WIE DENKT ER NOG AAN HET VOLK DAT HET MAAKTE? HET CAFE "VICTORIA" DODELIJKE BOTSING BIJ DE WAAG pagina 9 Wanneer Cambuur thuis tegen Ajax speelt, tegen Utrecht of PSV of tegen welke andere tegenstander ook - zou er dan wel één van de duizenden toeschouwers zijn, die ook maar een moment denkt aan de arbeiders, die het terrein waarop wordt gespeeld, indertijd hebben aangelegd? Nou, reken maar van niet, want zo gaat het natuurlijk nooit: wij aanvaarden de situaties, zoals ze zijn, maar we verdiepen ons niet of nauwelijks in de omstandigheden waaruit ze ontstonden. Dat Cambuurstadion dus. Het home van de mannen, die nu onze stad vertegenwoordigen in de hoogste regionen van de vaderlandse voetbalcompetitie. Hoe lang ligt dat er al? Wie wa ren het, die het hebben ge bouwd, die de velden, welke er toe behoren, hebben aange legd? De laatste vraag moeten we onbeantwoord laten; op de eer ste weten we het antwoord wel. Het Cambuurstadion, aanvan kelijk aangeduid als "het Leeu warder Sportpark", is nog voor de Tweede Wereldoorlog ont staan. In september 1932 werd Een verschrikkelijk ongeluk heeft zich ooit voorgedaan bij de Oude Waag,toen daar twee fietsers met elkaar in botsing kwamen, waarbij een van hen met zijn hoofd tegen het Waag gebouw werd gekwakt. Het ge beurde in 1918 op een mo ment, dat er een rij tenten stond opgesteld. Een van de wielrijders, een zekere C. Bren- ninkmeijer, een militair, reed door de nauwe doorgang tus sen de tenten en het Waagge bouw, toen van de andere kant de gardenier S. ter Horst na derde. Een botsing was niet meer te vermijden en de heer Ter Horst, kreeg zo'n klap, dat hij met het achterhoofd tegen het Waaggebouw werd geslagen. Omstanders droegen hem de apotheek van Alberda binnen, maar dokter De Jong, die snel ter plaatse was, kon niet an ders dan de dood constateren. Het slachtoffer, zeven en dertig jaar oud, liet een vrouw en een zoontje achter. met de werkzaamheden een begin gemaakt; pas vier jaar la ter, in september 1936, konden de sporters het nieuwe park in gebruik nemen. NOG GEEN STADION Over een 'stadion' werd toen nog niet gesproken - de aan duiding "sportveld Cambuur" vonden de Leeuwarders aan vankelijk nog duidelijk genoeg. Overigens bestond de sportclub Cambuur toen ook nog niet - de clubs die het eerst van de nieuwe accommodatie profi teerden, waren Leeuwarden en Frisia en RAP. Als eerste klas- ser had de voetbalvereniging Leeuwarden een voorkeurspo sitie boven de tweede klasser Frisia - zouden beide vereni gingen op dezelfde zondag een thuiswedstrijd hebben, dan mocht Leeuwarden het hoofd- veld bespelen en werd Frisia naar het eerste van de drie bij- velden verwezen. En RAP was een nu niet meer zelfstandig bestaande hockeyclub, die het achter in het park aangelegde hockeyveld bespeelde. De nieuwe sportvelden werden aangelegd tussen de Weg naar Cambuur en de Poppeweg op een ruimte, die grotendeels uit weilanden bestond. Om die op te hogen werd er een hoeveelheid van rond 145000 kubieke meter grond aangevoerd, die afkomstig was uit Dronrijp, Deinum, Ritzuma- zijl en Jellum. Het zand, dat bij het ophogen eveneens nodig was, moest vanuit Giekerk wor den aangeleverd. Voor het vervoeren van de grond werd een vloot van zes schepen ingezet, die, getrokken door een sleepboot, aanlegde bij een speciaal ingerichte los- wal aan het Vliet. Op de eerste januari 1934 was het ongeveer twaalf hectare grote terrein op de vereiste hoogte gebracht. In het nu volgende voorjaar werd er een vijf meter brede singel beplant om de sportvel den van de omgeving af te scheiden. Daarbij stond de be doeling voorop het uitzicht op de velden van de omliggende straten zoveel mogelijk te be lemmeren - van gratis meekij kende toeschouwers buiten de hekken werd dus van meet af aan geen heil verwacht. April '34 werd begonnen met het aanleggen van drainage en nadat er op het gehele terrein nog eens een tien centimeter dikke laag zand was aange bracht, kon de grond na het in- fraisen worden ingezaaid. Na deze bewerking en het egalise ren van het terrein, werd het complex gerold en bemest. Gedurende de zomers '35 en '36 liet men grote aantallen schapen op de weide los om in korte tijd een dichte en sterke graszode te verkrijgen. Tenslotte verrees er aan de westzijde nog een tribune met plaats voor precies vijfhonderd kijkers en toen, september 1936, was het sportveld klaar. Intussen heeft het al weer ruim zes en vijftig jaar dienst gedaan en moet het aantal Leeuwar ders, dat kan zeggen er ooit wel te zijn geweest, in de tien en tienduizenden lopen. DE WERKERS En de wakkere werkers, die dit Cambuurstadion, zoals we het nu noemen, hebben aange legd? Zouden er van hen nog velen in leven zijn? We moeten vrezen van niet - de overleven den van deze groep zullen nu in ieder geval wel oude krake- pitten van boven de tachtig of negentig zijn. Wie weet melden zij zich dezer dagen nog wel even bij 't Kleine Krantsje pre sent! "Café Victoria" heette het hore- caetablissement van de beken de August (Guus) Paardekam in de Grote Hoogstraat dat in negentienzeventig z'n deuren voorgoed sloot. In een ouder wets aandoende stilte heeft de heer Paardekam daar jarenlang de scepter gezwaaid - het Café Victoria is nooit een druk ke lawaaizaak geweest, maar werd door een select ploegje bedaard drinkende stamgasten bezocht. Honderden en nog eens honderden doelpunten zijn er aemaakt op de velden van het Cambuurstadion. Dit is er zomaar één van: de doelman grijpt er naast. (Foto's: Collectie 't Kleine Krantsje/Fenno Schousira)

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1993 | | pagina 9