ANDELA'S TEXTIELZAAK HOUDT ER MEE OP 'T KLEINE KRANTSJE mu NA ZES EN ZESTIG JAAR VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN (vervolg van pag. 4) dus, temeer omdat ik net onder andere een verblijf in het Huis van Bewaring achter de rug had en elders aan een onge wenst verblijf was ontsnapt. Ik voelde mij toch min of meer ge vangene, maar nu in betere omgeving. 's Nachts werd ik vaak wakker, want je was toch wel altijd op je openst voor onraad en dan hoorde ik heel vaak het gerasp van de zaag en breken van takken in het voorterrein tussen Borniastraat en Borniapark. Helaas is dit laatste park er nooit, zoals in vroegere staat, bovenop gekomen en dat is erg jammer. Tenslotte werd ik door de arts weer genezen verklaard, na on derzoek van het zoveelste uit- strijkje en kon weer onder de mensen voor zover mogelijk en veilig was. Tot het eind van de oorlog zat ik daarna ondergedoken bij fa milie in Hempens. Wat zo'n foto alleen al toch een herinneringen kan opwekken! Leeuwarden J. Tolsma TIED IS OM... Bij het doorkijken van oude Kleine Krantsjes, een prima tijdpassering op een regenach tige herfstdag, trof ik in een nummer uit 1981 een stukje aan onder het kopje "Niet veul tied", van mevrouw Marie Kui pers-Kroes uit Emmeloord. De inhoud van dit stukje heeft mij zeer getroffen. Kort gezegd kwam het hierop neer, dat in het jaar 1912 twee meisjes elke dag samen naar de kleuterschool gingen aan het Tournooiveld. Het ene meisje was altijd aan de late kant, zodat het andere kind elke dag aan de trap moest roepen: "Marietje, opschiete, we hewwe niet veul tied." De twee bleven vriendinnen op de lagere en ook op de volgen de scholen. Zelfs na bijna ze ventig jaar kwamen ze nog ge regeld bij elkaar. Toen ze de laatste keer bij elkaar vandaan gingen zei de een bij het af scheid: "Marietje, kom je gauw weer, we hewwe niet so veul tied meer." Ik heb geprobeerd met me vrouw Kuipers-Kroes contact te krijgen om haar toestemming te vragen op dit stukje terug te komen. Maar helaas, daar ben ik niet in geslaagd, zodat ik wel moest concluderen: "jim tied is om..." Leeuwarden J. Wouda KRUIDENIERS Toen ik in 't Kleine Krantsje het verhaal las over de Leeu warder kruideniers, stond ik versteld van het aantal, her en der verspreid in de stad. Ik heb nog enkele aanvullingen. Wonend aan de Gysbert Ja- picxstraat wordt vermeld "Hul- zinga, de kruidenier met de eerste DKW-bestelwagen. De naam was echter Hulstra; hij was een buurman van ons. Mijn vader was medefirmant van de firma F. Romkes, meu belfabriek, resp. machinale houtbewerking. De fabriek had nummer 46 en de kruidenier woonde op 48. Zijn voornaam was Harm en hij was vrijgezel. Zijn ouders woonden in de voorkamer en in de achterka mer was de winkel, waarin ook de moeder hielp. Zijn vader was godsdienstleraar. Later, na het overlijden van zijn ouders is Harm getrouwd met de huis houdster/winkeljuffrouw Trijntje Na zijn dood kwam er een schildersbedrijf in het pand. In de voormalige meubelfabriek is nu een groothandel jn slage- rijprodukten en op de boven verdieping heeft een hobbyclub een zeer uitgebreid miniatuur- spoorbaancomplex gebouwd. Ik ben daar vorig jaér op bezoek geweest. In mijn ouderlijk huis is nu het kantoor van de slage rijgroothandel gevestigd. De niet te plaatsen kruidenier Van der Werf heette van voor naam Jozef. Hij is bij mij be kend als "Ome Jozef" en hij was een zwager van mijn tante J. Romkes-Korfage. De echtge note van Jozef van der Werf heette Christien Korfage. De kruidenierswinkel was ach ter de Spoorstraat op een hoek, mogelijk de Van Asbeck- straat. Ome Jozef had veel "uitbrengklanten", zoals overi gens ook veel