WONDERLIJKE REIS METEENVIGELANTE ARTISTEN BIJ SIP CASTELEIN TELEFOON VOOR JOU. UIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM 'T KLEINE KRANT5JE IN DE TIJD VAN DE PAARDEKRACHT VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 11 ters begon onder de naam Mr. Rodi als sneltekenaar; trad veel op de boten van de Holland- Amerika-lijn op. Toen de Bio scoop Theater Tuschinski in 1921 geopend werd, trad Rodi Roeters als tussennummer op en in het bijbehorende cabaret La Gaité. Hier voor mij ligt het programma uit 1921, prachtig uitgevoerd in Jugendstil met een danseres. Voor in het pro gramma een kleurenfoto van de lounche met het prachtige gekleurde geknoopte Marok kaanse tapijt, dat onlangs pas vervangen is. Ook Fientje de la Mar wordt in het programma genoemd en Mr. Rodi deftig als caricaturist. Ja er traden wel 1e-klas artis- ten en artistes op bij Sipke Castelein. Nu hoop ik maar, dat de ge plaatste foto duidelijk is. Hier staat Rodi Roeters tijdens een openluchtvoorstelling en tekent (sneltekent) de dichter-zanger J. Speenhoff senior, die men ook duidelijk met zijn puntbaard herkent. De dochter Nel Roe ters heeft de traditie van haar vader voortgezet en treedt nu nog als sneltekenares op! Leeuwarden Ritsko van Vliet senior Historisch Variété Archief Heel lang geleden, het was nog in de tijd van de paardekracht, moest een groepje Leeuwar ders naar Stiens voor het bren gen van wat "winterjoune- nocht". Dat waren het bestuurslid van Ten Kate, Jan van der Werf, die daar zou voordragen en drie jonge ke rels, die hem muzikaal zouden begeleiden, de violisten Willem Klomp en Piet Sinnema, de cel list Leendert Sinnema en de pianist Meine Kaastra. De reis er naar toe werd ge maakt met een vigelante van een bekende stalhouder uit de stad. Helaas konden daar maar vier mensen in, zodat een van de vijf met de fiets moest vol gen. En jammer was het ook, dat een van de portieren van het rijtuig niet bleek te sluiten - dat moesten de passagiers tij dens de gehele reis dus vast houden. In Stiens gearriveerd begaven de Leeuwarders zich naar de bovenzaal, terwijl de koetsier zich wel in de gelagkamer zou vermaken; hij wou daar het ein de van het optreden van de he ren afwachten. De terugreis werd dus ook weer met de vigilante gemaakt, maar helaas: de koets was nauwelijks onderweg of het peerd bleef als een ezel staan. "Mankeert er wat aan, koet sier?" vroegen de inzittenden. Maar de koetsier gaf geen ant woord. Piet Sinnema, de man, die volgde op de fiets, besloot toen het paard bij de bek te nemen en inderdaad lukte het hem de zaak weer op gang te krijgen. Maar even later bleef het peerd verdorie alweer stokstijf staan. "Mankeert er wat aan, koet sier?" Weer geen antwoord. Andermaal pakte Piet Sinnema het paard bij de bek en ja hoor, daar ging het weer. Tot de inzittenden tussen Brit- sum en Cornjum de schrik van hun leven kregen, toen de vigi lante plotseling de berm in schoot en pal voor een sloot tot stilstand kwam. Ijlings vlogen onze stadgeno ten met hun instrumenten naar buiten, uiteraard met de nodige krachttermen in de richting van de koetsier, die roer- en spra keloos op de bok bleef zitten. Ook nu nam Piet Sinnema het dier weer bij de bek, maar niet zodra stond de koets weer op de rijweg, of die knol zette de sokken erin en vloog met een rotgang..richtingStiens! Er zat toen voor de achterge bleven passagiers weinig an ders op, dan te voet naar huis te gaan - een hele tippel nog. Zo kwamen zij in het holst van de nacht in Leeuwarden terug, waar zij het niet anders dan be hoorlijk achtten de vrouw van de koetsier te gaan waarschu wen wat er was gebeurd - zij zou zich over haar nog steeds niet teruggekeerde echtgenoot ongerust