WAT EEN DORADO VOOR DE JEUGD. DRIE GENERATIES DIE OP DEZELFDE DAGVERJAREN Uit grootmoeders ansichtenalbum 'T KLEINE KEANTSJE BIJ 'T BAGIJNEKLOOSTER FRAPPANT VERHAAL VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN Een netwerk van steegjes en straatjes en een stel krakemik- kige krotwoninkjes - dat was het, wat er ooit gelegen heeft in het grote vierkant, dat nog altijd omsloten wordt door de beide Kerkstraten, de Bagijnestraat en de Bollemansteeg. In het hartje van onze oude binnen stad dus. Niets, maar dan ook niets van het vroegere staat daar nu nog overeind, maar eens was het hier een dorado voor de spe lende jeugd. Want nergens in Leeuwarden kon je zo fantas tisch verstoppertje en kariantsje spelen als op deze plaats, die tal van mogelijkheden bood om te vluchten voor achtervolgers en om je onzichtbaar te maken voor wie je zocht. Het hoofdstraatje van dit won derlijke wereldje was het Bagij- neklooster, waarvan de huisjes al voor de eerste wereldoorlog onbewoonbaar waren ver klaard, maar die tientallen jaren later toch nog altijd onverklaar baar werden bewoond. Van hier liepen er smalle steegjes, liepen er duistere doorgangen in alle richtingen. Zodat je bijvoorbeeld kon weg vluchten naar de Bolleman steeg door de Kalksteeg, naar de Grote Kerkstraat via de Ro- chebrunesteeg en naar de Ba gijnestraat door verschillende sluipwegen, die nimmer de eer te beurt gevallen waren onder scheiden te worden met een naam. Direct buiten een steenworp af stand van het Bagijneklooster was het dan nog mogelijk vluchtend verder te komen door het Hofstraatje en het daaraan grenzende buurtje met de won derlijke naam De Zak of naar de Kaatsbaan in de Bagijne straat, waar later een achteruit gang van het politiebureau ont stond. Geen wonder dus, dat ouwe krakepitten, die hier zelf heb ben gespeeld, de mond nu nóg vol hebben van de geneugten van hun kinderspel bij deze ge zegende plaats. Van de bewoners uit deze om geving, eens markante stadge noten in hun jonge ogen, zullen velen zich de bekendsten nog wel herinneren. Zo had je daar, op de hoek van de Kalksteeg, de weduwe De Vries, die Turf- brietje werd genoemd en die een klein snoepwinkeltje had, waarin zij raison van een cent of een "nutske" de heer lijkste spinnekoppen verkocht. Haar grote concurrente was "Moeke Castelein", die niet in de Kalksteeg woonde, maar haar handel dreef in De Zak, precies aan de andere kant van de Bollemanssteeg, welke straat de twee neringdoenden als een niemandsland van el kaar gescheiden hield. Moeke Castelein had "een piepke inne keel" - wanneer ze wat zou zeggen drukte ze haar hand op de keel, voor haar jeugdige klantjes altijd weer een verras send gebaar. En dan had je daar, niet te ver geten Gladder, de ijsoman! Die kwam oorspronkelijk uit de Am sterdamse Jordaan, maar hier maakte hij zelf zijn ijsjes en om ze ook zelf "aan de man" te brengen, 's winters koud en 's zomers warm", zoals oude ve teranen uit deze omgeving ons wisten te verzekeren. pagina 11 In ons decembernummer brachten wij het frappante verhaal van drie generaties Leeuwarders die geboren waren op dezelfde dag in het jaar: de jongste zag het levenslicht op de verjaardag van zijn pa en, waarempel, deze gelukkige jonge vader was óók geboren op de dag, dat zijn vader jarig was! De familie, waarin deze toevalligheden zich voordeden was die van Feddema. Simon Feddema, indertijd werkzaam bij Van Gend en Loos, werd op de vijftiende februari 1892 vader van een zoon, die Wiebrand werd genoemd. Exact op zijn een en twintigste verjaardag, op de vijftiende februari 1913 dus, kreeg deze Wiebrand Feddema, die het kappersvak koos, ook weer een zoon, die de voornaam van zijn opa kreeg: dat werd dus weereen Simon Feddema. Zo waren er dus drie generaties Feddema, Simon senior, Wiebrand en Simon junior, jarig op dezelfde dag - een grote zeldzaamheid dachten wij. Zelfs is het bijna zover gekomen dat, notabene, ook de vierde generatie op die heugelijke vijftiende februari ter we reld kwam, maar toen de kleine Wyb Feddema zich aan diende hing het blaadje van de achttiende februari op de kalender-die was dus gewoon drie dagen te laat. Tot onze grote verrassing kregen wij op dit toch sterke verhaal van de Feddema's een reactie van onze abonnee mevrouw J. Brussee uit de Warmoezenierstraat, die ons vertelde, dat een zelfde situatie zich in haar familie heeft voorgedaan! Toen deze mevrouw Brussee-Zondervan op de drie en twintigste november 1950 werd geboren, gebeurde dat op de twee en twintigste verjaardag van haar moeder, me vrouw Zondervan-Schiphof, die nu in de Boomgaardstraat woont. En, hoe is het mogelijk, toen mevrouw Brussee zelf negen tien jaar werd, op de drie en twintigste november 1969, kwam haar dochtertje Corina ter wereld! Ook hier dus drie generaties, die op een en zelfde dag verjaren. Zouden er, zo vragen we ons nu nieuwsgierig af, nog meer families zijn, die dit kunnen zeggen en.zou het zo kunnen zijn, dat er een familie bestaat met vier genera ties, die allen op dezelfde dag in het jaar het levenslicht aanschouwden? Het lijkt haast uitgesloten, maar ja, wie weet. Op deze curieuze prentbriefkaart uit Grootmoeders Ansichtenalbum zien we de Sint Dominicuskerk aan de Harlingerstraat in aanbouw. Het middenstuk, het schip van de kerk, is al zo goed als klaar en de kleine toren rechts nadert z'n voltooiing. Maar de grote toren links moet nog helemaal worden opgetrokken: de beoogde hoogte van zeventig meter is nog lang niet bereikt. De eerste werkzaamheden voor het bouwen van deze nieuwe Sint Dominicus begonnen in October 1935, de steenlegging vond op de eerste maart 1936 plaats en de plechtige inwijding geschiedde op de Paasmaandag van

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1993 | | pagina 11