'T KLEINE KRANTSJE REKLAME DICKVANDERHEIJDE JR JENTSJE TIT WAS EENS HEEL BEKEND VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina '15 adviesbureau voor reklame en publiciteit jozef israëlsstraat 6-10 058-124984 Gevonden op de Nieuweburen en op het politiebureau gedeponeerd door een dochtertje van Korbijn, een geel- leêren portemonnaie met 6 cents. Door de politiedienaren Ynia, Van der Heide en Bakker aan de wacht gebracht: Jitze Haisma, oud 19 jaren, bakkersknecht, wonende Werkmanslust, die in beschon ken toestand zich bevond in de woning van den Heer Burgemeester Engelman in het Zaailand. De politiedie naar Bakker werd geroepen door een zoontje van den Heer Engelman. Ten diens huis gekomen, deelde de Heer Engelman hem mede, dat, terwijl de voordeur openstond, de persoon in kwestie de trap opgekomen en de kamer was binnengegaan, zeggende verkeering met de meid te hebben. De Heer Engelman heeft toen de man zoolang vastgehouden, tot Bakker kwam. Bij het overbrengen naar de wacht waren er in het Ruiterskwar- tier een paar onbekend gebleven personen, die Bakker den arrestant trachtten afhandig te maken, waarop Ynia en Van der Heide, na door een onbekend persoon te zijn gewaarschuwd, den arrestant toen met Bakker aan de wacht hebben gebracht. 14 jaren, wonende Boterhoek, 3 zwervels heeft afge schoten, Louis Posthumus, oud 14 jaren, wonende Groe- neweg 1. Genoemde politiedienaar zal tegen deze 2 jongens proces verbaal, opmaken. (Sjoerd de Bruin heengezonden). Aan B. Spiegelhaak is tot dinsdagmorgen verblijf ver strekt bij den slaapsteehouder Brugman, omdat hij zon der geld of onderdak en bovendien zeer slecht ter been zijnde, met de Pinksterdagen niet in dien toestand door de stad kon loopen. Dokter Geerlings deelt telefonisch mede, dat het dienst meisje J. Z. van de schipper van de E. P., die onlangs zelfmoord heeft gepleegd, wonende aan boord van het vrachtschip "Spes Mea", gemeerd liggende aan het Noordvliet, thans zelf een poging heeft aangewend om zelfmoord te plegen door vanaf het schip in het Vliet te water te springen. Op haar hulpgeroep echter is zij ter stond door eenige personen, die zich toevallig in de nabijheid bevonden, op het droge gebracht. Onmiddellijk levensgevaar is niet aanwezig. De rechercheur Zijlstra rapporteert, dat hij op last van de S.S. heeft aangehouden en overgebracht naar de Dienststelle Mannus Woudstra, geboren te Leeuwarden 4 april 1884, koopman, wonende aan de Spanjaardslaan nummer24a. Door politiedienaar Kruit aan de wacht gebracht Albert Alberts, oud 45 jaren, geboren te Groningen, 1 Mei uit de koloniën ontslagen, van beroep arbeider. Hij zat dron ken in de Grote Kerkstraat op een stoep. Gevonden en in bewaring gehouden door een zoontje van notaris Ottema, wonende Voorstreek, een bankbiljet ad f 25,-, 't welk lag voor de woning van den bakker R. Ypes aan de Voorstreek. Politiedienaar T. Stevan brengt aan de wacht: Douwe Bouke Wagenaar, oud 13 jaren, wonende Wirdumerdijk, Johan Kalverboer, oud 13 jaren, wonende Tweebaks- markt en Pieter Dijkstra, oud 14 jaren, wonende Wirdu merdijk, die baldadigheid gepleegd hebben voor en in de woning van den koffiehuishouder Becker aan de Nieuwe- stad, waardoor een tafeltje is gebroken. Door politiedienaar Wigboldus aan de wacht gebracht Sjoerd de Bruin, oud 16 jaren, geboren en wonende alhier, Nieuweburen, als verdacht van het schieten met zwervels op de Voorstreek. Bij onderzoek blijkt, dat hij er wel bij tegenwoordig was, doch dat Haije Franzen, oud Frans Lammers, 42 jaar, leraar in Fransch, Duitsch en Engelsch, wonende aan de Tuinen 6, doet aangifte, dat een houten reclamebord van den muur van het door hem bewoonde perceel is ontvreemd. Door den agent Bloemsma worden op het bureau gede poneerd drie in de Duitsche taal gestelde pamfletten, door hem gevonden in de Engelschestraat en aan de Noordersingel, welke vermoedelijk door een Engelsch vliegtuig zijn uitgeworpen. De agent Huisman rapporteert dat 5 onbekend gebleven Duitsche militairen, die onder drankinvloed verkeerden, op den Harlingerstraatweg bij den brugwachter Zijlstra drie ruitjes hebben vernield, terwijl zij een bord van de Duitsche Weermacht bij de Pier Panderstraat hebben afgerukt. Een heel bekend stadstype in het oude Leeuwarden is een man geweest, die de meeste stadgenoten alleen maar onder zijn bijnaam kenden. Iedereen immers wist wie er met Jentsje Tit werd bedoeld - maar weini gen wisten, dat hij in werkelijk heid Van der Meulen heette. En dan ook nog niet eens Jen- tje van der Meulen, maar Ane, Ane van der Meulen. In z'n jonge jaren heeft hij als veedrijver de kost verdiend, la ter ging hij met negotie langs de deuren. Vreemd was het, dat hij dan dikwijls ergens op straat ging zitten om zijn cen ten te tellen - als een kiene koopman, moeten we maar denken, hield hij zijn financiële reilen en zeilen in de gaten. Vanzelfsprekend hebben velen zich afgevraagd hoe Jentsje Tit aan die bijzondere bijnaam kwam en er waren Leeuwar ders, die daar wel het fijne van wisten. Als kind - zeiden zij - was Jentsje heel lang bij zijn moeder aan de borst gebleven; niet alleen in zijn babytijd dus, maar ook als kleuter en zelfs als een flinke belhamel. Het moet soms wel gebeurd zijn, dat hij bij zijn moeder aan de borst lag, met, notabene, een brandende sigarenpeuk in" de hand. Er waren ook stadge noten, die wisten te vertellen dat Moeke van der Meulen haar zoontje soms de keus liet: "Wat wuust hewwe, een bitsje tit of een eindsje segaar?" En dan kon het gebeuren - al dus deze insider - dat Jentsje zowel op melk als op nicotine werd getrakteerd. Dit alles is natuurlijk al heel, heel lang geleden, want toen Ane van der Meulen in 1935 stierf, was hij tweeëntachtig jaar oud. Zijn jeugdjaren lagen dus even na het midden van de vorige eeuw.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1993 | | pagina 15