andere kruide niersdie hadden. Zoetermeer Jos Romkes inbegrepen. Ik moest examen doen bij de heer Kielman in de Huizumer Raadhuisstraat en dat kostte meen ik drie of vier en een halve gulden. Op 10 mei 1940 moest het ge beuren: examen doen en de auto ophalen. Maar... juist in de nacht daarvoor vielen onze "buurlui" de Duitsers ons land binnen. De vrijdagsmorgens ben ik van uit Stiens door het Jodenland binnendoor naar Leeuwarden gefietst, omdat men mij vertel de dat iedereen bij het vlieg veld werd aangehouden. Toen ik in Leeuwarden was heb ik op afstand naar garage Rosier gekeken. Er waren alle maal Duitsers, maar onze auto stond er niet meer. Het exa mengeld heb ik teruggekregen. Na de oorlog heb ik een Willy Six gekocht van 1929. Later is mij verteld dat de vorige eige naar een meneer De Jong was, die een bodedienst in Boksum had. Deze vrachtauto had bij een boer onder het hooi ge staan. Ik moest toen wel meer dan vijfhonderd gulden betalen; er was toen ook bijna niets meer te koop. Tenslotte nog een vraag: zat bij garage Rosier iemand op kan toor die van Duitse afkomst was? Stiens P. Tienstra GEDETINEERDE ENGELSEN In aansluiting op wat er in 't Kleine Krantsje werd ge schreven over in Leeuwarden gedetineerde Engelse militairen in de Eerste Wereldoorlog is het misschien aardig op te mer ken, dat ik me ook wat herin ner. En wel dit: de heer Pull, die een heren-modezaak had aan de Nieuwestad 135 tussen Joosten (later P.S. Bakker) en Kuhlmann verkocht aan die En gelsen Engelse overhemden, manchetknopen met het Engel se wapen, Engelse clubdassen, glacé handschoenen en Schot se ruiten, want Schotten waren er toen ook. Ook leverde hij "flanneerstok- jes", die de heren onder de arm droegen, wanneer ze in hun buitenmodel uniform moch ten wandelen of inkomen doen. Berg en Dal J. I. Kuhlmann RUTH Ik moet even reageren op de foto van de jongedame met de naam "Ruth" in 't oktobernum mervan 't Kleine Krantsje. Dit moet een dochter van Zwer ver zijn; haar vader had een textielzaak op de hoek van de Voorstreek en de Korfmakers- straat. Zij had ook nog een broer en die deed met zijn va der de zaak. Samen zaten ze in de wielrennerij, was dat niet de Friese Leeuw? Even na de oorlog kwam ik als broodbezorger op mijn trapbak- fiets zowat overal in de stad. Ook in de Camperstraat, onder andere bij de familie Leegstra, waarvan de dochter vriendin was met deze "Ruth". De fami lie Zwerver woonde daar ook. Ik ga nu heel diep in mijn ge heugen terug. Maar deze jon gedame "Ruth?" Ik twijfel aan deze naam. Misschien in het Engels? Ik trof haar veel aan op straat, waar ze woonde en met dansen bij Sip Castelein heb ik ze ook wel gezien. Zij was een knappe jongedame en als ik de foto nog eens goed bezie, dan kan het niet missen. Ik heb in die jaren langs de straat zoveel meisjes gezien en thuisgebracht na een prachtige dansavond. Maar enkelen blij ven je bij, net zoals deze "Ruth". Leeuwarden Rinze van der Heide DERUMTE Mijn man en ik zijn rasechte Friezen, maar nu we in Ermelo wonen zijn we dus "Friezen om ütens". We hebben een zeilboot ge kocht en willen die graag de naam Ruumte of Ruümte of Rümte geven. Maar we weten niet, hoe we "ruimte" in het Leeuwarders moeten schrijven. Kunt u ons dat vertellen? Ermelo Grieten Hessel Dethmers- Kooistra As 't Kleine Krantsje sun skip hat, su het moai de rümte opsoeke! Red.'t KI. Kr. AUTO VAN ANDRINGA Vroeger werkte ik bij mijn vader in de brandstoffenzaak in Stiens, waar het vervoer ge schiedde met een transportfiets en een handkar, tot mijn vader besloot een vrachtauto aan te schaffen. Bij garage Rosier in Leeuwar den stond een twee tons vrachtauto te koop van Andrin- ga, de