VAIEIIA UECVAEilA doorFenno Schoustra 'T KLEINE KEANTSJE VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 9 Verder was hij acht jaar lid van de Provinciale Staten van Friesland en pendelde hij veer tien jaar als lid van de Tweede Kamer tussen Leeuwarden en Den Haag. Waaruit dus al blijkt, dat hij z'n hele leven de stad Leeuwarden trouw gebleven is en dat gaf hem de gelegenheid zich ook nog op vele andere terreinen verdienstelijk te maken. Je zou zeggen, dat een stad al derge lijke importante verdiensten op de een of andere manier ge stalte zou kunnen geven. Maar ja. De eerste keer, dat ik de in drukwekkende figuur van deze heer in het vizier kreeg, herin ner ik me nog als de dag van gisteren. Dat gebeurde in de zomermaanden van 1939, toen de internationale spanningen al hoger en hoger opliepen. Echte kenners van de wereldpolitiek plachten zich toen te verzame len op de hoek van de Voor streek en de Noorderweg bij het kantoor van de Leeuwarder Courant, waar in die tijd op zondagen ook de tentoonge stelde voetbaluitslagen veel nieuwsgierigen trokken. Maar nu ging het dus om een uitslag, die nog moest komen en iedereen zei er het zijne van. Oorlog? Of geen oorlog? De meningen waren verdeeld. Tot de boomlange, nog maar achttien jaar oude Jakob Vel- lenga het zich permitteerde het woord te nemen. "Nee meen- sen" sprak hij, "er komt gien oarloch su lang at de eerpels innegron sitte!" Nou heb ik van aardappelen ook niet al te veel verstand, maar ik dacht, dat die nog wel degelijk in de grond zaten, toen Hitier op de daaropvolgende eerste september Polen bin nentrok om de halve wereld in brand te steken. Toch oorlog dus. Gelukkig heeft die niet ge heel juist ingeschatte situatie Jakob Vellenga niet beiet om daarna zelf-succesvol de poli tiek in te gaan. Maar dat heb ik nou net al uit de doeken ge daan. Bijzondere reünie Een bijzondere reünie: dat kun je wel zeggen van de samen scholing, die zaterdag 19 janu ari zal plaatsvinden in Zalen Ti- voli en de Christelijk Gereformeerde kerk aan de Huizumerlaan. Het is een reü nie van vroegere bewoners van de nu niet meer bestaande Keimpemastraat, de Ftunia- straat en de Dekemastraat. Deze straten lagen weleer tus sen de Dokkumer Ee en de Rengerslaan. Initiatiefnemer Thomas Sijtsma heeft voor dit treffen met assis tentie van Jan Flameling een collectie foto's bijeengebracht, die de reünisten met belang stelling zullen aanschouwen. Maar het aparte is, dat zij ook de hele buurt in kaart hebben gebracht; dat wil zeggen, dat ze hebben uitgezocht, wie er zoal in de verschillende huizen van de Keimpemastraat, de Runiastraat en een deel van de Dekemastraat hebben ge woond. Die kaarten worden, net als de foto's, aan de wand geprikt en zullen zeker heel wat stof tot praten geven. Aanvankelijk werd er gerekend op een deel neming van zo'n vijftig man, maar het laat zich aanzien, dat er minstens een zeventigtal zal verschijnen. Dat zijn dan allen vroegere bewoners in de leef tijd van veertig tot negentig jaar. Het festijn begint om twee uur en het zal na een koud buffet eindigen om half zeven. Verdwijnende zaken Weer moet ik het verdwijnen uit de stad aankondigen van enke le oude bedrijven, die genera ties lang in de binnenstad ge vestigd zijn geweest. Zo stopt, nog net voor het hon derdjarig bestaan zou kunnen worden gevierd, het Woningin- richtingsbedrijf van Burg aan de Bagijnestraat. Deze zaak werd in 1892 opgericht door Roelof Burg in een klein pand naast de latere Tivolibioscoop. Een belangrijke vergroting van de bedrijfsruimte ontstond door het betrekken van een vroegere kruidenierswinkel van Plet, ook aan de zonzijde van de Nieu- westad. Toen er daarna nog eens een doorbraak naar achteren werd gerealiseerd, kreeg de firma Burg een kolossale bedrijfs ruimte van circa vijftien meter breed en rond honderd meter diep. De heer Atze Burg, die als zoon de oprichter opvolgde, werd op zijn beurt weer opge volgd door de derde generatie Burg, ook weer een Roelof. In diens tijd werd het voorge deelte aan de Nieuwestad aan derden verhuurd en kwam het gezicht van de zaak aan de Bagijnestraat te liggen. De heer Burg, die al langer dan acht jaar deel uitmaakt van de Leeu warder gemeenteraad, heeft geen opvolgers - dat is ook een van de redenen de zaak nu te liquideren. Ook