NOG MEER HERINNERINGEN AAN SALVATORE STERCK ■T KLEINE KRANTSJE BANK VAN GRATEMA FAILLIET GROOT SCHANDAAL VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 11 Inderdaad, onvergetelijke herin neringen die de heer Schatraad ophaalde over Salvatore Sterck. Met veel genoegen heb ik zijn ontboezemingen gele zen. Meermalen heb ik gedacht wanneer komt er iemand die dit eens neerschrijft, om me ver volgens te laten verleiden daar op te reageren. Bij deze dan, want daar kan ik nu niet meer onderuit. De eerste studiejaren aan het Gouverneursplein gaven mij niet het gevoel van "heerlijk, ik mag vioolspelen." Maar mede dankzij mijn vader (een consta tering achteraf), die de nodige dwang uitoefende, bleek de viool het te winnen van de voetbalschoenen. Vioolspelen werd pas werkelijk een genoegen toen ik deel ging uitmaken van het strijkorkest toentertijd genaamd "B Ensem ble". Het juniorenorkestje werd aangeduid met "A Ensemble". Het zal omstreeks 1930 - 1931 geweest zijn. HEERLIJKE BELEVENISSEN De leerlingenuitvoeringen in Zalen Schaaf waren heerlijke belevenissen. Soms ietwat ge temperd door het feit als je "uit verkoren" werd om doodner veus iets ten beste te moeten geven. Met Willem Zonderland aan de piano heb ik op een dergelijke leerlingenavond het vioolcon cert van Oscar Rieding (een vrijwel onbekende componist) gespeeld. Dankzij Zonderland, die geweldig accompagneerde, bracht ik het tot een goed ein de, en Sterck bleek blij met de geleverde presentatie. Zonderland, directeur van de Stedelijke Muziekschool, gaf pi anoles en was dirigent van het S.O.L. (Stedelijk Orkest Leeu warden). Zijn lesruimte lag te genover die van Sterck. Gré Zandleven gaf zangles in een ruimte achter in de gang links. Verder waren ook aan de school verbonden Kueter (cello) en Kueter-Zwager (piano). De blaasinstrumenten zaten op de bovenverdieping. Ooit heb ik bij een Operette uitvoering met de Zangklassen van Gré Zandle ven in de Harminie als zigeu nerviolist mogen optreden. Op de foto bij het artikel van de heer Schatraad herken ik in het meest linkse autoraam Jan Tromp (links). Gerlofsma werd later beroepsmusicus in Den Haag, zat daar in een nu niet meer bestaand orkest en heeft mij na de oorlog, toen ik in Rot terdam woonde, nog enige tijd les gegeven. Ubbo Rommerts (altist) was zeer muzikaal en boeide ons met z'n erudiete kennis over alles wat met mu ziek had te maken. Bij één of andere feestelijke gelegenheid schonk hij Sterck (en dus het orkest) partituren .en partijen van twee Brandenburgse Con certen. Welke van de zes weet ik niet meer. We zijn er ijverig mee aan de slag gegaan. Na een repetitie van ons orkest in de Martinikerk te Bolsward voorafgaand aan een daar voor ons te geven concert, spoedde Ubbo zich met enkelen van ons naar het orgel en begon daarop te preluderen om na enige tijd plotseling over te gaan op Jazz. Prachtig klonk de Tiger Rag door de lege kerk. De kos ter stoof de kerk binnen, de trap naar het orgel op, en zette het luchtmechanisme buiten werking. Jammer, we hadden nog meer willen horen. Voor het middelste raam op de foto staan verder Leen Glim merveen en Adri Kruize. Zij be zetten de eerste lessenaar in ons orkest en hebben o.a. sa men het Dubbelconcert van Bach gespeeld. Kenners weten dat dit geen eenvoudige koek is. Gehurkt vóór Sterck zou Theo Bijlsma kunnen zijn. Hij speelde altviool. Naast de cel liste links van het ingangspor tier staat Kees Glimmerveen, een broer van Leen Glimmer veen. In het ingangsportier staat Ulbe Zondervan en zijn broer Johan zit voor op de mo torkap. Ook op de kap, links van hem, zit Aegedius (Gidi) Vossenberg. Met enige onderbrekingen heb ik tot in de oorlog les van Sterck gehad en deel uitge maakt van zijn orkest. Sterck heeft met dit orkest (waarin een kern van leerlingen die jaren lang trouw bleven) ooit een eerste prijs gewonnen op een concours van Strijkorkesten. Dat werd gehouden in Zalen Schaaf en daar namen zeven strijkorkesten aan deel. Het re pertoire dat we ten beste heb ben gegeven wil me niet meer te binnen schieten. Maar Sterck week nog wel eens af van het gangbare. Zo speelden wij o.a. Hindemith. Tegenwoordig niets bijzonders, maar toentertijd even "opkijken". EIGEN LOKALITEIT De Stedelijke Muziekschool werd in de crisisjaren opgehe ven. Sterck ging op eigen initia tief verder en bouwde een loka liteit achter z'n woning aan de Bleeklaan waar ook de orkest repetities (voorheen in het Waaggebouw) konden plaats vinden. Deze repetities hadden een bijna professioneel karak ter. Je was de hele week gede gen met je eigen partij bezig om aan de niet geringe eisen van Sterck te kunnen voldoen. Mij heeft het veel plezier ver schaft. De manier waarop Sterck bezig was ons zijn inten ties duidelijk te maken, gaf blijk van grote betrokkenheid bij de werken die hij op het repertoire nam. Naast de concerten in Bols ward, in de Koepelkerk en Doopsgezinde kerk te Leeuwar den, gaven we ook schoolcon- certen o.a. in Harlingen op de R.H.B.S. Een wandeling die we na dat concert maakten