boter- en kaashandelaar uit de Uniabuurt, over wie on langs nog in 't Kleine Krantsje werd geschreven. Dat was in april 1940 en de auto werd voor vijfhonderd gul den gekocht. De heer Anton Rosier leerde mij het chauffe ren, want dat was bij de prijs "Nee, zeg, dit kanne jim ons niet andoen. Dit mene jimme niet. Waar mutte we heen at jim hier straks niet meer sitte?" Zo ongeveer luiden de verontruste verha len, die de Andela's in deze weken moeten aanhoren, nu zij besloten hebben hun textielzaak in de Schrans aan het eind van dit jaar op te heffen. Na zes en zestig jaar komt er een eind aan het bestaan van dit bedrijf, dat van een bijzondere betekenis is geweest. Want velen kwamen niet alleen bij Andela om er wat te kopen, maar ook om er even te praten, om weer even contact te hebben met de heer of mevrouw Andela of met een of meer leden van het personeel. Zo heeft de firma Andela klan ten gehad, die er al tientallen jaren kwamen, maar die er haast elke dag wel even bin nenwipten: de zaak had ge woon een sociale betekenis, zodat we ook niet zo heel vreemd hoeven op te kijken van die uitingen van verdriet - er zijn in deze dagen zelfs al tranen gevallen aan de klanten kant van de toonbank. De zaak is in 1927 opgericht door de heer Petrus Hermanus Andela, die tot dat moment ver tegenwoordiger was van de uit 1880 daterende manufacturen zaak van A. Wartna en Zonen inBolsward. De toen vier en dertig jaar oude heer Andela vestigde zich in Huizum en wel in de Anton Mauvestraat met zijn, zoals de Kamer van Koophandel het re gistreerde, "Winkelbedrijf in heeren- en jongensbovenkle- ding en heerenmodeartikelen, stukgoederen en huishoud- goed, onderkleeding, baby- goed, corsetartikelen, kousen, sokken en woningtextielgoede- ren". Lang duurde het niet of de energieke Andela begon de wens te koesteren ooit nog eens te verhuizen naar de Schrans, naar de belangrijkste Huizumer winkelstraat dus. Vlak na de Tweede Wereldoor log, in 1946, werd die droom realiteit: Andela betrok het pand nummer 145 met aan de ene kant, op de hoek van de Huizumerlaan, de sigarenzaak De Wildeman van Bams en aan de andere kant de banket bakkerij van Geestman. Helaas is het Petrus Hermanus niet gegeven erg lang te genie ten van de opbloei van zijn zaak aan de drukke Schrans - in 1956 kwam hij te overlijden. Zijn zoon, Petrus Nicolaas Jo zef, Piet in de wandeling, werk te toen al tien jaar bij vader in de zaak en het was dus duide lijk, dat hij de onderneming voortzette, later samen met zijn vrouw Tiny en geholpen door een honkvaste ploeg perso neelsleden. Sommige dames bleven er. tien of vijftien jaar, anderen maakten er zelfs de twintig jaar vol. Zo kon er dus zo'n hechte band ontstaan tussen deze zaak en haar vaste klanten kring. Waarbij ook de service verlening van Andela zeer be langrijk was. Er was gewoon geen "nee" te koop en artike len, die nergens anders te krij gen waren, hadden ze hier wel. Het waren ook bepaald niet uit sluitend Huizumers, die hier hun textielwaren betrokken. In tegendeel, de dames kwamen uit alle dorpen rondom Leeu warden en ook uit andere delen van de stad. Nog in volle fleur besloten Piet en Tiny Andela nu dus te stop pen, "maar," zeggen ze, "in deze laatste weken van het jaar krijgen we nog een giganti sche klus." En het is zelfs zo, dat ze er ook nu, vlak voor het scheiden van de markt, nog een hekel aan hebben om "nee" te moeten verkopen. Daarom kan het ge beuren, dat er zelfs in deze da gen nog wel vakken worden bij gevuld. Zo zal die bekende kreet dus voorlopig ook nog wel opgeld doen: "Andela hèt 't wel!"

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1993 | | pagina 11