'T KLEINE KRANTSJE
Oeroud nieuws uit de
Stads- en Dorpskroniek
van dr. G. A. Wumkes
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 6
H. S. Heymans, estrikbakker op het Vliet te Leeuwarden, vraagt
een estrikvormer. Gedrukt bij A. Ferwerda te Leeuwarden: "Be
schouwende en werkdadigen Hovenierskunst door J. H. Knoop,
prijs f6,50. (1760)
Verkocht een heerlijke huizinge bij de Put te Leeuwarden, be
woond bij de Oud Raad en advocaat E. M. van Burmania over de
Cancellarij, geboden 4026goudgl. 1763)
D. Benoist, tapissier te Leeuwarden, beveelt zijn behangsels aan
om geheele vertrekken uit één stuk te behangen, voorstellende
Zwitsersche landschappen, Romeinsche bosschen, bergwerken
met watervallen, tempels en ruines. (1807)
Een rijksbrievenbesteller onderhoudt een dagelijksch briefverkeer
van Leeuwarden met Weidum, Jorwerd, Baard, Oosterlittens, ter
wijl de brieven der omliggende dorpen te Weidum en Oosterlittens
aan een besteller worden afgegeven, tegen betaling van 2Vz cent
voor ieder half uur. (1851)
Ds. Statius Muller te Leeuwarden debatteert met voerman H. Meij
er voor een enorme schare in de Lutherse kerk over theologische
vraagstukken. Daar de laatste niet te overtuigen is, vraagt de
predikant of iemand anders nog iets tegen zijn leer had, waarop
velen met luider stem antwoordden: "Neen, wij allemaal hebben
niet het allerminste tegen Dominé's leere". Alleen de kleermaker
K. Barmond verklaarde 't met Meijer eens te zijn. Toen de kerk
uitging werd Meijer geschopt en geslagen en onder geleide van
duizenden menschen weer naar huis gebracht. (1754)
Tjebbe Lieuwes uit Ureterp door het Hof infaam verklaard wegens
trouwbeloften en het aangeven van huwelijksproclamatiën, eerst
met Griet Harmens en daarna met Janneke Hinnes en geordon
neerd zich te onthouden van het verkeer met de laatste en om de
verdere huwelijksproclamatiën met dezelve niet te laten doorgaan.
(1729)
Bloedig gevecht met luiwagens en knuppels te Wons om het bezit
der Hervormde Kerk. (1887)
Bauke van der Weijde, vleeschhouwer in de Nieuwe Steeg te
Leeuwarden, laat trommen een extra vette os, zoo cierlijk van
hoornwerk als er in Jaren een gezien is, zijnde door grietman
Rengers van Wijmbritseradeel aangezet en geweid. 1764)
Isaak Jozeph Levy in de Kleine Kerkstraat te Leeuwarden oefent
bijna twee jaar het vak uit van diamantslijper. (1761)
Aanbesteding van het repareren der paardenwedden bij de Hoek-
ster- en Vrouwenpoorten te Leeuwarden. (1819)
Het echtpaar Ravel voert in de Schouwburg in het Ruiterskwartier
te Leeuwarden excercitiën uit op het gespannen koord en geeft
ballets en Italiaansche pantomimes, uitgevoerd door kinderen van
vijf tot acht jaar. (1821)
Dettie Jacobs te Franeker van de R. K. -religie heeft op een spot
tende wijze over het H. Avondmaal der Gereformeerden gespro
ken en is deswege gestraft met twee jaar tuchthuisstraf. 1734)
Groote botsing in Franeker tusschen de volksmenigte en de stu
denten wegens den Zwitserschen student D. Koenig, die zich zeer
onvoorzichtig over 's lands zaken had uitgelaten. De gemoederen
raakten zoo in gisting, dat men hem het huis uitsleurde en naar de
akademiebracht. (1747)
Student Koenig te Franeker door het Hof tot een aanzienlijke
geldboete veroordeeld. (1747)
Professor IJpey te Franeker neemt een komeet waar, te midder
nacht, boven aan de knie van den Orion. 1760)
Een Bolswarder vertrekt 's morgens te vijf uur op schaatsen uit
Den Haag en arriveert denzelfden dag te half zeven in Leeuwar
den. (1763)
M. van der Veen te Leeuwarden verkoopt tabak in halfponden met
het wapen van De Witte Beer, dat ten zijnen huize uithangt. 1775)
Friesland wordt bezocht door een muizenplaag. Op één stuk land
van IJ. Veldhuis te Jutrijp, groot 2/z bunder, worden elfduizend
gevangen; in sommige nesten zijn twintig jongen. (1847)
Verkoop van schilderijen van beroemde meesters bij Hendrik
Strick, boekverkooper te Leeuwarden. Ds. St. Muller verklaart in
de Leeuwarder Courant, dat J. Datz een eerlijk man is en waar
schuwt geen malitieuse interpretatie van zijn woorden te maken.
(1753)
In een publieke vergadering te Leeuwarden wordt besloten een
nieuwe beurs te stichten op den Wirdumerdijk, ter plaatse waar de
heer Simon woont. (1852)
ADRESWIJZIGINGEN ALLEEN SCHRIFTELIJK
NAAR: ABONNEMENTENADMINISTRATIE
'T KLEINE KRANTSJE, POSTBUS 858 - 8901 BR LEEUWARDEN
Om te beginnen eerst een ci
taat uit "Huizumer herinnerin
gen" in 't Kleine Krantsje van
21 januari 1984. Hierin maakt
de schrijver A. Z. omzwervin
gen door de Huizumerlaan.