bracht ons bij het Noorderke. In 1942 zouden we ons laatste concert in de oorlog geven. Het vond plaats daar waar we al zo vaak concerteerden. In de kerk van Bolsward. We waren allen zeer gespan nen toen de heer Alt, organist van de Martinikerk, in doodse Een sensatie van de eerste orde en een groot schandaal - dat moet, even na de eeuwwis seling in Leeuwarden het faillis sement zijn geweest van de bank van Gratema. Het gaf in de stad een consternatie, waar over nog jaren later werd nage praat - veel stadgenoten zijn er hun spaarduiten bij kwijtge raakt. Gratema's Bank was gevestigd op de hoek van de Tweebaks- markt en het Nieuwstraatje - later kwam hier het kantoor van de Nederlandse Bank en nu zit de provincie er in. Geruchten, dat het niet zo goed ging met de bank, brachten sommige spaarders er toe hun saldo op te nemen; anderen evenwel hadden het volste ver trouwen in de bank en wacht ten rustig af. Tot... op een maandagmorgen de deur van de bank niet geo pend werd en de blinden voor de ramen bleven, terwijl nie mand van het personeel zich liet zien. Binnen de kortste ke ren verspreidde het bericht zich door de stad, dat het wel dege lijk mis was met Gratema's Bank en er ontstond een hele volksoploop op de Tweebaks- markt. Behalve veel cliënten van de bank, sommigen met hun spaarbankboekjes in de hand, verschenen er ook heel veel nieuwsgierigen en zelfs ook zo genaamde maandaghouders, mensen, die op de maandag morgen nog geen lust tot wer ken hadden en die hier natuur- Ü3s De overgetelijke Salvatore Sterck in actie. lijk interessante relletjes verwachtten. Boven alle protesten uit klon ken de klachten van een Jood se man, die schreeuwde, dat hij de week ervoor nog vijfdui zend gulden naar de bank had gebracht - iedereen toonde hij zijn zakboekje, waarin dit inder daad stond genoteerd. Maar het duurde niet lang, of men begreep hier met een grappen maker te doen te hebben - er werd gezegd, dat de man zelf nog geen vijf gulden op z'n conto had. Overigens was er weinig aan leiding tot vrolijkheid, want de bank bleef gesloten. En de bankier, de heer Gratema zelf? Die bleek met de noorderzon vertrokken... stilte het woord richtte tot de bezoekers en zei, "Door om standigheden buiten zijn wil is de heer Sterck niet in staat he denavond dit concert te dirige ren. Op uitdrukkelijk verzoek van de heer Sterck zal dit con cert doorgang vinden en wel onder mijn leiding." of woorden van gelijke strekking. Enigen van ons hadden het liefst niet gespeeld, maar Sterck wist hen te bewegen daar van af te zien. Vrij spoedig hierna is Sterck ondergedoken en heeft, zoals bekend, niet het lot gedeeld van vele joodse stadgenoten. Z'n omvangrijke muziekbiblio theek is toen ook om begrijpe lijke redenen gespreid onderge doken bij vrienden, relaties en leden van ons orkest. Daar liggen mijn schaarse her inneringen aan een tijd die voor veel van de orkestleden een wezenlijk deel van hun leven hebben uitgemaakt. Leden die thans voor het merendeel, voorzover zij nog in leven zijn, de zeventig en wellicht de tach tig zijn gepasseerd. Zij die nog leven zou ik graag willen vra gen te reageren, mijn eventuele onjuistheden te corrigeren en anderzins aan te vullen, uiter aard via de redactie van 't Klei ne Krantsje. Entoen? De leerlingen van Sterck gin gen, nadat hij was ondergedo ken, op zoek naar een nieuwe leraar. Ik kwam terecht bij Jan Elsinga, die na de oorlog naar Den Bosch vertrok en in het Brabants Orkest ging spelen. Elsinga bracht mij in contact met een min of meer professio nele groep musici, die te hooi en te gras oratoria begeleid den, gezongen door zangkoren op diverse lokaties in de pro vincie. Wij waren ook present bij het begeleiden van Bach Cantates onder leiding van George Stam in de Grote Kerk, direct na de zondagzangdienst. Ik heb toen Kor Ket leren ken nen, de helaas veel te vroeg overleden dirigent van het Frysk Orkest. En op die wijze kwam ik nogmaals terecht in Bolsward waar wij de Mattëus Passion begeleidden met Alt als organist en Kueter-Zwager achter een imitatie clavecimbel (een piano met punaises op de hamertjes). In de kerk was het geluid van laatstgenoemd in strument nog wel te accepteren maar voor de orkestleden die er dicht bij zaten gold dat niet. Transportmogelijkheden in die tijd werden steeds minder en verhinderden een clavecimbel ter plekke te brengen. Ik bewaar betere herinneringen aan de Mattëus Passion in de Lutherse Kerk in Amsterdam en de Koninginnekerk te Rotter dam, gespeeld met het V.U. Orkest van Rotterdam onder leiding van Bertus van Lier, maar dat was alweer na de oorlog. Om diverse redenen werd het concerteren in de oor log steeds moeilijker en ik ben daar in 1943 mee gestopt. Ik zou willen weten op welke wijze Sterck z'n orkest na de oorlog weer heeft opgebouwd. Mijn geheugen laat me in de steek. Flauw meen ik me te herinneren nog een concert in de Doopsgezinde Kerk te heb ben meegemaakt. Groot Ammers Wiepkede Jong

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1994 | | pagina 11