SPIONNETJES AAN GEVEL BIJNA ALLE BOVENHUIZEN 'T KLEINE KRAHTSJE 'PROOST' IN VROEGER JAREN VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 5 flfi ■èM '0is? ■k-SB BB Er is een tijd geweest, dat heel veel bezitters van bovenwoningen de voorgevel van hun huis voorzagen van een of meer zogenaamde "spionnetjes" - spiegeltjes, met behulp waarvan zij boven konden zien, wie er beneden op de bel drukte. Hoewel we nu in een tijd leven, dat het nog veel meer dan vroeger plezierig is te weten, wie er op de stoep staat, komen deze spionnetjes niet zo heel veel meer voor. Ooit waren er ettelijke honderden en was er in de binnenstad geen straat zonder zulke verklikkertjes, maar wie er nu naar zoekt zal moeite hebben er nog enkele tientallen te vinden. De ontvolking van de binnenstad heeft er toe geleid, dat veel van deze attributen uit de oude tijd nu niet meer nodig zijn, omdat er veel minder bovenwoningen in het centrum van de stad bewoond worden, dan weleer het geval was. En intussen zijn er ook huizen voorzien van intercom en zelfs is het mogelijk door midden van een beeldschermpje op een bovenverdieping te zien, wie er beneden op de bel heeft gedrukt. De firma Vossenberg van de Nieuwestad vertelde ons des gevraagd, dat er in deze tijd nooit meer naar zulke spionne tjes wordt gevraagd. "Vroeger hadden we ze gewoon op de piank liggen, nu doen we er niets meer in". En bij de firma Tiemersma in de Bagijnestraat deelde me vrouw Tiemersma ons mee, dat haar man, die dit voorjaar over leed, lang geleden zelf deze verklikkers nog wel heeft ge maakt en dat haar schoonzoon, die nu de zaak drijft, desge wenst nog wel spionnetjes zou kunnen leveren. "Maar ja, wie vraagt er nu nog naar?" GEEN VRAAG MEER Zelf behoort deze dame tot de genen in de stad, die het spion- Bijna tweehonderdvijftig jaar geleden, in het midden van de achttiende eeuw, konden ze in Friesland ook wel meepraten, wanneer er gesproken werd over het drankgebruik door de bevolking. Zo moeten er in 1749 in deze provincie liefst een en negentig bierbrouwerijen en zevenenvijf tig brandewijnstokerijen zijn ge weest. Er werd in die dagen dus heel wat bier en brande wijn verbruikt. Precies honderd jaar later wer den er in de gehele provincie nog maar negen brouwers en ook negen distillateurs geteld. De kolossale achteruitgang werd veroorzaakt door het krachtige toenemen van het consumeren van koffie en thee. netje nog altijd in ere houden. Twee van deze verklikkers, bei de van kloek formaat, sieren nog haar bovenwoning en be antwoorden ook nog altijd aan hun doel: "Ze zijn o zo makke lijk, wanneer er beneden men sen op de stoep staan," aldus mevrouw Tiemersma. Haar buren hebben ook nog een spionnetje, maar verder zullen we er in de Bagijnestraat niet een meer kunnen vinden. Ook in de directe omgeving van deze binnenstad zijn de spionnetjes van vroeger de een na de ander verdwenen. Zo vonden wij er op de Nieu westad nog welgeteld één en wel boven de winkel van Boe- bie Blu op nummer 84 en in, bijvoorbeeld, de Torenstraat, de Burmaniastraat, de Westerplan tage, de Prins Hendrikstraat, het Ftuiterskwartier, de Wirdu- merdijk, de Peperstraat en het Naauw, zowaar niet één. Zelfs de Sint Jacobsstraat, waar het vroeger bij wijze van spreken wemelde van de spionnetjes, is in de loop van de jaren al deze verklikkers kwijtgeraakt. Op de lange Voorstreek von den we er nog een, merkwaar digerwijs op een geringe hoog te boven