Deze begint hij bij het Tjallinga
Weeshuis en gaat richting
Schrans:
"We komen na het huis van de
familie Visser twee gelijksoorti
ge huizen tegen. In een ervan
woonde later de inspecteur van
het lager onderwijs, de heer L.
Welling. In het andere huis
woonde meester Bijl met zijn
gezin. Twee huizen verder de
familie Jongma. Zij hadden een
tuinderij. Als je daar met etens
tijd langs kwam, zag je een
grote schare kinderen rondom
een lange tafel zitten. Speel-
contact hadden we er niet mee.
Misschien omdat ze in de stad
naar een katholieke school gin
gen?"
Dit citaat, de situatie in de Hui
zumerlaan beschrijvend rond
1925, is typerend voor deze tijd
wat betreft de verzuiling van de
gezindten. De verzuiling was
dermate verregaand, dat men
buiten de gezindte heel weinig
kontakten had. In feite zat elke
gezindte in een isolement en
zocht dat ook. De protestanten
en de in aantal steeds toene
mende niet-kerkelijk-gebonde-
nen merkten daarvan weinig
omdat zij grote groepen in de
samenleving vormden. Iedere
groepering koos de school met
zijn eigen identiteit, deed zo
mogelijk alleen maar zaken met
geloofsgenoten, en besteedde
de vrije tijd bij voorkeur niet in
gezelschap van andersdenken
den. De katholieken vormden
een minderheid en hun actiera
dius voor contacten met ge
loofsgenoten was dan ook be
duidend groter dan in de
omgeving: veelal gingen die
contacten richting de stad, om
dat daar de katholieke kerken
en scholen stonden.
Waarom eerst dit verhaal? Wel,
dit heeft alles te maken met de
wijze van handelen rond het
ontstaan van de R.K. kerk en
scholen te Huizum. In het begin
van de jaren '30 hebben leken
de belangrijkste stoot tot de op
richting hiervan gegeven. Van
uit de kiesvereniging van de
R.K. Staatspartij werd hiertoe
een kommissie in het leven ge
roepen, bestaande uit de heren
Hogema, Kamsma, Kamstra,
Heeger en Jongma. De laatste
was voor deze partij lid van de
gemeenteraad van Leeuwarde-
radeel. Deze kommissie heeft
bij kerkelijke en burgerlijke
overheden van verschillend ni
veau deze bouw bevochten en
onder de R.K. bevolking van
Leeuwarden en omstreken gel
den ingezameld voor de aan
koop van de grond en bekosti
ging van de aanloopkosten van
dit project.
GEEN PUBLICITEIT
Men zocht in deze niet de pu
bliciteit omdat men van oordeel
was dat de bouw van een der
gelijk rooms bolwerk in een ge
meente met een overwegend
protestantse en onkerkelijke
bevolking op zijn minst een om
streden zaak was.
In februari 1932 beëindigde Jan
Kaastra zijn kwekerij. Dit land
lag achter twee woningen, Hui
zumerlaan 21 en 23, die wat
verder naar achteren waren ge
bouwd, met prachtige lindebo
men ervoor. Deze woningen
zijn later afgebroken. Johannes
Jongma kocht van hem de
grond en nam voor tweehon
derd gulden de bedrijfsinventa-
ris over. In werkelijkheid was hij
niet de koper, maar stroman
voor de St. Bonifatiusparochie.
Deze was in deze transactie de
werkelijke koper met de bedoe
ling om op dit perceel de nieu
we R.K. kerk en scholen te
bouwen. Voor de openbaarheid
gold dat de Jongma's deze
grond in gebruik namen zoals
al vaker met bedrijfsovernamen
gebeurd was. De agrarische
bestemming van dit perceel
was echter maar tijdelijk. Jo
hannes Jongma betaalde in
1932 en 1933 huur voor dit
"kerkeland" aan de St. Bonifati
usparochie. Al deze geheimen
bleven binnenskamers en wer
den slechts aan de administra
tie toevertrouwd, aan niemand
anders.
In 1933 kwam de zaak pas in
de publiciteit toen in zaal Tivoli
aan de Huizumerlaan de bouw
plannen gepresenteerd werden.
Door deze wijze van handelen
wist niemand, ook verkoper Jan
Kaastra niet, iets van de be
doelingen van de aankoop van
grond in 1932 en werd daar
mee wellicht veel geharrewar
om kerk- en geloofszaken voor
komen.
In de loop van 1933 werd met
de bouw van de kerk begon
nen. In januari 1934 werd de
eerste steen door deken Vaas
gelegd. Ondanks de snerpende
koude was dit getuige de foto's
een luisterrijke plechtigheid:
een "dienst met drie heren" -
in katholieke kringen is zulks
geen alledaagse gebeurtenis -,
en een grote opkomst met enig
vlag- en vaandelvertoon.
In augustus 1934 werd de kerk
ingewijd en in gebruik geno
men.
Wolvega
Wil Jongma
De eerste steenlegging van de Sint Johannes de Doperkerk. Op de verhoging bouwpastor Tepe. Als
dienstdoende geestelijken op de voorgrond rector Broer Jongma, op de achtergrond (met boek)
deken Vaas. Links op de voorgrond architect Arjen Witteveen.