kunnen maken. Dus trokken zij bij haar aan de bel, eenmaal, tweemaal, drie maal. Tot de deur op een zui nig kiertje openging en de he ren hun verhaal konden doen. En van wat ze toen te horen kregen kwamen ze perplex te staan. "Och heden, da's oud nijs," zei de vrouw, "dat he'k al su vaak metmaakt." En pats - daar ging de deur dicht. Er zijn mensen, die maar geen kans zien om ergens op tijd te komen. Ondanks de goede wil komen ze overal te laat, er helpt geen lieve moedertje aan. Zekere stadgenoot Tj. van der Z., een onderwijzer, kwam "al tijd" te laat op school, tot ver maak van de leerlingen, maar tot ergernis van de andere leer krachten, die hem vaak genoeg op zijn tekortkoming wezen. Tenslotte spraken twee van zijn collega's de heeren F. de B. en D. van der M. af, dat ze Van der Z. toch eens te pakken zouden nemen. Toen die weer eens hijgend en proestend het schoolplein be trad, gaf de een met een hand gebaar een seintje, dat de col lega in aantocht was, waarna de ander snel een telefoon nummer draaide. 'Telefoon voor jou" was dan ook het eerste, wat de heer Van der Z. te horen kreeg, toen hij de gang opstormde. En aardig achter adem nam hij de hoorn ter hand. "Met wie?" zei hij nog. "Bij de gongslag is het negen uur vijf" klonk het nuchter. Nu eens een reuzensprong ma ken naar het jaar 1941. Deze keer geen foto uit de plakboe ken van Pension Hager, maar een van de beroemde gooche laar en sneltekenaar Rodi Roe ters. Op een avond in het koude voorjaar van 1941 zag ik hem in "Spoorzicht". In de krant las ik de bekende advertenties van "Spoorzicht", omgeven door zwarte blokjes, een soort her kenningsteken, en wat las ik daar - er zou een goochelaar optreden. Nu moest ik altijd op maandag avond naar de Ger. Jongelings vereniging wat wel tot half twaalf duurde, en men mocht toen nog tot twaalf uur op straat, ik dacht, dat is mijn kans. Niemand van de daar aanwezige leden kwam bij mij thuis, en kon dus niets verra den, want dit mocht men thuis nooit weten. Als ik dan zie wat tegenwoordig allemaal kan en mag, dan waren wij nog een soort heiligen. En wat zag ik, met mijn slecht geweten, een charmante man in smoking, die de prachtigste goocheltoeren deed. Geld uit de lucht plukken; de munten kwamen in een champagne- koeler. Nu bezit ik meerdere van deze apparaten. Toen, in de oorlog, was men rijk, als men als goochelaar zoiets be zat. In 1939 begonnen, genoot ik met volle teugen, ook van een glaasje port, wat toen naar vijftig cent kostte. Als tweede nummer trad Rodi Roeters als sneltekenaar op, in een soort costuum, dat Rem brandt gedragen moest heb ben. Prachtig. Het publiek mocht een paar kruisjes op het bord zetten, en dan zeggen wat er getekend moest worden. Men koos voor twee wielrijders (hardfietsers zeiden wij in die tijd!), die met elkaar in botsing kwamen op de wielerbaan. Prachtig wat Rodi Roeters daar van wist te maken. Na zijn laat ste optreden was het al laat en ik spoedde mij te voet door de late sneeuw naar huis, waar ie dereen al in diepe rust was. Wat ben ik achteraf blij, dat ik soms zo gezondigd heb en deze dingen niet gemist heb, want van deze uitgaanswereld is niets meer over! Rodi Roe- Op deze prentbriefkaart uit Grootmoeders Ansichtenalbum is de 1e Korte Houtstraat afgebeeld, een straat in het vroegere IJsbaankwartier. Van alles wat we hier zien staan er nu geen twee stenen meer op elkaar. Alleen al wat oudere Leeuwarders kunnen nog een herinnering hebben aan deze hoek van de stad, die eens zo volkrijk was. Wie de uitgever van deze kaart is geweest weten we niet: behalve die geschreven tekst op de voorzijde komt er geen letter op voor.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1991 | | pagina 11