verdwijnt de oude, gere nommeerde herenmodezaak "In de Vergulde Hoed" van Van der Kam aan de Wirdumerdijk. De familie Van der Kam, ons Kleine Krantsje schreef dat al eerder, is tweehonderd jaar ac tief geweest aan het modefront. Een zeldzame zaak, want er zijn maar weinig winkelbedrij ven, die zich honderd jaar kun nen handhaven, laat staan, dat een en dezelfde familie twee eeuwen met eenzelfde artikel actief kan zijn. De in 1917 geboren Marten van der Kam vestigde zich aan de Wirdumerdijk, waar hij als een passend herkenningsteken een grote vergulde hoed aan de gevel hing. Een van de drie zoons van Marten of Max, Jo- Jakob Vellenga Ontmoeting In een van mijn vorige Varia's Leovardia heb ik melding ge maakt van de negentigste ver jaardag van Dirk Steenbergen, de vroegere voetbalcrack. Dat verhaaltje heeft een verrassen de reactie opgeleverd en wel van een eveneens in Leeuwar den wonende abonnee, die in z'n jonge jaren nog samen met Steenbergen heeft gespeeld. Van Henny Kretschman name lijk, die te kennen gaf Dirk Steenbergen nog graag eens te willen ontmoeten. De heer Kretschman, met z'n een en negentig jaar nóg ouder dan Dirk Steenbergen, komt de deur niet zo makkelijk meer uit en daarom heb ik voor beide heren een ontmoeting kunnen arrangeren in het Erasmus- hiem, waar Henny Kretschman nu woont. Het werd, na zoveel jaren, een blij weerzien, waarbij er natuur lijk allemaal mooie herinnerin gen werden opgehaald. "Weet je nog wel zus?" en "Weet je nog wel zo?" Beide heren wa ren erg blij elkaar nog weer eens te hebben gezien. Aardigheidje Even een klein aardigheidje. Ik las deze tekst, ergens in de binnenstad: "De eerste steen gelegd door Jouwert Bouma 18 mei 1890". Maar waar precies? Wie het me kan vertellen dingt mee naar een exemplaar van het boekje "Populaire Leeuwar ders". "Ja meensen, onthou dit goed, er is mar één Leewadden". Dat was de treffende tekst, waar mee de heer J. T. Vellenga in de trouwzaal van het voormali ge Stadhouderlijk Hof na het voltrekken van z'n 5200e huwe lijk afscheid nam als ambtenaar van de Burgerlijke Stand. Een Leeuwarder in hart en nieren dus, die Jakob Vellenga, maar dat wisten we natuurlijk al lang. Hij heeft er nooit een geheim van gemaakt met een bijzonde re band verbonden te zijn aan de stad, waar hij zeventig jaar geleden werd geboren. Het bereiken van die zeventig ste verjaardag, in september al, bracht als consequentie met zich mee, dat hij zou moeten stoppen met het vervullen van zijn laatste openbare functie: het met een passende plechtig heid in de echt verbinden van bruidjes en bruidegommen. Zes en dertig jaar geleden, in november 1954, begon hij daarmee en om het werk netjes af te maken, hield hij er dus nu na exact 5200 huwelijksvoltrek kingen mee op. In mijn onno zelheid dacht ik nog even, dat dit best eens een landelijk re cord zou kunnen zijn, maar in de grotere steden schijnen er huwelijksambtenaren rond te lopen, die dagelijks aan de lo pende band aan het voltrekken zijn. Met als gevolg, dat die makkelijk nog veel hogere aan tallen bereiken. M'n goede vriend Jakob Vellen ga heeft een respectabele staat van dienst opgebouwd, zowel in de lokale als in de provincia le en landelijke politiek. Acht en twintig jaar was hij - voor dc- P.v.d.A - lid van de Leeuwar der gemeenteraad, twaalf jaar was hij, tijdens het bewind van de burgemeesters Van der Meulen en Brandsma, wethou der. In die tijd is hij fractievoor zitter geweest en viermaal was hij lijsttrekker voor zijn partij. hannes Reijn, ofwel Joost, ge boren in 1947, zette de voorva derlijke traditie voort. En daar zal nu dus ook een eind aan komen; als zoveel ou dere echte Leeuwarder bedrij ven, verdwijnt ook De Vergulde Hoed uit het beeld van de stad. Helaasmag je wel zeggen Tenslotte is er sprake van dat de zaak in comestibles van Ten Kampe, pal tegenover Van der Kam aan de Wirdumerdijk, eveneens verdwijnt. De Ten Kampe's hebben vijf en zeven tig jaar in dit bedrijf gezeten. Eerder zaten de dames Boots- ma in deze zaak, maar zeker tweehonderd jaar geleden moet er in dit pand op de hoek van de Ayttasteeg ook al een krui denierszaak zijn geweest. Ook in dit geval is het dus een oeroude traditie, waaraan jam mer genoeg een einde komt.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1991 | | pagina 9