een steeg, bij de Noorderweg telden wij er twee, op het Zuidvliet ook twee en aan het Noordvliet drie. MINIFORMAAT De bovenwoning van de familie Carpay op Camstraburen is nog altijd van twee spionnetjes voorzien, net als het hoekhuis van de Eebuurt en de Reyn- dersbuurt. Opvallend is het pand Zuidergrachtswal nummer 11, waar zich ook nog twee spionnen bevinden, maar een van die twee is van een mini formaat. Was dit ooit een auto spiegel misschien? Twee forse spionnen heeft ook nog het hoekhuis van de Kleine en de Grote Kerkstraat, waar de doe-het-zelfzaak van Berg- sma zit. Dankzij zo'n "oog", zo wel aan de kant van de Kleine als aan die van de Grote Kerk straat kunnen de bewoners van het bovenhuis mooi in de gaten houden, wat er zich beneden allemaal afspeelt rond het huis. Op het Groot Schavernek zul len geïnteresseerden nog een spionnetje kunnen vinden bij het Chinees restaurant Kota Radja en aan de overkant, op het Klein Schavernek heeft de antiekwinkel van Boomsma en Hut er nog twee. Tja, en wie er aardigheid aan heeft zal ook nog spionnen kunnen vinden bij de Willems kade, aan het pand van wijlen Jaap Hepkema, in de Monnike- muurstraat bij het huis van de welbekende Hendrik ten Hoe ve, aan de Nieuweburen, waar we nog een viertal telden, in de Sacramentsstraat, bij de Slot- SBililL Een oeroude afbeelding van de Sint Jacobsstraat, waar het ooit "wemelde" van de spionnetjes, zoals trouwens in alle straten van de binnenstad. Hier zien we ze links en rechts - ze zijn nauwelijks te tellen. (Foto: Collectie Fenno Schoustra/'t Kleine Krantsje) In de grijze oudheid is er een voetbalclub geweest, die L.V.V. heette - de Leeuwarder Voet bal Vereeniging. Daar speelde ook een zekere Nap Holwerda in, een jongen die in Delft stu deerde en die van zijn vader beslist niet mocht voetballen. Maar dat deed hij dus toch. En voor iedere thuiswedstrijd van L.V.V. stapte hij in Delft op de trein. Dan spoorde hij naar Leeuwarden en liep van het station naar de Hollanderdijk. Aan het eind daarvan lag een plank over de sloot en zo be trad Nap Holwerda heimelijk het voetbalveld. makersstraat op de nummers 10,14 en 16 en in de Pijlsteeg. En dan doet zich het aardige verschijnsel voor, dat we bij de Put nog spionnetjes kunnen vinden bij drie naast elkaar ge legen huizen, de nummers 1, 3 en 5. Aan de Oostergrachtswal tenslotte zijn er bij één pand, nummer 89, zelfs nog drie te bewonderen, waarvan er twee vlak boven elkaar zijn aange bracht. Opmerkelijk bij onze recente speurtocht was het feit, dat je in sommige gevallen verschil lende malen bij een pand kunt opkijken, eer je een wel dege-, lijk aanwezig zijnd spionnetje ontdekt - de ervaring heeft ons geleerd, dat deze verklikkertjes zelf niet erg in de gaten lopen. Misschien hebben we er dus nog wel eens wat over het hoofd gezien, maar veel zullen dat er niet zijn. Waren er vroe ger heel veel van deze noodza kelijk geachte hulpmiddelen om de medemens in het vizier te krijgen - nu komen ze niet veel meer voor. En misschien komt er ooit nog eens een tijd, dat ze alleen nog in de antiekhandel verkrijgbaar zijn. Dan zou het nog kunnen gebeuren, dat die heren Boom sma en Hut hun eigen spionne tjes van de gevel schroeven om ze beneden in de winkel aan verzamelaars van rariteiten ten verkoop aan te bieden. Zo weet je dan maar nooit, hoe het in 't leven kan lopen...

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1995 | | pagina 5