zomaar een duw in de rug, zonder dat hij iemand in de steeg had gezien. Voortdurend aangepord begon hij zo hard te lopen, dat hij niet meer voor de gracht kon stop pen en dus ook kopje onder ging. Gelukkig evenwel zag hij nog kans weer op het droge te komen en hij kon er later dus van vertellen. Zijn bange erva ring maakte veel indruk op de Leeuwarders. Toen ook onze stad straatver lichting kreeg en het gaslicht de duisternis hier ophief, kwamen er niet zo veel tragische ver- drinkingsgevallen meer voor. En er kwam helemaal een eind aan het spoken bij de Eewal, toen in 1884 de gracht hier werd gedempt. Het was toen eenvoudig niet meer mogelijk om hier de ploempert in te gaan.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1991 | | pagina 11